Energie Met energie kun je dingen doen Vermogen

  • Slides: 14
Download presentation
Energie Met energie kun je dingen doen.

Energie Met energie kun je dingen doen.

Vermogen (P) in Watt (W) Het elektrische vermogen van een apparaat geeft aan in

Vermogen (P) in Watt (W) Het elektrische vermogen van een apparaat geeft aan in welk tempo het apparaat elektrische energie gaat verbruiken; Bij vermogen staat het apparaat niet aan. Het verbruikt dus geen energie

Een apparaat heeft een Vermogen (P) in Watt (W) Een apparaat staat een bepaalde

Een apparaat heeft een Vermogen (P) in Watt (W) Een apparaat staat een bepaalde tijd aan (t in h of t in s) Vermogen is de hoeveelheid energie die nodig is om het apparaat één seconde te laten werken.

Q in J of Cal Soorten energie wet van behoud van energie Energie ontstaat

Q in J of Cal Soorten energie wet van behoud van energie Energie ontstaat niet uit het niets en verdwijnt niet in het niets warmte W in Nm beweging licht chemische energie E in k. Wh of Ws kan van soort veranderen soorten elektriciteit 1 Cal = 4, 1858 J 1 Ws = 1 J 1 k. Wh = 3, 6 MWs energie Wat een machine of levend wezen nodig heeft om iets te kunnen doen. komt van een energie bron

Grootheden en eenheden? Elektrische energie E in Ws of k. Wh watt sec kilo

Grootheden en eenheden? Elektrische energie E in Ws of k. Wh watt sec kilo Watt uur Vermogen P in W of k. W Tijd t in E = P x t watt kilo Watt s of h seconde uur

Grootheden en eenheden? Elektrische energie E in Watt seconde Ws 1 Ws = 1

Grootheden en eenheden? Elektrische energie E in Watt seconde Ws 1 Ws = 1 J Warmte energie Q in Joule J

Eenheden herkennen • km : h 3 • g : cm => km/h 3

Eenheden herkennen • km : h 3 • g : cm => km/h 3 => g/cm • W x s • k. W x h => => => Ws k. Wh

Energie berekenen? • Als een apparaat van 1000 W één uur aanstaat dan kunnen

Energie berekenen? • Als een apparaat van 1000 W één uur aanstaat dan kunnen we de energie die verbruikt is bereken door: E = P x t E = 1000 W x 1 h E = 1. 000 Wh = 1 k. Wh E = P x t E = 1 k. W x 1 h E = 1 k. Wh Je mag zelf kiezen op welke manier je rekent.

Opgave Opdracht 1 Joppe heeft een computer met een vermogen van 300 W. De

Opgave Opdracht 1 Joppe heeft een computer met een vermogen van 300 W. De energie meter geeft aan dat hij 12 k. Wh aan energie verbruikt heeft. Bereken hoelang hij op de computer gespeeld heeft. Opdracht 2 Janneke heeft een stofzuiger van 1500 W. Ze stofzuigt een half uur per dag. Bereken hoeveel energie ze gebruikt heeft in een jaar. Opdracht 3 Een bouwlamp heeft 64 k. Wh energie verbruikt in 128 h. Bereken het vermogen van de lamp.

Opgave Opdracht 1 E = 12 k. Wh P = 300 W = 0,

Opgave Opdracht 1 E = 12 k. Wh P = 300 W = 0, 3 k. W t=? t=E/p t = 12 k. Wh / 0, 3 k. W t = 40 h Opdracht 2 E=? P = 1500 W = 1, 5 k. W t = 365 x 0, 5 = 182, 5 h E=Pxt E = 1, 5 k. W x 182, 5 h E = 273, 75 k. Wh Opdracht 3 E = 64 k. Wh P=? t = 128 h P=E/t P = 64 k. Wh / 128 h P = 0, 5 k. W = 500 W

k. Wh of Ws? •

k. Wh of Ws? •

Grootheden en eenheden? Joule en Watt seconde 1 Ws = 1 J 3600 Ws

Grootheden en eenheden? Joule en Watt seconde 1 Ws = 1 J 3600 Ws = 1 Wh 3. 600. 000 = 1 k. Wh

Grootheden, eenheden, factor en omrekenfactor Omrekenen? 2500 Ws 2, 5 k. Wh 2500 k.

Grootheden, eenheden, factor en omrekenfactor Omrekenen? 2500 Ws 2, 5 k. Wh 2500 k. J 7200 k. J 25 Cal 300 k. Wh = = = 2, 5 ……. . k. J 9 M ……. . J 0, 694 ……. . k. Wh 7200 ……. . k. Ws 105 ……. . J 1080 M ……. . J 1 Cal = 4, 1858 J 1 Ws = 1 J 1 k. Wh = 3, 6 MWs

Energie Grootheid Eenheid Energie E k. Wh Vermogen P k. W Tijd t s

Energie Grootheid Eenheid Energie E k. Wh Vermogen P k. W Tijd t s h 1 Ws = 1 J 3600 Ws = 1 Wh 3. 600. 000 = 1 k. Wh