ontwikkelingspsychologie Hechting deel 2 Eindopdracht Maak een koppeling

ontwikkelingspsychologie Hechting deel 2

Eindopdracht: Maak een koppeling tussen de theorie (hechting, ontwikkelingspsychologie) uit de lessen en de praktijk. Maak hierbij gebruik van onderstaande vragen: Geef een korte omschrijving (profielschets) van een cliënt naar keuze. In welke levensfase zit jouw cliënt en welke fases heeft jouw cliënt doorlopen? Heeft de cliënt de fases van psychoseksuele ontwikkeling (Freud) goed doorlopen? Waarom denk wel/niet? Hoe denk je dat de hechting van jouw cliënt is verlopen? Waarom denk je dat? Is er sprake van hechtingsproblematiek of een hechtingsstoornis? Waarom wel/niet? Hoe uit zich dit? Hoe kun jij jouw cliënt het beste begeleiden als je kijkt naar hechting? Grootte: 1, 5 a 2 A 4 Beoordeling: onvoldoende, goed Inleveren: Einde van les 8 + Datum

Het vak • Les 1 intro, freud, klassieke / operante conditionering • Les 2 Hechting deel 1 • Les 3 Hechting deel 2 • Les 3 baby, peuter, kleuter, schoolkind • Les 5 puber, adolescent, volwassenen, ouder • Les 6 Brein • Les 7 theorie toets • Les 8 opdracht inleveren • Les 9 herkansing

Vorige les • Bowlby • Harlow: • Tronick: In tweetallen/drietallen: -Waar hebben we het de vorige les over gehad? - Wat leren we van de experimenten van Tronick en Harlow?

Mary Ainsworth • Mary Ainsworth: onderzoek relatie ouderlijk gedrag en veilige gehechtheid • Verschil in aard en kwaliteit van gehechtheid • Vreemde situatie procedure: gestandaardiseerde wijze kind blootstellen aan angst/stress • Veilig en onveilig gehecht

https: //www. youtube. com/watch? v=QTsew. Nr. HUHU

Veilig gehecht Vormen van gehechtheid Onveilig gehecht 5448 -Ambivalente gehechtheid -Vermijdende gehechtheid -Gedesorganiseerd gehechtheid

Veilig gehecht -Vaste voorspelbare verzorgers -Vertrouwen in zichzelf en in anderen -Basisveiligheid -Goede ontwikkeling op sociaal-emotioneel verstandelijk en motorisch niveau - Balans tussen afstand en nabijheid Strange situation?

. Ambivalent gehecht -Vaste onvoorspelbare verzorgers -Gering vertrouwen in zichzelf en anderen -Onveilig/angstig -Belemmerende ontwikkeling -Verstoorde balans tussen afstand en nabijheid -Klampgedrag -Angst voor intimiteit -Schijnaanpassing Strange situation?

Vermijdende gehecht -Wisselende/emotioneel niet beschikbare verzorgers -Wantrouwen t. o. v anderen -Onveilig-angstig -Verstoorde balans -Overlevingsgedrag -Angst voor intimiteit -Allemansvrienden -Verstoorde gewetensontwikkeling -Gebrekkige beleving van emoties Strange situation?

Gedesorganiseerd gehecht - Mishandelende en/of beangstigende verzorgers - Afwisselend vertrouwen en wantrouwen - Verward / onveilig - Verstoorde ontwikkeling - Verstoorde balans tussen afstand en nabijheid - Grote controlebehoefte - Verwarrend: ene moment veilig volgende moment onveilig

Problematische gehechtheidsrelaties komen vaker voor bij…

Problematische gehechtheidsrelaties komen vaker voor bij… • medische omstandigheden • persoonlijke, emotionele of psychische problemen van ouders • onveilig gehechte ouders • adoptie / uithuisplaatsing/ wonen op een leefgroep/ pleegzorgplaatsing • verwaarlozing • mishandeling / huiselijk geweld

The Attachment Theory; How Childhood Affects Life HTTPS: //WWW. YOUTUBE. COM/WATCH? V =WJOOWWXOXCG&LIST=PLIRMGBRBY_HE NRUIX 3 WTHRFX 4 FTIHJQNE

Geef antwoord op de volgende vragen (gebruik eventueel hulpbronnen): Hoe kan een onveilige gehechtheid zich uiten in de volwassenheid? Zijn er andere dingen/situaties die van invloed kunnen zijn op de gehechtheid, ook op latere leeftijd?

Er wordt onderscheid gemaakt tussen kinderen die onveilig gehecht zijn en kinderen met een hechtingsstoornis (DSM). De criteria in DSM-5 voor de diagnose hechtingsstoornis zijn: • A) In de meeste situaties opmerking verstoorde en niet aan de ontwikkeling aangepaste sociale relatievormen, optredend voor het 5 e jaar en duidelijk zichtbaar in: een voortdurend mislukken om op een aan de leeftijd aangepaste wijze sociale interacties te stellen of erop te antwoorden, zoals duidelijk door overdreven geremde, over alerte of erg ambivalente en tegenstrijdige reacties; een gebrek aan duidelijke bindingen, wat blijkt uit een onvermogen om in sociale relaties een onderscheid des persoons te maken, met een duidelijk onvermogen om op die verschillende personen passend te reageren. • B) De stoornis mag niet te wijten zijn aan een algemene ontwikkelingsstoornis zoals een mentale handicap, of een symptoom zijn van een pervasieve ontwikkelingsstoornis zoals het autisme. • C) Er moeten sporen zijn van een vroegkinderlijke verwaarlozing: voortdurende veronachtzaming van emotionele basisbehoeften (koestering, troost, aanmoediging van het kleine kind); verwaarlozing van de fysieke basisbehoeften (verzorging, voeding); herhaaldelijke wisseling van basisverzorgers, waardoor geen stabiele hechtingen mogelijk waren. • D) Men mag veronderstellen dat de verwaarlozing onder punt c verantwoordelijk is voor het gestoorde gedrag, dat ook volgde op die verwaarlozing.

Celine • https: //www. npostart. nl/ncrv-dokument-kinderenvan-de-hondsberg-2/08 -07 -2013/NCRV_1591071 Celine is geadopteerd en heeft een verstandelijke beperking. Wat valt je op in het fragment? Wat herken je rondom hechting? Hoe denk je dat Celine is gehecht en waarom?

Ter afsluiting: Volgende week: Start met ontwikkelingsfases Baby, peuter, kleuter