Stilistiek van het Nederlands WS 2019 Week 8

  • Slides: 12
Download presentation
Stilistiek van het Nederlands WS 2019. Week 8, 19 November 2019. ‘De beginselen van

Stilistiek van het Nederlands WS 2019. Week 8, 19 November 2019. ‘De beginselen van de grafische vormgeving’

Vandaag 1. Huishoudelijke mededelingen 2. Grafisch ontwerpen: Module 2 3. Formuleren: Hoofdstuk 4 4.

Vandaag 1. Huishoudelijke mededelingen 2. Grafisch ontwerpen: Module 2 3. Formuleren: Hoofdstuk 4 4. Huiswerk 5. Vergadering

Huishoudelijke mededelingen • Geen? • Gaat het goed met de vertaling?

Huishoudelijke mededelingen • Geen? • Gaat het goed met de vertaling?

Grafisch ontwerpen: Module 2 (compositie) 1. Basiselementen; 2. Vorm en ruimte; 3. Symmetrie/asymmetrie; 4.

Grafisch ontwerpen: Module 2 (compositie) 1. Basiselementen; 2. Vorm en ruimte; 3. Symmetrie/asymmetrie; 4. Basisprincipes van de lay-out; 5. Lay-outstijlen (a. k. a. symmetrie/asymmetrie 2); 6. Tempo en contrast; 7. Grootte en vorm; 8. Coördinatie en identiteit; 9. Foto’s en illustraties.

Formuleren, hoofdstuk 4: de lijdende vorm 1. Inleiding; 2. Het algemene karakter van de

Formuleren, hoofdstuk 4: de lijdende vorm 1. Inleiding; 2. Het algemene karakter van de lijdende vorm; 3. Motieven voor de lijdende vorm: een overzicht; 4. Zijn en worden: toestand en proces-met-uitvoerder-op-de -achtergrond; 5. Zakelijke alternatieven voor de lijdende vorm.

4. 1. Inleiding • De verleden tijd wordt gevormd met een hulpwerkwoord (worden/zijn) en

4. 1. Inleiding • De verleden tijd wordt gevormd met een hulpwerkwoord (worden/zijn) en een voltooid deelwoord; • Lijdende zinnen hebben meestal een bedrijvende equivalent; • De lijdende vorm met ‘zijn’ wordt ook wel de voltooide tijd van de lijdende vorm genoemd; • De functionele eigenschappen van de lijdende vorm komen in bepaalde opzichten overeen (voltooid deelwoord), maar verschillen in andere (hulpwerkwoord).

4. 2. Het algemene karakter van de lijdende vorm • (Schema in het boek)

4. 2. Het algemene karakter van de lijdende vorm • (Schema in het boek) • Een voltooid deelwoord drukt een toestand uit die het resultaat is van een proces; • Doordat in een lijdende zin het onderwerp niet de uitvoerder van de handeling is, wordt de aandacht van die uitvoerder afgeleid; • ‘De lijdende vorm is een manier om een situatie anders te presenteren dan vanuit het perspectief van de veroorzaker daarvan. ’ (parafrase) • De lijdende vorm is onpersoonlijk en statisch.

4. 3. Motieven voor de lijdende vorm 1. Iets anders dan de uitvoerder biedt

4. 3. Motieven voor de lijdende vorm 1. Iets anders dan de uitvoerder biedt het perspectief (je wilt bijvoorbeeld de nadruk leggen op het object of het proces zelf, of je wilt beleefd zijn en ‘afstand scheppen’); 2. Er is geen specifiek perspectief (een handelaar is bijvoorbeeld onbekend); 3. Het veranderen van de volgorde plaatst het object of het subject op een in de thema/commentaar-structuur beter uitkomende plaats. (Zie voorbeelden in het boek. )

4. 4. Zijn en worden: toestand en procesmet-uitvoerder-op-de-achtergrond • Er is voornamelijk met de

4. 4. Zijn en worden: toestand en procesmet-uitvoerder-op-de-achtergrond • Er is voornamelijk met de passieve vorm met ‘worden’ één groot probleem: ze roept steeds de vraag ‘wie? ’ op, want soms kan leiden tot een indruk van onvolledigheid of zelfs oneerlijkheid; • Bij de passieve vorm met ‘worden’ wordt de aandacht afgeleid van een duidelijk ‘aanwezige’ handelaar, wat opvalt; bij de voltooide vorm (met ‘zijn’) is de uitvoerder in potentie afwezig, wat ook weer het feit dat hij niet genoemd wordt minder in het oog laat springen.

4. 5. Zakelijke alternatieven voor de lijdende vorm • Er zijn zakelijke vormen die

4. 5. Zakelijke alternatieven voor de lijdende vorm • Er zijn zakelijke vormen die noch te vaag of ontwijkend (de lijdende vorm), noch te navelstaarderig of egocentrisch (de actieve vorm) zijn; je kunt bijvoorbeeld zoveel mogelijk dáár de actieve vorm nemen, waar de ‘eigenlijke’ handelaar niet genoemd wordt. (‘Deze maatregelen zullen …’, et cetera. ) • Een bijzonder voorbeeld zijn constructies met ‘zich’: ‘Het laat zich aanzien …’, et cetera.

Huiswerk • Geen (het huiswerk van vorige week).

Huiswerk • Geen (het huiswerk van vorige week).

Vergadering 1. Opening 2. Agenda 3. Notulen 4. Mededelingen 5. Ingekomen en uitgegane stukken

Vergadering 1. Opening 2. Agenda 3. Notulen 4. Mededelingen 5. Ingekomen en uitgegane stukken 6. Secretaris 7. PR 8. Acquisitie 9. Huisstijl 10. Subsidie Taalunie 11. Foto van de redactie 12. Website 13. W. V. T. T. K. 14. Rondvraag 15. Sluiting