Van theorie naar praktijk Of van praktijk naar

  • Slides: 39
Download presentation
Van theorie naar praktijk? Of van praktijk naar theorie? Thats’s the question …. Praktijkonderzoek

Van theorie naar praktijk? Of van praktijk naar theorie? Thats’s the question …. Praktijkonderzoek Annick Kempeneers 20 mei 2016

Hoe het begon… -In september 2016 krijg ik onverwacht de opdracht om wiskunde te

Hoe het begon… -In september 2016 krijg ik onverwacht de opdracht om wiskunde te geven in het tweede jaar. Een uitdaging! -In sneltreinvaart bereid ik de lessen voor, met veel aandacht voor eigen praktijkverhalen en tijd om de studenten materialen, meegebracht uit de kleuterschool, te laten uitproberen. -Nadat de lessen van de module “ een week in de kleuterklas zijn afgerond”, krijgen de studenten een stageopdracht: werk een BA wiskunde uit voor je stage vanuit het domein “ ruimte”. -Ik benieuwd hoe ze het ervan af zullen brengen!

Ik was benieuwd…… Belangstellingscentrum: superhelden! Leuk BC! Mogen we de BA wiskunde integreren in

Ik was benieuwd…… Belangstellingscentrum: superhelden! Leuk BC! Mogen we de BA wiskunde integreren in onze hoekenverrijking? Ja graag! Gebruikte hoek: het hoofdkwartier, met een teletijdmachine, toetsenbord, mengpaneel, verkleedkleren, telefoons, …. Klinkt goed! En dan leveren ze dit in… Ontwikkelingsaspecten: DO 66: inzichten verwerven in de ruimte DO 67: inzichten verwerven in de tijd Concretisatie: Doordat de kleuters met de teletijdmachine werken, verplaatsen ze zich in ruimte en tijd. ? Dan volgt een hoekenfiche waarbij de kleuters een aantal handelingen kunnen uitbeelden die te maken hebben met superhelden, maar weinig te maken hebben met de opdracht. Wat deed ik fout?

-Helemaal niets fout gedaan, volgens de vorige lector wiskunde. Dat is altijd zo! Het

-Helemaal niets fout gedaan, volgens de vorige lector wiskunde. Dat is altijd zo! Het blijft me bezig houden. Wat deed ik niet goed? Wat ontbrak? Hoe kan ik hier iets aan doen? Want als de studenten niet beet hebben waar het over gaat, wordt het moeilijk om dit ook nog eens naar kleuters toe aan te bieden. En dan is daar de eerste driedaagse van de masterclass, en tegelijk een aantal handvaten om concreet mijn bezorgdheden aan de slag te gaan. Congruent opleiden: hier had ik nog nooit van gehoord, maar het maakte mij veel duidelijk: ik zag meteen duidelijk hiaten in mijn lessen. Modelen en expliciteren deed ik intuïtief wel, maar legitimeren mag veel sterker; En dan is er het praktijkonderzoek: de kans om met de vraag die ik al in mijn hoofd had, ook concreet aan de slag te gaan.

Met een vage onderzoeksvraag in mijn achterhoofd, start ik in december met mijn laatste

Met een vage onderzoeksvraag in mijn achterhoofd, start ik in december met mijn laatste lessen wiskunde in het tweede jaar, waarbij ik het legitimeren heel bewust inbouw. En voor de eerste keer moet ik een examen opstellen: ik steek er bewust een praktijkluik en een theoriegedeelte in: misschien kan ik hier info uit halen om in functie van het onderzoek mee aan de slag te gaan. En ondertussen , na veel denken en zoeken, lezen van artikels rond transfer en overleg met mijn ‘ kritische vrienden’ beginnen mijn onderzoeksvragen te ‘rijpen’. . Ik vond dit een moeizaam proces, dat maar traag vooruitging en waar mijn onzekerheid weer helemaal de kop opstak: Kan ik dit wel? Is dit niet te hoog gegrepen om dit te willen doen? Wie heeft hier iets aan? . . In die periode las ik een artikel dat als titel had: ‘Het mooie van Struikelen. . . ’ Waarom wil ik dat alles meteen goed gaat? Is dit niet net waarom we dit onderzoek willen doen? Om ook meer over onszelf te leren kennen? Want struikelen : je kunt het ook proberen te omarmen, door te zien als iets waarvan je kunt leren. En een belangrijke hierbij: er de tijd voor willen / durven / kunnen nemen.

En uiteindelijk kwam ik tot dit: Mijn onderzoeksvraag : Hoe kunnen studenten gestimuleerd worden

En uiteindelijk kwam ik tot dit: Mijn onderzoeksvraag : Hoe kunnen studenten gestimuleerd worden om de transfer te maken tussen de input van de lessen wiskunde tot het ontwikkelen van een kwaliteitsvol aanbod wiskundige initiatie tijdens hun stage “ oudste kleuter”? Deelvraag 1: Welke mogelijkheden en moeilijkheden in eigen denken geven de tweedejaarsstudenten aan wat betreft het vertalen van wiskundedidactiek naar lesvoorbereidingen van wiskundeactiviteiten? Deelvraag 2: Welke mogelijkheden en moeilijkheden benoemen studenten bij het vertalen van de wiskundedidactiek en lesvoorbereidingen naar de praktijk tijdens de stage “oudste kleuter”? Deelvraag 3: Hoe kan ik de tweedejaarsstudenten als lector op een gerichte manier coachen tijdens het voorbereiden van hun stageaanbod wiskunde voor de stage oudste kleuter? Deelvraag 4 : (om achteraf te bevragen) Hoe hebben de studenten deze gerichte coaching ervaren?

Eerste activiteit: kwantitatieve data verzamelen naar aanleiding van het examen wiskunde 1. 4 -Er

Eerste activiteit: kwantitatieve data verzamelen naar aanleiding van het examen wiskunde 1. 4 -Er deden 36 studenten 2 bako aan het examen wiskunde mee in zittijd januari ‘ 16. -Het examen had een theorievraag en een praktijkgedeelte. -27 studenten slagen voor dit examen; -11 studenten slagen op de theorievraag, maar niet op de praktijkvraag - 11 studenten slagen wel op de praktijkvraag , maar niet op het theoretisch gedeelte. - Dit zijn echter niet dezelfde studenten! - Ik ging ook eens kijken in hun praktijkdossiers: zijn hier overeenkomsten? Van de 11 studenten die het niet goed deden op de praktijkvraag, zijn er 6 die eerder als zwakkere student tijdens hun stage overkomen. - Ik kan hier dus wel wat overeenkomsten vinden: maar is dit relevant voor mijn onderzoek? Ik weet dat de transfer van theorie naar praktijk bij een aantal studenten niet zo goed loopt, maar buiten het feit dat studenten die het inzichtelijk moeilijker hebben het ook niet zo goed doen op stage, heb ik niet direct antwoorden gevonden. . - Tijd dus voor stap 2!

Tweede activiteit : focusgesprek met studenten 5 studenten schrijven zich in voor dit focusgesprek.

Tweede activiteit : focusgesprek met studenten 5 studenten schrijven zich in voor dit focusgesprek. Interessant: hierbij twee zwakkere studenten praktijk die ook niet slaagden voor hun examen wiskunde. Het gesprek bestaat uit drie grote delen: -mogelijkheden en moeilijkheden vanuit de input van de lessen wiskunde naar het voorbereiden van stage ( cursus duidelijk, gebruik je de PPT bij het voorbereiden, hoe gebruik je de cursussen van de verschillende modules, wat ontbreekt er, is het modulair systeem duidelijk) -realiseren van lesvoorbereidingen wiskunde in de praktijk (is wiskunde een afgebakende activiteit of trek je dit door, genoeg oefenkansen, helpen overzichten cursus om wiskunde te integreren? ) -aanbod coaching wiskunde voor laatste stage 2 bako ( wat heb je nodig, voorstellen? )

Het focusgesprek verliep vlot ( oef, eindelijk ECHT aan de slag met dat onderzoek:

Het focusgesprek verliep vlot ( oef, eindelijk ECHT aan de slag met dat onderzoek: ik blijk uiteindelijk toch meer een doe-mens) Wat waren de belangrijkste conclusies vanuit dit gesprek? Wat geven de studenten zelf aan dat ze nodig hebben? -Nood aan duidelijke structuur in de cursus en de PPT: nu was die er soms niet voldoende, waardoor het voor sommigen niet makkelijk is om een goede opbouw van het domein wiskunde in hun hoofd te hebben om dan samenhangende linken met de praktijk te maken en die ook in hun stageaanbod te verwerken. -Nood aan denken op langere termijn en mogelijkheden om domeinen te integreren en kansen om dit te oefenen. Dit staat wat haaks op overvolle stageweken met verplichte activiteiten en te weinig stagekansen. -Nood aan goede praktijkvoorbeelden: de input vanuit het werkveld is heel divers en sluit soms helemaal niet aan bij de visie van de opleiding.

Heel wat om over na te denken dus…. En nu? Nu ik de conclusies

Heel wat om over na te denken dus…. En nu? Nu ik de conclusies uit het focusgesprek heb gehaald, wil ik iets concreet gaan ontwikkelen om naar de studenten toe te stappen. Maar wat? Aan de eerste conclusie kun je tegemoet komen door cursus en lessen van volgend academiejaar aan te passen, maar de andere twee conclusies zou ik nu mee aan de slag willen gaan. Ondertussen laait volgende discussie op vergaderingen ivm het nieuwe curriculum opnieuw op: hebben studenten geen stevige theoriebasis nodig voor ze zelf hun weg kunnen gaan bepalen? En hoe begeleiden we dit? Ook deze discussie sluit aan bij mijn onderzoek. Want hoe gebeurt die transfer? Enerzijds gaven de studenten zelf aan dat ze een basis nodig hebben om te kunnen loslaten, maar kun je theorie en praktijk hierin niet combineren? Ik lees het document : ‘ de didactiek van praktijkrelevant opleiden’(Korthagen, Melief en Tigchelaar, 2002) dat een duidelijk beeld schept dat je kunt vertrekken vanuit praktijkervaringen waar je structuren in gaat aanbrengen: is dat nu niet precies hoe ik in de kleuterklas werk? En is het niet gewoon zo dat als je vertrekt vanuit een ervaring je de theorie veel beter begrijpt? Waarom willen we dan eerst die theorie aanbrengen?

Ik besluit om wat artikels rond wiskunde in de kleuterschool door te nemen en

Ik besluit om wat artikels rond wiskunde in de kleuterschool door te nemen en zo een praktijkvoorbeeld te gaan bedenken om mee te nemen naar de studenten, vanuit voorgaande bevindingen. Vanuit de artikels ‘Een goede voorbereiding op rekenen en wiskunde’ ( Poland, 2009) en ‘ Werken met de rekenkist’ ( Zwart, 2004) kom ik tot volgende aandachtspunten: -kleuters moeten de sprong van concreet naar abstract denken maken bij wiskunde: het grootste struikelblok -vaak wordt de abstracte vorm té snel aangeboden -als je vertrekt vanuit ervaringen is het sneller verankerd -geef kleuters de kans tot leren schematiseren -kleuters willen heel veel herhalen -zoek naar mogelijkheden om structuren aan te brengen in de rekenervaringen van kleuters zonder dat rekenen abstract wordt. Ik besluit om iets concreets op te zetten in mijn klas en dat ook zelf te gaan uitproberen. Na wat zoeken krijg ik een tip van mijn kritische vriend : een blog over ‘ loose parts’…. dit is wat ik zocht. Na enkele weken hamsteren heb ik de nodige materialen verzameld, en met volgend schema in mijn achterhoofd start ik dit project op in mijn eigen kleuterklas, tijdens het belangstellingscentrum “ afval, wat doen we ermee? ”

Activiteit 3 : werken met loose parts! Met dit schema in mijn hoofd begin

Activiteit 3 : werken met loose parts! Met dit schema in mijn hoofd begin ik er aan…

Kroonkurken, melkflesdoppen, touwtjes, kurken, kroonkurken, deksels en knopen bij elkaar: wat doen kleuters ermee?

Kroonkurken, melkflesdoppen, touwtjes, kurken, kroonkurken, deksels en knopen bij elkaar: wat doen kleuters ermee?

Alle soorten bij elkaar…

Alle soorten bij elkaar…

Per soort en per kleur…

Per soort en per kleur…

En per grootte…

En per grootte…

Het begint op te schieten!

Het begint op te schieten!

Ik verzamel de belgische kleuren!

Ik verzamel de belgische kleuren!

Je mag eens raden hoelang ze met het sorteren bezig zijn geweest…

Je mag eens raden hoelang ze met het sorteren bezig zijn geweest…

Soort per soort en kleur per kleur. En nu?

Soort per soort en kleur per kleur. En nu?

Mogen we hier taarten van maken? Voor in onze winkel?

Mogen we hier taarten van maken? Voor in onze winkel?

Waarvan hebben we er het meest ?

Waarvan hebben we er het meest ?

Hoe gaan we ze tellen? We maken rijen!

Hoe gaan we ze tellen? We maken rijen!

Het zijn er zovéél! Dat krijgen we niet geteld.

Het zijn er zovéél! Dat krijgen we niet geteld.

Of misschien groepjes van 10?

Of misschien groepjes van 10?

En nu turven!

En nu turven!

We weten nu hoeveel kurken we hebben. Maar wegens de kurken en de doppen

We weten nu hoeveel kurken we hebben. Maar wegens de kurken en de doppen ook evenveel? Even testen!

Met de ‘ loose parts’was de halve klas gedurende die twee dagen non-stop bezig.

Met de ‘ loose parts’was de halve klas gedurende die twee dagen non-stop bezig. Deze kleuters waren ondertussen in de bouwhoek een autobaan het bouwen aan de hand van hun zelfgetekend plan…

En daar kwam dan het aspect ‘ ruimte’ tevoorschijn

En daar kwam dan het aspect ‘ ruimte’ tevoorschijn

En zo werkten mijn kleuters gedurende drie dagen aan alle domeinen wiskunde. Wat ik

En zo werkten mijn kleuters gedurende drie dagen aan alle domeinen wiskunde. Wat ik deed? Niet veel. Maar ik had de structuur van de wiskunde inhouden in mijn hoofd en wist waar ik naartoe wou. Ik keek vooral goed en gaf impulsen waar het nodig was. Ik nam tijd om te observeren en om de kleuters te laten doorwerken. En als ik ‘s avonds de ontwikkelingsaspecten ging oplijsten, zag ik pas hoeveel aan bod kwam: zowel bij de zeer intelligente kleuter die eigenlijk al helemaal klaar is voor de lagere school, als voor mijn jongste anderstalige speelvogel. Met dit voorbeeld ging ik naar mijn focusgroep terug: tevens mijn laatste echte activiteit dit academiejaar voor dit onderzoek. De studenten waren enthousiast over deze manier van werken, maar gaven aan dat daar deze stage geen ruimte voor was wegens het grote aantal opdrachten. Ze gaven aan hier graag in 3 bako mee te kunnen werken en vroegen naar meer praktijkvoorbeelden op langere termijn.

Wat neem ik mee? -Studenten hebben meer ervaringen in de praktijk nodig om de

Wat neem ik mee? -Studenten hebben meer ervaringen in de praktijk nodig om de theorie die erbij hoort te kunnen structureren en te leren denken op langere termijn. . Ik droom van een experimenteerruimte waar we met studenten en materialen aan de slag kunnen, en waar we kleuters kunnen uitnodigen om dit soort activiteiten uit te proberen: laat studenten meespelen en observeren, en koppel er dan theorie aan. In het nieuwe curriculum is er hopelijk ruimte voor dit soort initiatieven. . -In het nieuwe curriculum is sprake van ‘ groeilabo’s’: hierin zitten de huidige studietrajectbegeleidingssessies, maar ik hoop dat hier ook ruimte is om te gaan reflecteren over dit soort activiteiten om hier naar diepgang te zoeken. . . en vooral genoeg tijd hiervoor. -Ik wil op zoek gaan naar meer van dit soort praktijkvoorbeelden die ik kan gaan uitproberen in mijn klas en kan filmen om de reeds bestaande demo’s aan te vullen

-En krijg ik de kans om terug les te kunnen geven: ik neem zeker

-En krijg ik de kans om terug les te kunnen geven: ik neem zeker mee wat de studenten aanbrachten: duidelijke structuur in cursus en PPT, praktijkvoorbeelden die haalbaar zijn en een duidelijk theoretisch schema dat ze kunnen meenemen naar de praktijk zodat ze weten waar ze mee bezig zijn, zonder uit het oog te verliezen dat we werken vanuit de kleuter. Want de kleuter, daarvoor doen we het, en daarom was gedurende dit hele onderzoek het uitgangspunt: Elke Kleuter verdient het om de kans te krijgen zich voluit te ontwikkelen, volgens zijn tempo en mogelijkheden. Dat is mijn missie, en onze missie, en daar ga ik voor. Dit onderzoek is niet af, dus hopelijk…. wordt vervolgd.