Opleiding ICF voor Casemanagers Werk Zorgtrajecten Leuven 11

Opleiding ICF voor Casemanagers Werk- Zorgtrajecten Leuven 11 september 2018 Gent 27 september 2018 vlaanderen. be

Opleiding ICF voor Casemanagers Werk- Zorgtrajecten *Inleiding: een terugblik op. . . *Opleiding ICF Decreet + trajecten ICF ● Dag 1: ICF opleiding SIG (voorjaar 2018) ● Dag 2: Vdab ‘gegevensset’ obv ICF (september 2018) ○ Deel 1: hoe gaan we te werk gaan ○ Deel 2: historiek + instrument + gebruik

VDAB ‘gegevensset werk’ als hulpmiddel bij inschatten en indiceren met focus op het ‘arbeidsmatig’ functioneren ❏ Deel 1: GTB ■ Basisbeginselen activeringstrajecten ■ Traject ■ ICF taalgebruik ■ Kerncompetenties Cmzorg ■ Vervolg ❏ Deel 2: VDAB: Indiceringsinstrument obv ICF ■ Introductie en algemeen kader ■ ICF - 43 categorieën ■ ICF in het vertrouwelijk luik ■ ICF en toekennen van rechten

DEEL 1

opleiding voor casemanagers werk-zorgtrajecten september 2018

basisbeginselen activeringstrajecten 6

basisbeginselen activeringstrajecten INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg 1. Klantgerichte houding 2. Intensief contact tussen klant en casemanagers 3. Goed geformuleerde doelstellingen met focus op betaalde tewerkstelling, verwoord door de klant 4. Afspraken en actieve opdrachten, die volgen uit de doelstellingen 5. In samenwerking met het netwerk van dienstverleners 7

basisbeginselen activeringstrajecten INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg 6. Een activeringsstage i. f. v. de geformuleerde doelstellingen (focus werk) 7. Begeleiding/behandeling door zorg i. f. v. de geformuleerde doelstellingen (focus werk) 8. Inzetten op de noden van de werkzoekende (klantgerichte houding) 9. ICF taalgebruik 8

focus INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies Goed geformuleerde doelstellingen verwoord door de klant, samen met de CMwerk en de CMzorg In samenwerking met het netwerk van dienstverleners icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg ICF taalgebruik vervolg 9

traject 10

traject INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg 11

klant centraal Goal setting proces Goal achievement driegesprek klant centraal PI-SMART doelstellingen opvolging evaluatie: eindadvies NEC, SEC trajectplan 12

klant centraal INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg - bevraag de klant (WAT-vragen, geen HOE-vragen) - ondersteun de klant - help de klant zijn hulpvraag en doelstellingen verwoorden … maar BEPAAL NIET !!! De vragen en doelstellingen van de klant centraal stellen, betekent: informatie geven over de gevolgen van een keuze (open communicatie). 13

doelstellingen Goal setting proces Goal achievement driegesprek klant centraal PI-SMART doelstellingen opvolging evaluatie: eindadvies NEC, SEC trajectplan 14

doelstellingen INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies Lange termijn / algemene doelstellingen versus/en icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg Operationele / korte termijn / specifieke doelstellingen 15

doelstellingen: PI-SMART INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg Positief Invloed Specifiek Meetbaar Acceptabel, Aanvaardbaar, Actiegericht Relevant, Realistisch Tijdsgebonden 16

doelstellingen: PI-SMART INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies Positief … doelstellingen zijn positief geformuleerd … ‘ik wil…’ in de plaats van ‘ik wil niet meer…’ icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg 17

doelstellingen: PI-SMART INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies Invloed … doelstellingen liggen binnen de invloed van de betrokkenen (klant + CMwerk + CMzorg) icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg 18

doelstellingen: PI-SMART INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik Specifiek … de doelomschrijving duidt de focus aan die de klant wil leggen … het doel is een heldere formulering van wat de klant wil bereiken kerncompetenties casemanager zorg vervolg 19

doelstellingen: PI-SMART INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg Meetbaar … doelstellingen moeten meetbaar zijn. … wat is precies ‘af’ als het ‘af’ is? > door meetbaar te formuleren, kan je de vooruitgang nagaan > vaak duidt een getal de meetbaarheid aan 20

doelstellingen: PI-SMART INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg Acceptabel, Aanvaardbaar, Actiegericht … de doelstelling moet actie uitlokken: - de klant moet weten wat hij gaat doen - de klant moet weten welke actie hij (al dan niet met ondersteuning) zal kunnen op KT - de klant moet ervan overtuigd zijn dat hij (al dan niet met ondersteuning) de actie zal kunnen op KT 21

doelstellingen: PI-SMART INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg Acceptabel, Aanvaardbaar, Actiegericht … de doelstelling moet actie uitlokken: ! f a n e e - de klant moet wetentwat hij allgaat t e i n k r e c w e j a M r C + doen t legt zijn t t n a l k ( e n. n l a e l e k k o k d e o r t D e - de klant moet actie hij (al et weten vwelke h b r e o r o e d e k i a l j i v b g a s aondersteuning) zal r met d Er i dan niet ) g r Mzo C + kunnen op KT - de klant moet ervan overtuigd zijn dat hij (al dan niet met ondersteuning) de actie zal kunnen op KT 22

doelstellingen: PI-SMART INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg Relevant, Realistisch … het doel moet de klant vooruithelpen in zijn zoektocht naar werk … het doel vloeit voort uit de waarden en normen van de klant … het doel is realistisch (niet afhankelijk van het toeval) … het doel is haalbaar 23

doelstellingen: PI-SMART INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg Tijdsgebonden … doelstellingen hebben een start- en einddatum (deadline) … een lange termijn doelstelling (maanden) is opsplitst in actiegerichte, korte termijn doelstellingen (weken) vervolg 24

doelstellingen: PI-SMART INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg Positief – Invloed – Specifiek – Meetbaar – Acceptabel, Aanvaardbaar, Actiegericht – Relevant, Realistisch – Tijdsgebonden Om doelstelling te kunnen bepalen, moet de hulpvraag voldoende gekend (geëxploreerd) zijn. > Maak de hulpvraag concreet > Vraag door > Stel WAT-vragen, geen HOE-vragen Laat je in de formulering van specifieke doelstellingen inspireren door de ICFcategorieën 25

trajectplan Goal setting proces Goal achievement driegesprek klant centraal PI-SMART doelstellingen opvolging evaluatie: eindadvies NEC, SEC trajectplan 26

trajectplan INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies de klant formuleert SMART doelen samen met CMwerk en CMzorg per doel stellen de CMwerk en de CMzorg HOE-vragen icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg de CMwerk en de CMzorg kennen het netwerk 27

trajectplan INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik de CMwerk en de Cmzorg bespreken het aanbod van het netwerk met de klant i. f. v. diens doelstellingen concreet bepaalde acties worden neergeschreven kerncompetenties casemanager zorg vervolg het trajectplan (doelstellingen, acties, timing en uitvoerder) is bepaald en wordt neergeschreven in het sjabloon 28

trajectplan INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik de CMwerk en de Cmzorg bespreken het aanbod van het netwerk met de klant i. f. v. diens doelstellingen concreet bepaalde acties worden neergeschreven kerncompetenties casemanager zorg vervolg het trajectplan (doelstellingen, acties, timing en uitvoerder) is bepaald en wordt neergeschreven in het sjabloon 29

opvolging Goal setting proces Goal achievement driegesprek klant centraal PI-SMART doelstellingen evaluatie opvolging evaluatie: eindadvies NEC, SEC trajectplan 30

opvolging INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg In het trajectplan worden: - de opvolgingsmomenten gepland - neergeschreven tegen wanneer informatie van de dienstverlener zorg/werk verwacht (in MLP)? Tijdens de opvolgingsmomenten wordt de voortgang van de doelstellingen via concrete acties besproken: zijn de doelstellingen bereikt of niet? Welke weg moet eventueel nog worden afgelegd? 31

eindadvies Goal setting proces Goal achievement driegesprek klant centraal PI-SMART doelstellingen opvolging eindadvies evaluatie: NEC, SEC eindadvies NEC, SEC trajectplan 32

eindadvies INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg Het eindadvies wordt in samenspraak besproken tussen klant + Cmwerk + Cmzorg Het eindadvies wordt geformuleerd o. b. v. ICF-taal (gedragsindicatoren) en weggeschreven in ‘den ICF’. Indien een recht moet worden aangevraagd bewaakt de CMwerk de juiste stappen in overleg met de VDABspecialisten. 33

ICF taalgebruik 34

ICF taalgebruik INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies Komt uitgebreid aan bod tijdens de provinciale workshops (oktober/november 2018) icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg 35

kerncompetenties CMzorg 36

kerncompetenties CMzorg INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg 37

kerncompetenties CMzorg INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg VERKENNEN - open, eerlijk, nieuwsgierig zijn - luisteren, samenvatten en doorvragen - probeer concreet te visualiseren WAARDEREN - concreet - veelvuldig … 38

kerncompetenties CMzorg INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg … BETROKKEN CONFRONTEREN - relatieboodschap - concrete gebeurtenis of gedrag - gevolg - … UITDAGEN - stretchen - 5 -G … 39

kerncompetenties CMzorg INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies 5 G gebeurtenis wat is er gebeurd? gedachte wat dacht je? gevoel wat voelde je? gedrag wat deed je? gevolg wat gebeurde er toen? icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg 40

kerncompetenties CMzorg INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg … INSPIREREN - dromen - iets inhoudelijk toevoegen RUIMTE LATEN VOOR GEVOELENS - gevoelens mogen gevoeld worden - om gevoeld te worden hebben gevoelens ruimte nodig 41

vervolg 42

vervolg INHOUD basisbeginselen activeringstrajecten focus trajectplan klant centraal doelstellingen pi-smart trajectplan opvolging eindadvies icf-taalgebruik kerncompetenties casemanager zorg vervolg Einde november 2018 hanteren de CMzorg de ICF-taal in hun communicatie met en over de klant Einde november 2018 gaan de CMzorg op positieve, krachtgerichte wijze in overleg met de klant Einde november 2018 coachen de CMzorg op een individuele, empowerende wijze de klant met tools en methodieken die gekozen worden i. f. v. de wensen en noden 43 van de klant

DEEL 2

ICF basisschema ‘bio psycho sociale visie op het menselijk functioneren’

ICF basisschema (5 componenten)

VDAB ‘gegevensset werk’ ‘ 43’ categorieën ❏ Waarom ICF vertalen naar een indiceringsinstrument obv ICF? ❏ Om niet alle categorieën te moeten gebruiken: énkel die categorieën die belangrijk zijn om de afstand tot de arbeidsmarkt in te schatten → méést determinerend op vlak van werk! ❏ Om een hanteerbaar instrument te kunnen inzetten → een werkbare set! ❏ Hoe werd het indiceringsinstrument obv ICF ontwikkeld? ❏ Op basis van internationale vergelijking ❏ Op basis van praktijkonderzoek ❏ In constant overleg met het werkveld en de stakeholders

ICF Basisschema >>> VDAB gegevensset ‘ 43’ categorieën

Indiceringsinstrument obv ICF ‘domein arbeid’ Functies & anatomische eigenschappen 1. Nauwgezetheid 2. Psychische Stabiliteit 3. Vertrouwen 4. Betrouwbaarheid 5. Motivatie 6. Hunkering 7. Driftbeheersing 8. Inschikkelijkheid 9. Aandacht 10. Tijdmanagement 11. Cognitieve Flexibiliteit 12. Inzicht 13. Algemeen fysiek uithoudingsvermogen 14. Pijngewaarwording Activiteiten & Participatie 15. Ontwikkelen vaardigheden 16. Toepassen van kennis (niet anders gespecificeerd) 17. Rekenen 18. Oplossen van problemen 19. Besluiten nemen 20. Omgaan met stress 21. Mobiliteit 22. Verzorgen van lichaamsdelen 23. Zorgdragen voor eigen gezondheid 24. Verwerven van woonruimte 25. Aangaan van relaties 26. Economische Zelfstandigheid 27. Sociale Activiteiten

Indiceringsinstrument obv ICF ‘domein arbeid’ Externe of omgevingsfactoren 28. Ondersteuning & relatie met familie 29. Ondersteuning & relatie met vrienden 30. Ondersteuning & relatie met collega’s 31. Ondersteuning & relatie met meerderen 32. Ondersteuning & relatie met dienstverleners 33. Maatschappelijke attitudes 34. Producten & technologie Persoonlijke factoren 35. 36. 37. 38. 39. 40. Werkervaring Opleiding Gezinslast Copingstijl Kennis van de Nederlandse taal Medische Factoren Andere Werkvaardigheden 41. Fijne Motoriek 42. Grove Motoriek 43. Werktempo

Indiceringsinstrument: gebruik & richtlijnen Hoe is het indiceringsinstrument obv ICF opgebouwd? ➢ ➢ 43 categorieën Elke categorie is voorzien van: ● een operationele definitie = betekenis + omschrijving van een categorie ● en een aantal gedragsindicatoren= de vragen die je moet stellen om te weten of de persoon wel of niet over deze vaardigheid beschikt 2. Psychische stabiliteit Operationele definitie: Is van nature uit evenwichtig, staat met beide voeten op de grond, is stabiel en kan om met moeilijke situaties. In tegenstelling tot labiel, angstig, wispelturig en lichtgeraakt. Gedragsindicatoren relativeert verwerkt tegenslagen adequaat (is niet snel van slag) zet zich over vervelende dingen heen is voldoende gelijkmoedig en zelden te zenuwachtig om een taak goed uit te voeren 20. Omgaan met stress Operationele definitie: kunnen omgaan met stress, afleiding en crisissituaties Gedragsindicatoren reageert gepast op frustraties, obstakels en tegenwerking blijft kalm in stresserende werksituaties presteert onder (tijds)druk gelijkmatig en

Indiceringsinstrument: obv ICF domein ‘arbeid’ Inschatting van het functioneren van iemand → 4 -Puntenschaal ICF is een kwalitatieve beschrijving van iemands functioneren en dit objectiveren we door het weergeven van een score op een 4 -puntenschaal. Score Sterkte Uitleg De klant beheerst deze eigenschap heel goed en zet deze spontaan in. Dit heeft een uitermate positieve invloed op het dagdagelijks leven. Geen probleem De klant bezet deze eigenschap voldoende en benut dit in het dagelijks leven. Als er moeilijkheden zijn, dan doen deze zich niet vaak voor en hebben ze geen invloed op het dagelijks leven. Licht probleem De klant beheerst deze eigenschap onvoldoende of niet in alle situaties. Dit heeft een beperkte impact op het dagdagelijks leven. Ernstig probleem De klant beheerst deze eigenschap niet. Dit heeft een grote impact op het dagdagelijks leven.

Indiceringsinstrument: gebruik & richtlijnen ordenen en beoordelen van de gespreks-en observatiegegevens

Hoe gebruik je het indiceringsinstrument? rapporteren? 1. 2. 3. Alle 43 categorieën? je beschrijft het gedrag van de klant in het instrument naast de betreffende categorie je beoordeelt het functioneren obv van het huidige functioneren + motiveert je score bij de inschatting, het ordenen en beoordelen van de gespreks- en observatiegegevens hou je rekening met enkele richtlijnen:

Vermogen - Uitvoering CAPACITEIT ↓ ‘wezenlijk’ Is een eigenschap, vaardigheid → PERFORMANTIE ↓ Wat kàn of dóet iemand ermee? aanwezig of niet? vb: vermogen ‘gaan, lopen’ zonder stok (hulpmiddel)? Hoever? Kan iemand stappen? Hoe? Mét of Hoelang? Wat betekent dit naar werk?

Indiceringsinstrument: gebruik & richtlijnen 1. Lees zorgvuldig de definitie + gedragsindicatoren wanneer je een categorie beoordeelt. Plaats deze samen met de beschikbare informatie bij de juiste categorie(n) en maak op basis van dit totaalpakket een inschatting. Heb je onvoldoende informatie om een inschatting te maken, ga dan op zoek naar deze informatie door contact op te nemen met de klant en/of zijn omgeving (vrienden, familie, hulpverleners, …) Component ? (Functies/Activiteiten & Participatie/Externe factoren/Persoonlijke factoren/andere werkvaardigheden) Categorie? gedragsindicatoren gespreks-en observatiegegevens + beoordeling + motivatie ……

Indiceringsinstrument: gebruik & richtlijnen 2. Motiveer bij elke inschatting waarom je deze score koos. Maak je motivering concreet aan de hand van een voorbeeld. Hoe vertaalt zich dit in het functioneren van de persoon? 2. Beoordeel steeds het actuele functioneren. Beoordeel het functioneren op het moment van de afname, de focus ligt op het hier en nu. Informatie uit het verleden kan je meenemen, indien dit het huidige functioneren nog beïnvloedt. 4. Vertrek van observaties, vermijd interpretaties Bij het inschatten baseer je je op observaties. Wees je ervan bewust dat je, als automatisme, snel vervalt in interpretaties.

Indiceringsinstrument: gebruik & richtlijnen 5. Breng hulpmiddelen/ondersteunende personen NIET in rekenschap. Bij het inschatten van het functioneren breng je hulpmiddelen en/of ondersteunende personen niet in rekenschap. Dit betekent dat je deze wegdenkt bij het maken van de inschatting. Je kan de positieve invloed van deze elementen wel in kaart brengen bij de omgevingsfactoren. → compenserende hulpmiddelen = verlengstuk van je lichaam vb: bril, stok … → ondersteunende hulpmiddelen Let op! : medicatie plaatsen we niet onder hulpmiddelen. Deze denk je dan ook niet weg.

Indiceringsinstrument: gebruik & richtlijnen 6. Quoteer alle categorieën waarop iets zich manifesteert Ga niet naar oorzaken en gevolgen zoeken en maak hier geen interpretaties rond. Je schaalt alle categorieën in. Zorg voor een logische relatie tussen de score en de motivering 7. Een sterkte kan een probleem veroorzaken Bij een aantal categorieën kan iemand een eigenschap zeer sterk bezitten. Dit kan een negatieve invloed hebben op een aantal andere categorieën. Vb: Iemand die erg perfectionistisch is, zal op nauwgezetheid een sterkte scoren, maar door dit perfectionisme is het werktempo misschien een probleem.

Indiceringsinstrument: gebruik & richtlijnen 8. Vertrek van het dagdagelijkse leven van personen De begeleiding vanuit de werkwinkel is gericht op tewerkstelling. Om bij werkzoekenden de vertaalslag te maken naar deze werksituatie vertrek je vanuit ervaringen van mensen in hun dagdagelijkse leven. Het referentiekader is dan ook deze brede context, waar werk wel een essentieel onderdeel van is. Beschrijf enkel werk gerelateerde info of info die ons iets leert over werk gerelateerde competenties Bij een aantal categorieën wordt in de gedragsindicatoren duidelijk dat dit over een zuivere werksituatie gaat. Hier wordt het referentiekader dan ook smaller.

Indiceringsinstrument: gebruik & richtlijnen 9. Vul alle categorieën in ifv indicering en aanvraag recht en advies maatregelen Om de indicering als persoon met een multiple problematiek te kunnen doen, is het vereist dat alle categorieën zijn ingevuld. Hetzelfde telt voor het aanvragen van een recht. Heb je onvoldoende informatie, breid dan je sociaal onderzoek uit, sta rond dit thema stil in je gesprek met de werkzoekende, … VRAAG DOOR is hier dan ook het centrale thema! 10. Je referentiekader in functie van indicering en aanvraag recht/advies is het NEC! Geen rendementsverlies! Geen ondersteuningsnood!

Indiceringsinstrument: gebruik & richtlijnen 11. Hoe je motivering en conclusie schrijven ● ● ● ● Schrijf voor iemand die de persoon niet kent Zorg dat er geen tegenstrijdigheden in het dossier zitten Enkel relevante en noodzakelijke informatie ■ Waarom zou ik het opschrijven? ■ Wat is het doel van de informatie? ■ Heeft de informatie een meerwaarde voor de dienstverlening? Geen waardeoordeel Noteer in neutrale bewoordingen Communiceer open en eerlijk Tracht gezamenlijk tot een gepaste formulering te komen Verwijs naar toegevoegde attesten of verslagen van andere instanties Bronvermelding Geef de chronologie van de gezette stappen weer

kernboodschap

Indiceringsinstrument in Mijn Loopbaan (MLB)→MLP

…. de ruimere context ! VDAB-Partners: ❏ hanteren het ICF-denkkader ❏ opmaak en opvolging van trajectplan aan de hand van ICF ❏ ICF is rode draad tijdens trajectbegeleiding ❏ De trajectbegeleider: ❏ beheert het ICF-profiel ❏ volgt regelmatig op of de acties leiden tot een vervolledigen/aanpassen van het profiel ❏ vertaalt doelstellingen in ICF en volgt op in ICF ❏ schrijft de informatie uit het cliëntoverleg weg in het ICF-profiel ❏ Indicering: ❏ is gevolg van een begeleidingsproces ❏ gebeurt door een TB met mandaat voor indicering (VDAB/GTB/OCMW/…) ❏

Processtappen toekennen van het recht op een ondersteunende werkvorm ❏ processtappen in beeld : vermoeden → indicatie → recht Vermoeden Indicering Bepaling recht *attesten Pmah *Indicering Bepaling werkondersteuningspakket ❏ overleg tussen casemanagers Zorg en Casemanager Werk ifv indicering en aanvraag recht of advies ❏ rol Specialist DABP : beslissing + toekennen van rechten Evaluatie

Privacy Nieuw Europese privacyregels : sinds 25 mei 2018 van toepassing in alle europese lidstaten! Wat betekent dit concreet voor VDAB: VDAB is een overheidsdienst en heeft gegevens nodig ikv het ‘algemeen belang’ vb: wetgeving, politiek opdrachten, tewerkstellingsmaatregelen, …. ● ● Duidelijk = Juridisch gegevens mogen nooit genoteerd worden! ● Let wel!: Andere informatie: ○ Vdab (bemiddelaar) moet kunnen aantonen dat de informatie in het dossier noodzakelijk is ifv de doelstelling nl ‘tewerkstelling’! ○ dus ook: - wat in het vertrouwelijk luik en ICF wordt weggeschreven ifv inschatting, advies, verwerven rechten - in de begeleiding en ondersteuning= traject of stappen naar werk! klant moet altijd op de hoogte zijn! http: //eur-lex. europa. eu/legal-content/NL/TXT/PDF/? uri=CONSIL: ST_5419_2

voorbeeld ICFrapport: categorie met score Voorbeeld categorie Psychische Stabiliteit Psychische stabiliteit Motivatie ernstig probleem ORG X consulent X. . /2018 : Er worden door de klant geen psychische klachten aangegeven. We merken in zijn relaas wel dat hij soms te nerveus is om zijn taken uit te voeren. Vooral onduidelijkheid en conflicten met leidinggevenden kunnen hem dermate zenuwachtig maken dat hij zich nog moeilijk kan focussen op zijn taken. Op zulke momenten moet hij met iemand spreken. Tijdens zijn periode in Kringwinkel X sprak hij dan met mensen van de personeelsdienst. Volgens de klant konden deze goed naar hem luisteren. Desondanks waren er toch nog momenten dat de klant na een gesprek nog steeds te zenuwachtig was om verder te werken. Vanuit de personeelsdienst werd hij dan soms naar huis gestuurd. Volgens zijn werkgever kan de klant op bepaalde momenten blokkeren. Conflicten met leidinggevenden/collega’s en/of niet in staat zijn om op zijn eigen manier te werken, kunnen dit uitlokken. Op zulke momenten moet hij ventileren en heeft hij erg veel positieve feedback nodig om terug zijn taken op te pikken. Op persoonlijk vlak had hij erg veel begeleiding nodig.

Voorbeeld categorie betrouwbaarheid Betrouwbaarheid ernstig probleem Motivatie ORG X consulent X. . /2018 : Dit bleek op het einde van zijn tewerkstelling problematisch. Klant meldde zich laattijdig aan, verwittigde niet bij ziekte, was ongewettigd afwezig en weigerde werk. Hij werd ook beschuldigd van diefstal. Volgens de klant sloeg dit op een stuk touw dat hij had meegenomen naar huis om iets in elkaar te steken. Al deze feiten vormden uiteindelijk de aanleiding voor ontslag omwille van dwingende redenen. Vanuit de werkgever wordt aangegeven dat de klant , mede uit ontevredenheid over de gang van zaken, gedrag stelde dat niet langer aanvaard kon worden. Eén van zijn taken was bijvoorbeeld het registreren van nieuw ingevoerde artikelen. Men merkte dat de klant vaak in de artikelen op zoek was naar dingen die hij voor zichzelf kon houden. Men vermoedde dat hij ook artikelen ongevraagd mee naar huis nam en is hier op een bepaald moment ook op betrapt geweest. Voorts merkten men ook dat hij laattijdig aanwezig was, zich niet aan de rookpauzes (en -plaatsen) hield.

Voorbeeld categorie driftbeheersings Driftbeheersing Motivatie ernstig probleem ORG X consulent X. . /2018 : Zoals hierboven reeds aangegeven heeft hij het soms moeilijk om hevige emoties onder controle te krijgen. Tijdens zijn job in de Kringwinkel bleek dat S (soms impulsief en soms met goedkeuring van de personeelsdienst) de werkvloer kan verlaten na bijvoorbeeld een aanvaring met een leidinggevende. In ruzies met leidinggevenden hanteert hij soms ook schuttingstaal.

Ben je het eens met volgende beoordelingen? ● Het arbeidszorginitiatief geeft aan dat Lies het verwachte werktempo haalt. De consulent scoort dan ook ‘geen probleem’. ● Jan werkt in een beschutte werkplaats. Hij raakt op het werk door mee te rijden met zijn collega. Neemt deze collega verlof of is hij ziek, dan zorgen de ouders van Jan ervoor dat hij op zijn werk raakt. Alleen lukt het Jan niet om het openbaar vervoer te nemen. De consulent scoort een ernstig probleem. ● Kaat kende verschillende opnames omwille van depressie (1996, 2001, 2004). De consulent scoort een ernstig probleem. ● Bij een sociaal onderzoek geeft een vroegere werkgever aan dat hij vermoedt dat Pol autisme heeft. Daarom scoort de bemiddelaar bij ‘cognitieve flexibiliteit’ een ernstig probleem.