Processen van het ouder worden De geriatrische zorgvrager

  • Slides: 21
Download presentation
Processen van het ouder worden De geriatrische zorgvrager

Processen van het ouder worden De geriatrische zorgvrager

Processen van het ouder worden • "Iedereen wil lang leven, maar niemand wil oud

Processen van het ouder worden • "Iedereen wil lang leven, maar niemand wil oud worden. “ (Jonathan Swift) • "Leef niet alsof je nog duizenden jaren voor je hebt. Het noodlot zit je op de hielen. Neem het er goed van zolang leven en kracht tot je beschikking staan. “ (Marcus Aurelius)

Biologische ontwikkeling • Het biologische verouderingsproces duurt een heel leven. Oud worden gaat langzaam.

Biologische ontwikkeling • Het biologische verouderingsproces duurt een heel leven. Oud worden gaat langzaam. • De verschillen tussen ouderen en jongeren worden niet noodzakelijk veroorzaakt door het verouderingsproces. • De oorzaken kunnen extern liggen; b. v. het ontstaan van obstipatie door te weinig beweging.

Endogene ouderdomsveranderingen • Genetisch bepaalde veranderingen die vroeg of laat optreden: • Grijs haar

Endogene ouderdomsveranderingen • Genetisch bepaalde veranderingen die vroeg of laat optreden: • Grijs haar • Dunner en droger worden van de huid • Visusklachten • Biologische ouderdomsveranderingen: • Afnemen van de lengte door inzakken van de wervels en vochtverlies in de tussenwervels • Afnemen van de hoeveelheid lichaamsvocht • Afnemen van de spiermassa • Toenemen van de vetmassa

Orgaanspecifieke ouderdomsveranderingen • Atrofie (verschrompeling) van • • Spieren Skelet Huid Hersenen Lever Nieren

Orgaanspecifieke ouderdomsveranderingen • Atrofie (verschrompeling) van • • Spieren Skelet Huid Hersenen Lever Nieren Hart • Stugger worden van diverse weefsels doordat er meer steunweefselcellen zijn

Functionele veroudering • Het functioneren van diverse organen gaat achteruit • Begint rond het

Functionele veroudering • Het functioneren van diverse organen gaat achteruit • Begint rond het 20 e levensjaar • Valt niet direct op door de grote reservecapaciteit van alle organen • Valt pas op latere leeftijd op • Ieder veroudert in een eigen tempo

Beleving en welbevinden • Doordat een en ander op een natuurlijke wijze verloopt heeft

Beleving en welbevinden • Doordat een en ander op een natuurlijke wijze verloopt heeft men pas op een latere leeftijd in de gaten dat men bij de ouderen hoort • Uiteindelijke voelt mens zelf ook dat het lichaam ouder wordt • De meeste mensen kunnen hier constructief mee om gaan en passen zich aan de veranderingen aan

Psychologische ontwikkeling • Qua psychologische en verstandelijke ontwikkelingen zijn we op 35 jarige leeftijd

Psychologische ontwikkeling • Qua psychologische en verstandelijke ontwikkelingen zijn we op 35 jarige leeftijd op onze top • Na je 35 e ga je steeds meer een beroep doen op opgebouwde kennis en ervaring. • Doordat ouderen eerder opgedane kennis en ervaring combineren met nieuwe ontwikkelingen en inzichten kunnen zij soms betere prestaties leveren dan jongeren • Met het stijgen van de leeftijd treden veranderingen op in de verstandelijke vermogens, de oriëntatie, het taalvermogen en het denkvermogen.

Individuele verschillen • De psychologische ontwikkeling is het resultaat van de interactie tussen mensen

Individuele verschillen • De psychologische ontwikkeling is het resultaat van de interactie tussen mensen en hun omgeving • Leefomstandigheden en ervaring spelen een grote rol • Ook de opleiding die je volgt is van belang • De verstandelijke ontwikkeling kan worden beïnvloedt door biologische processen (trauma, hersenvliesontsteking) • Individuele verschillen kunnen ook worden bepaald door dingen die men mee maakt waardoor men in een bepaalde rol wordt gedwongen (verlies van een ouder)

Beleving en welbevinden • Op cognitief gebied ontstaan op een moment veranderingen: • De

Beleving en welbevinden • Op cognitief gebied ontstaan op een moment veranderingen: • De reactiesnelheid vermindert • Het geheugen vermindert • Mensen ervaren dit op verschillende manieren: • Het kan heel bedreigend zijn • Men kan ook proberen te genieten zo lang het kan • Niet vergelijken met vroeger helpt ook

Sociale ontwikkeling • In de sociale veroudering verandert de rol die men speelt in

Sociale ontwikkeling • In de sociale veroudering verandert de rol die men speelt in het gezin en het werk • Soms verdwijnt een rol • De “kind”rol • De “ouder” rol • De “werk” rol

Beleving en welbevinden • Sociale ouderdomsveranderingen kunnen pijnlijk zijn, maar ook positief • De

Beleving en welbevinden • Sociale ouderdomsveranderingen kunnen pijnlijk zijn, maar ook positief • De veranderde invullen van de rollen brengt tijd en mogelijkheden met zich mee • Men krijgt nieuwe rollen • Men moet wel open staan voor de veranderingen

Positieve en negatieve invloeden: Leefstijl • De wijze waarop men ouder wordt heeft ook

Positieve en negatieve invloeden: Leefstijl • De wijze waarop men ouder wordt heeft ook te maken met externe factoren:

Positieve en negatieve invloeden: Levensomstandigheden • Sociaal netwerk: • In stand houden en aangaan

Positieve en negatieve invloeden: Levensomstandigheden • Sociaal netwerk: • In stand houden en aangaan van (nieuwe) relaties en sociale contacten • Eenzaamheid • Inkomen: • Mensen met een hoog inkomen hebben het vaak net iets makkelijker • Velen gaan na hun pensioen er fors op achteruit • Maatschappelijke ontwikkelingen: • Veel ouderen zijn in isolement terecht gekomen doordat zij hun maatschappelijke positie moesten opgeven • Tegenwoordig zorgen ouderen er voor een nuttige invulling van hun tijd te hebben

Stoornissen in de ontwikkeling bij het ouder worden • De meeste ouderen accepteren na

Stoornissen in de ontwikkeling bij het ouder worden • De meeste ouderen accepteren na verloop van tijd de realiteit en leren er mee om te gaan • Sommige mensen komen in de problemen doordat er zich op meerdere vlakken; biologisch, psychologisch en sociaal stoornissen optreden • We spreken nu van de geriatrische zorgvrager

Visies op ouder worden 1. De disengagement theorie: • • Ontwikkeld midden 20 e

Visies op ouder worden 1. De disengagement theorie: • • Ontwikkeld midden 20 e eeuw: De oudere trekt zich geleidelijk aan terug uit het sociale verkeer Ze laten steeds meer activiteiten los Ouder worden is een proces van loslaten

Visies op ouder worden 2. De activiteitentheorie: • • Is een reactie op de

Visies op ouder worden 2. De activiteitentheorie: • • Is een reactie op de voorgaande Het loslaten van rollen leidt tot inactiviteit en tot het zich ongelukkig voelen De kern van deze visie is om ouderen zo lang mogelijk actief te houden Voor de rollen die men moet loslaten komen andere in de plaats

Visies op ouder worden 3. De continuïteitstheorie: • • Weer een reactie op de

Visies op ouder worden 3. De continuïteitstheorie: • • Weer een reactie op de voorgaande theorieën Niet alle oudere zitten te wachten op nieuwe rollen en activiteiten De kern van deze theorie is dat de oudere zo veel mogelijk zijn oude leefpatroon vasthoudt, men dient dit alleen aan te passen Ouderen moten zo lang mogelijk door gaan met wat men doet

Visies op ouder worden 4. De differential-aging theorie • • • Samenstelling van de

Visies op ouder worden 4. De differential-aging theorie • • • Samenstelling van de voorgaande De kern van deze theorie is dat ouder worden een individueel proces is Voor sommigen is het goed om activiteiten los te laten Voor anderen is het noodzakelijk om activiteiten te blijven ontplooien Deze visie gaat er van uit dat de oudere zelf wel weet wat goed is Onafhankelijkheid en autonomie zijn erg belangrijk

Vraaggericht zorg verlenen • De huidige maatschappij leidt er toe bij dat ouderen soms

Vraaggericht zorg verlenen • De huidige maatschappij leidt er toe bij dat ouderen soms een beetje de weg kwijt raken • Door het grote aanbod aan middelen en mogelijkhedenweet men soms niet wat de echte behoeften zijn • Hierdoor gebeurt het dat de ‘diensten’ soms niet aansluiten op de behoeften van de zorgvrager • Wanneer wij vraaggerichte zorg willen verlenen zullen we eerst de zorgbehoeften moet inventariseren • Uitgangspunt is de autonomie van de zorgvrager • Als verzorgende geef je informatie en advies