Stroom Aftrap Stroom Wat is 1 fase Veel

Stroom

Aftrap

Stroom Wat is 1 -fase? Veel huizen zijn via een 1 -fase-aansluiting aangesloten op het elektriciteitsnet. Bij een 1 fase-aansluiting komt een elektriciteitskabel uw huis binnen. In die kabel zitten twee draden: de fasedraad en de nuldraad. De spanning op uw stopcontacten is het verschil tussen die ene fasedraad en de nuldraad. Als u een 1 -fase groepenkast in uw meterkast heeft staat er 220/230 V op uw elektriciteitsmeter. .

Stroom

Stroom Voor je begint: Schakel altijd de betreffende stroomgroep uit voor je aan een elektrische installatie gaat werken. Informeer ook je huisgenoten, zodat niemand per ongeluk de zekering weer inschakelt. Bovendien mag je alleen veranderingen aanbrengen na de elektriciteitsmeter. De meter en alle bedrading die ervoor zit zijn en blijven eigendom van het energiebedrijf. Let hier dus goed op voor je zelf bedrading gaat aanleggen!

Elektriciteitsmeter (oud) Een kilowattuurmeter, stroommeter of elektriciteitsmeter meet het elektriciteitsverbruik van een woning of bedrijf. De meter is te vinden in de meterkast en is een onderdeel van de elektrische installatie. Er bestaan ook zogenaamde bidirectionele elektriciteitsmeters waarbij de teller terugdraait indien stroom terug geleverd wordt aan het net.

Elektriciteitsmeter (nieuw) Een slimme meter is een digitale gas- en elektriciteitsmeter die zowel op locatie als op afstand kan worden uitgelezen. De meter is een vervanging voor de analoge kilowattuurmeter en gasmeter. Met de term 'slim' wordt bedoeld dat het apparaat op afstand bediend en uitgelezen kan worden en uit zichzelf in staat is om de meterstanden door te geven aan de netbeheerder. Daarnaast bevat het apparaat mogelijkheden waarmee op afstand andere apparatuur bediend kan worden. Zo kan in landen waar dat wettelijk is toegestaan via een signaal de elektriciteit afgesloten worden, bijvoorbeeld bij wanbetaling of bij (dreigende) overbelasting van het net.

Stoppenkast (oud) Na de elektriciteitsmeter komt de stroom uit in de groepenkast, eventueel via een hoofdschakelaar (per september 2005 verplicht in nieuwe installaties). Indien er toestellen zijn die krachtstroom (400 V) nodig hebben, moeten hiervoor aparte aansluitingen worden gemaakt. Een huisinstallatie moet voorzien zijn van minimaal twee aardlekschakelaars van 30 m. A. Er mogen doorgaans niet meer dan 4 groepen per aardlekschakelaar aangesloten worden. Het achterliggende doel hierbij is dat voorkomen moet worden dat door een aardfout een gebouw of groot deel daarvan geheel in het donker kan komen te staan.

Stoppenkast (nieuw) Een installatieautomaat, ook wel maximumschakelaar, zekeringautomaat of kortweg automaat genoemd, beschermt de bedrading van elektrische installaties tegen schade door te hoge elektrische stromen. De automaat onderbreekt het elektrische circuit als door kortsluiting of overbelasting een te hoge stroom in de installatie ontstaat. Bij een plotselinge hoge stroomstoot (kortsluiting) geschiedt het uitschakelen nagenoeg zonder tijdsverloop door een elektromagneet. Bij overbelasting vindt uitschakeling plaats door middel van een bimetaal. Installatieautomaten vervangen meer de klassieke porseleinen smeltpatronen. Ze hebben de eigenschap – nadat ze in werking zijn getreden – direct weer voor gebruik gereed zijn. Bij moderne huisinstallaties zijn installatieautomaten, naast aardlekschakelaars, het hoofdbestanddeel van de verdeelkast (groepenkast).

Aardlekschakelaar Een aardlekschakelaar komt voor in bijna alle groepenkasten! De aardlekschakelaar zorgt ervoor dat de installaties die op dit component zijn aangesloten, spanningsloos gemaakt kunnen worden. Het spanningsloos maken van de installatie gebeurt wanneer de aardlekschakelaar opmerkt dat er lekstroom is. Met lekstroom wordt bedoeld: stroom die via een andere manier de installatie verlaat dan dat verwacht mag worden. Wij zouden kunnen zeggen dat de aardlekschakelaar de installaties beveiligen tegen lekstroom. De functie van de aardlekschakelaar is dan ook niet te onderschatten! Vandaag de dag zijn aardlekschakelaars ook verplicht in de groepenkast in uw meterkast

Aardlekschakelaar

Zekering (oud) De veiligheid bestaat uit een smeltpatroon en een schroefkop. Smeltpatronen zijn voorzien van een meld- en een smeltdraad (in de figuur aangeduid met 1). De smeltdraden zijn gemaakt van zilver of van verzilverd koper. Beide draden lopen parallel vanaf de met gips gevulde patroonvoet (5) naar een vastgekit contactplaatje aan de bovenzijde van de smeltpatroon.

Zekering (oud) Zodra door kortsluiting of overbelasting een te grote stroom door de zekering loopt wordt de smeltdraad door zijn elektrische weerstand sterk verhit, zodat hij snel of langzaam doorsmelt – afhankelijk van de soort zekering. Daarna loopt alle stroom door de melddraad, die zeer snel doorsmelt. Het elektrisch contact is dan verbroken. Het veertje (2) drukt de verklikker (3) naar buiten, waaraan men kan zien dat "de zekering is doorgebrand". Fijn zand (4) voorkomt vuurverschijnselen tijdens het doorsmelten.

Zekering (nieuw) Bij een automatische schakelaar bestaat de overstroombeveiliging uit twee in serie geschakelde elementen: een magnetische beveiliging die beschermt tegen kortsluiting en thermische beveiliging die in actie schiet bij overbelasting. De automaat kan na een incident gewoon opnieuw ingeschakeld worden. Smeltzekeringen worden dan ook meer en meer vervangen door automatische schakelaars.

Kleine introductie elektriciteit • Een kleine introductie stroom en elektriciteit: de stroomaanvoer vanaf de groepenkast leidt per vertrek naar een centraaldoos. Vanaf de centraaldoos lopen leidingen naar diverse lichtpunten, stopcontacten en schakelaars in het huis.

Kleine introductie elektriciteit In de keuken gebruik je over het algemeen meerdere apparaten die veel stroom verbruiken. Daarom is het van belang dat je daar minimaal twee groepen voor reserveert. Als je de vermogens van alle apparaten die je op een groep aansluit optelt, zie je hoe zwaar de groep belast wordt als alle apparaten aan staan. De maximale belasting van een groep is ongeveer 3680 watt. Verdeel de apparaten gelijkmatig over de groepen, afhankelijk van het stroomverbruik, en zorg dat je onder de grens van 3680 watt blijft.

Kleine introductie elektriciteit Gebruik voor binnen alleen het standaard elektradraad en houd je aan de kleurcodes. In volgorde van boven naar beneden getoond op de afbeelding: • Zwart: stroomaanvoer vanaf een schakelaar naar een lichtpunt (schakeldraad) • Bruin: stroomaanvoer (fasedraad) • Geel/groen: zorgt voor ontlading en afvoer van spanning (aardedraad • Blauw: stroomafvoer (0 -draad)

Kroonsteentje

Lasdoppen en lasklemmen

Verlengsnoer met randaarde

Verlengsnoer met randaarde

4 centimeter Knip met een zijkniptang de witte isolatiemantel een klein beetje in, probeer de gekleurde binnenaders niet te beschadigen.

Buig vervolgens de kabel wat, zodat de witte isolatie verder scheurt, en trek het dan van de binnenaders af.

Blauw is de nuldraad Geel/groen is randaarde Bruin is fase

Knip de fasedraad en de nuldraad nu 1 cm. korter af dan de aardedraad.

Met de striptang ga je nu de gekleurde isolatie ongeveer 8 mm. van de aders afstrippen. Maar eerst stel je de tang in op de juiste dikte.

Strip nu 8 mm. isolatie van iedere ader af.

Draai met je hand de losse draadjes stevig in elkaar.

Draai het schroefje in de stekker met een passende schroevendraaier los.

Aansluitingen voor fase en nuldraad Trekontlaster Aansluiting voor randaarde

Draai de schroeven voor de fase en nuldraad iets los, steek de draad er in en draai weer vast.

De randaardedraad komt bij deze stekker aan de zijkant, in de uitsparing, onder de schroefkop.

Draai de trekontlaster vast op de witte buitenisolatie. Laat de isolatie iets doorsteken

Schroef het kunststof omhulsel weer vast aan de stekker.

Draai van de contrastekker het schroefje los.

Fase en nul aansluitingen Aarde aansluiting

Nu maak je de andere kant van je snoer hetzelfde als bij de stekkeraansluiting. Vervolgens sluit je de draden aan in de contrastekker zoals aangegeven in de volgende dia.

Vergeet niet om het witte omhulsel van de contrastekker eerst om het snoer te schuiven Draad aansluitingen

Monteer het witte omhulsel, en vraag aan je leraar of het snoer gecontroleerd word.