havovwo D Samenvatting Hoofdstuk 3 Een experiment twee

  • Slides: 21
Download presentation
havo/vwo D Samenvatting Hoofdstuk 3

havo/vwo D Samenvatting Hoofdstuk 3

Een experiment twee of meer keer uitvoeren De productregel gebruik je ook als je

Een experiment twee of meer keer uitvoeren De productregel gebruik je ook als je hetzelfde experiment 2 of meer keren uitvoert. De productregel Voor de gebeurtenis G 1 bij het ene kansexperiment en de gebeurtenis G 2 bij het andere experiment geldt : P(G 1 en G 2) = P(G 1) · P(G 2) 3. 1

Experimenten herhalen totdat succes optreedt In het volgende voorbeeld pak je één voor één

Experimenten herhalen totdat succes optreedt In het volgende voorbeeld pak je één voor één knikkers uit de vaas met 3 rode en 5 witte knikkers. Je gaat net zo lang door tot je een rode knikker pakt. 3. 1

Trekken met en zonder terugleggen 3. 2

Trekken met en zonder terugleggen 3. 2

voorbeeld In een vaas zitten 50 knikkers, waarvan er p rood zijn. a) P(rr)

voorbeeld In een vaas zitten 50 knikkers, waarvan er p rood zijn. a) P(rr) = De tweede rode knikker pak je uit een vaas met 50 – 1 = 49 knikkers, waarvan er p – 1 rood zijn. b) P(rode en witte) = 2 · P(rw) = Er zijn 50 – p witte knikkers 3. 2

Kleine steekproef uit grote populatie Bij een kleine steekproef uit een grote populatie mag

Kleine steekproef uit grote populatie Bij een kleine steekproef uit een grote populatie mag je trekken zonder terugleggen opvatten als trekken met terugleggen. 3. 2

Toevalsvariabelen Bij het kansexperiment uit opgave 32 wordt aselect (= willekeurig) een leerling uit

Toevalsvariabelen Bij het kansexperiment uit opgave 32 wordt aselect (= willekeurig) een leerling uit de klas gekozen. X = de leeftijd van de leerling. Omdat de waarde van X afhangt van het toeval heet X een toevalsvariabele. complementregel P(Y ≥ 1) = 1 – P(Y = 0) somregel P(Y < 2) = P(Y = 0) + P(Y = 1) 3. 3

Kansverdelingen De kansverdeling van X is een tabel waarin bij elke waarde van X

Kansverdelingen De kansverdeling van X is een tabel waarin bij elke waarde van X de bijbehorende kans is vermeld. kanshistogram De som van de kansen in een kansverdeling is altijd 1. Uniform verdeelde toevalsvariabele kansverdeling waarin alle kansen gelijk zijn. 3. 3

Onafhankelijke toevalsvariabelen De toevalsvariabelen X en Y zijn onafhankelijk als voor elke mogelijke x

Onafhankelijke toevalsvariabelen De toevalsvariabelen X en Y zijn onafhankelijk als voor elke mogelijke x en y geldt : P(X = x onder de voorwaarde Y = y) = P(X = x) 3. 3

De verwachtingswaarde E(X) van de toevalsvariabele X 1. 2. 3. 4. Stel de verwachtingswaarde

De verwachtingswaarde E(X) van de toevalsvariabele X 1. 2. 3. 4. Stel de verwachtingswaarde van X op. Vermenigvuldig elke waarde van X met de bijbehorende kans. Tel de uitkomsten op. De som is E(X). Dus E(X) = x 1 · P(X = x 1) + x 2 · P(X = x 2) + … + xn · P(X = xn). 3. 3

Succes en mislukking De complement-gebeurtenis van succes. Een Bernoulli-experiment is een kansexperiment waarbij je

Succes en mislukking De complement-gebeurtenis van succes. Een Bernoulli-experiment is een kansexperiment waarbij je alleen op de gebeurtenissen succes en mislukking let. De kans op succes wordt aangegeven met p. De kans op mislukkig is dan 1 - p. 3. 4

Het binomiale kansexperiment Een binomiaal kansexperiment is een kansexperiment dat bestaat uit n gelijke

Het binomiale kansexperiment Een binomiaal kansexperiment is een kansexperiment dat bestaat uit n gelijke Bernoulli-experimenten. Hierbij hoort de toevalsvariabele X = het aantal keer succes. Bij een binomiaal kansexperiment is : • n het aantal keer dat het Bernoulli-experiment wordt uitgevoerd • p de kans op succes per keer • X het aantal keer succes De kans op k keer succes is gelijk aan P(X = k) = n k · pk · (1 – p)n – k. 3. 4

De notaties binompdf(n, p, k) en binomcdf(n, p, k) 3. 4

De notaties binompdf(n, p, k) en binomcdf(n, p, k) 3. 4

3. 4

3. 4

Werkschema: binomiale kansen berekenen 1. 2. 3. Omschrijf de betekenis van de toevalsvariabele X

Werkschema: binomiale kansen berekenen 1. 2. 3. Omschrijf de betekenis van de toevalsvariabele X Noteer de gevraagde kans met X en herleid deze kans tot een vorm met binompdf of binomcdf. Bereken de gevraagde kans met de GR. P(X minder dan 4) = P(X < 4) = P(X ≤ 3) P(X tussen 5 en 8) = P(X ≤ 7) – P(X ≤ 5) = P(X = 6) + P(X = 7) 3. 4

Berekenen van n 3. 4

Berekenen van n 3. 4

De standaardafwijking Deviatie d = x – x ( de afwijking van het gemiddelde

De standaardafwijking Deviatie d = x – x ( de afwijking van het gemiddelde ) Standaardafwijking σ = √gemiddelde van (x – x)2 Het berekenen van σ doe je met (TI) 1 -Var Stats L 1, L 2 σx of (Casio) 1 VAR xσn 3. 5

De standaardafwijking 3. 5

De standaardafwijking 3. 5

De somregel voor de verwachtingswaarde Voor de toevalsvariabelen X en Y geldt : E(X

De somregel voor de verwachtingswaarde Voor de toevalsvariabelen X en Y geldt : E(X + Y) = E(X) + E(Y) 3. 5

De somregel voor de standaardafwijking Voor elk tweetal onafhankelijke toevalsvariabelen X en Y geldt

De somregel voor de standaardafwijking Voor elk tweetal onafhankelijke toevalsvariabelen X en Y geldt de somregel voor de standaardafwijking σx+ y = √ σ2 x + σ2 y VAR(X) = σ2 x (de variantie van X) σ2 x+ y = σ2 x + σ2 y dus VAR(X + Y) = VAR(X) + VAR(Y) 3. 5

De standaardafwijking van een binomiale toevalsvariabele Bij de binomiale toevalsvariabele X met parameters n

De standaardafwijking van een binomiale toevalsvariabele Bij de binomiale toevalsvariabele X met parameters n en p is - de verwachtingswaarde E(X) = np - de standaardafwijking σX = √np(1 – p) 3. 5