Zorgen voor een zorgbeleid Determinanten van een goede
‘Zorgen voor een zorgbeleid’ Determinanten van een goede socio-emotionele leerlingenbegeleiding in de eerste graad SO BOF-project 2006 -2010 Promotor: Prof. Dr. Elke Struyf 0
1. Probleemstelling en focus onderzoek 2. Onderzoeksvragen 3. Kwalitatieve verkennende fase 4. Feedback 1
1. Probleemstelling en focus onderzoek Rol van scholen in begeleiding van leerlingen (keuzebegeleiding, leerprocesbegeleiding, socio -emotionele begeleiding) Noodzaak aan zorgbeleid 2
2. Onderzoeksvragen 2. 1. Hoe kan het zorgbeleid mbt socio-emotionele begeleiding worden omschreven? 2. 2. Welke verschillen vertonen Vlaamse secundaire scholen in hun zorgbeleid mbt socioemotionele begeleiding in de eerste graad? - Hoe kunnen we deze verschillen verklaren? 3
2. 1. Hoe kan het zorgbeleid mbt socioemotionele begeleiding worden omschreven? Þ Literatuurstudie, focusgroepen en interviews Þ Respondenten: 6 leerlingenbegeleiders, 4 directieleden, 2 leerkrachten, 4 nascholers en 3 pedagogisch begeleiders Þ nog te bevragen: inspectieleden en onderzoekers => Conceptualisering van een goed zorgbeleid 4
3. Kwalitatieve verkennende fase Achtergrondvariabelen • • • Onderwijsvormen Profiel van leerlingen Schoolgrootte Ligging Onderwijsniveau 5
3. Kwalitatieve verkennende fase Indicatoren van een goed zorgbeleid • Gedragen, brede visie • Betrokkenheid van elke actor met een signaalfunctie voor de vakleerkracht/klastitularis • Goede structuren 6
3. Kwalitatieve verkennende fase Voorwaarden • • Klimaat Ondersteuning door directie Samenwerking met ouders Samenwerking met clb en externe hulpverlening 7
3. Kwalitatieve verkennende fase achtergrondvariabelen Onderwijsvormen Profiel leerlingen Schoolgrootte Ligging voorwaarden Klimaat Ondersteuning directie Samenwerking met ouders Samenwerking met clb en externe hulpverlening Indicatoren ‘zorgbeleid’ Gedragen visie Betrokkenheid Structuren 8
3. Kwalitatieve verkennende fase => Een zorgzame school • Werkt vanuit een gedragen zorgbrede visie, aangestuurd door directie, • die doordringt tot in het microniveau • en zich vertaalt in een aanwezigheid van structuren die onderling duidelijk communiceren • waarbij ook een goede samenwerking is met externe hulpverleners. 9
4. Feedback Vragen, opmerkingen? Interesse in de resultaten? Karen. Keppens@ua. ac. be Dank voor uw aandacht. 10
- Slides: 11