z Publiekrecht 1 z Week 1 Staatsrecht de
z Publiekrecht 1
z Week 1 § Staatsrecht: de regels die betrekking hebben op de inrichting van de staat en het optreden van de overheid, vormen de rechtsregels die wij staatsrecht noemen. § Kenmerken Staat; § GIGE (Grondgebied, inwoners, gezag, erkenning)
z Verschillende soorten staten § 1. Bondstaat (deelstaten, Duitsland) § 2. Eenheidsstaat (centraal gezag) § 3. Gedecentraliseerde eenheidsstaat (decentralisatie, Nederland)
z Het Nederlandse stelsel is te typeren als: § 1. Democratische rechtsstaat: trias politica § 2. Constitutionele monarchie § 3. Gedecentraliseerde eenheidsstaat
z Week 2 Democratische rechtstaat: § Rechtstaat legaliteitsbeginsel § Rechtstaat machtenscheiding Trias politica § Rechtstaat grondrechten § Rechtstaat onafhankelijke rechtspraak
z Organen van de staat: § De regering; ministers en de koning § De Staten-Generaal; 1 e en 2 e kamer § De koning, handtekening onder wetten zetten
z Wetten § Wetten in formele zin (art. 81 GW. ); zijn de wetten die gemaakt door de Staten-Generaal en regering gezamenlijk. Procedures. § Wet in materiële zin: algemeen verbindende voorschriften voor onbepaald aantal burgers bindende regels. § Meeste wetten zijn beide
z Delegatie van wetgeving § Vaststellen van nadere regels op lager niveau
z Week 3 § Grondwetten: rechten die zijn opgenomen in documenten van een hogere orde dan formele wetten: Staten-Generaal en regering § Overheid mag alleen inbreuk maken als dit in de wet staat
z Soorten grondrechten Klassieke grondrechten Sociale grondrechten Recht op gelijke behandeling Vrijheid van godsdienst Vrijheid van meningsuiting Vrijheid van vereniging Vrijheid van vergadering en betoging Art. 1 -18 GW Voldoende werkgelegenheid Een gezond leefmilieu Voldoende onderwijs Art. 19 -23 GW Waarborg normen ‘staatsvrije ruimte’ Instructienormen opdracht voor staatsingrijpen Afdwingbaar bij rechter Niet-afdwingbaar bij rechter Hebben verticale als horizontale werking Hebben verticale werking
z Werking van grondrechten § Verticale werking: de overheid moet wegblijven uit jouw individuele ruimte. Van het individu; tussen de overheid en burgers § Horizontale werking: tussen burgers onderling § Grondrechten kennen geen onderlinge rangorde!!!
z Week 4 § Bestuursrecht; § De overheid § Wat de overheid doet § De relatie tussen de overheid en de burger
z § De algemene wet van bestuursrecht geeft de procedurele regels voor het bijzondere bestuursrecht § Uitgangspunten bestuursrecht: § Legaliteitsbeginsel; de overheid neemt allerlei beslissingen die consequenties hebben voor de burger; dat mag de overheid alleen doen als ze daarvoor een grondslag heeft in de wet. § Specialitietsbeginsel; de overheid moet zich houden aan het specifiek wettelijke kader. Wanneer de overheid bestuurt gebeurt dat op grond van een specifiek wettelijk kader.
z Casussen oplossen
z Bestuursorgaan A of B? Art. 1: 1 lid 1 Awb § Onder bestuursorgaan wordt verstaan: § Een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of § Een ander persoon of college, met enig openbaar gezag bekleed § Bestuursorgaan sub a is; het algemeen bestuur § Bestuursorgaan sub b is; de Nederlandse Bank
z
z Rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld § Art. 2: 1 lid 1 BW. § De staat, de provincies, de gemeenten, de waterschappen, alsmede alle lichamen waaraan krachtens de Grondwet verordende bevoegdheid is verleend, bezitten rechtspersoonlijkheid.
z Burgemeester § Art 1: 1 lid 1 Awb. § Voorwaarden: Orgaan en rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld § Orgaan: art 123 GW. § Rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld: art 2: 1 lid 1 BW. § Conclusie: Op grond van art 1: 1 lid 1 sub a Awb is een burgemeester een bestuursorgaan a
z Week 5 § Besluit
z Is de handeling een besluit in de zin van Awb? § Stap 1. Art. 1: 3 lid 1 Awb. § Stap 2. Voorwaarden: Beslissing, schriftelijk, bestuursorgaan, rechtshandeling, publiekrechtelijke
z § Stap 3: § Voorwaarde 1: een beslissing is een wilsverklaring met een definitief karakter § De minister uit zijn wil in dit document, daarom is er sprake van een beslissing § Voorwaarde 2: de beslissing staat op papier, dus is aan de voorwaarde ’schriftelijk’ voldaan § Voorwaarde 3: bestuursorgaan § (Week 4), Gebruik dus art. 1: 1 lid 1 Awb en art. 2: 1 lid 1 BW.
z § Voorwaarde 4: Rechtshandeling: Een rechtshandeling is een feitelijke handeling met rechtsgevolg gedaan door een natuurlijk persoon of rechtspersoon § De vluchteling krijgt een verblijfsvergunning dus is er sprake van een gevolg voor de vluchteling, want hij/ zij mag in Nederland blijven § Voorwaarde 5: Publiekrechtelijk, art. 2: 1 lid 1 BW.
z § Stap 4: conclusie § Op grond van art. 1: 3 lid 1 Awb. is de handeling een besluit in de zin van Awb
z Welke Bestuurshandelingen? § Besluiten en feitelijke handelingen § 1. Feitelijke handelingen: geen verandering in het recht § 2. Besluiten: verandering in het recht (art. 1: 3 lid 1 Awb)
z Welke Besluiten? § 1. Besluiten van Algemene strekking (BAS): meerdere mensen gericht § 2. Beschikkingen: aanvraag van 1 persoon (art. 1: 3 lid 1 Awb. )
z Welke Besluiten van Algemene Strekking (BAS)? § 1. Algemeen verbindende voorschriften (AVV) art. 1: 3 lid 1 Awb § Regels die algemeen gelden, herhaaldelijk op persoon of zaken van toepassing zijn en vastgesteld worden door een bestuursorgaan § Besluiten: § Met regels § Vastgesteld worden op een bestuursorgaan § Algemeen zijn (tot eenieder gericht) § Herhaaldelijk op personen of zaken van toepassing zijn § Een wettelijke grondslag hebben in de grondwet of in wet in formele zin
z Welke Besluiten van Algemene Strekking (BAS)? § 2. Beleidsregel art. 1: 3 lid 4 Awb § Interne regels waarmee duidelijker wordt hoe het bestuursorgaan wil omgaan met de wettelijke bevoegdheid § 3. Plannen § Normatieve plannen: plannen met een norm, oftewel met vastgestelde regels. § Indicatieve plannen: plannen met een indicatie, dus waar nog invloed op kan worden uitgeoefend.
z Welke Besluiten van Algemene Strekking (BAS)? § 4. Overige besluiten van algemene strekking (BAS): het besluit bevat geen zelfstandige normen § Concretiserende besluiten van algemene strekking concretisering naar object, tijd of plaats van hetgeen zin in een avv is bepaalt § Voorbeelden: Aanwijzen door het college van B&W van een hondenlosloopgebied § Aanwijzen door het college van B&W plaatsen voor markten en kermissen § Aanwijzen door het college van B&W plaatsen waarop niet mag worden geparkeerd
z Beschikkingen § Aanvraag van 1 persoon, art. 1: 3 lid 2 Awb. § 1. Aanvraag en Ambtshalve (art. 1: 3 lid 3 Awb. ) § Ambtshalve: beschikking zonder een aanvraag ervoor te hebben ingevoerd § Aanvraag
z Beschikkingen § 2. Rechtscheppend (rechten en plichten ontstaan door de rechtelijke verandering)/ recht vaststellend (recht wordt vastgesteld terwijl iemand de plicht al heeft) § 3. Begunstigend (krijgt je zin)/ belastend (beschikking die verplichting schept) § 4. Vrije beschikking (invulling van het bestuursorgaan van de bevoegdheid in de wet)/ Gebonden beschikking (hoe het bestuursorgaan zijn taak moet invullen)
z Week 6 § Belanghebbende
z 1 e belanghebbende/ normadressaat § Stap 1: Art. 1: 2 lid 1 Awb § Stap 2: Voorwaarde: Degene wiens, rechtstreeks § Stap 3: degene wiens: … Rechtstreeks: aanvraag om opera te kunnen zingen § Stap 4: 1 e belanghebbende o. g. v. art. 1: 2 lid 1 Awb.
z 3 e belanghebbende § Stap 1: art. 1: 2 lid 1 Awb. § Stap 2: Voorwaarde: degene wiens, rechtstreeks § Stap 3: degene wiens: klacht indiener, OPERA
z OPERA § Objectief § Persoonlijk § Eigenbelang § Rechtsreeks § Actueel
z § Objectief: wanneer je kunt zien/ horen (aanwonende kunnen t horen) § Persoonlijk: het moet te maken hebben met persoonlijk belang (als iemand onder je balkon gaat zingen heb jij daar persoonlijk last van) nabijheid en inzichtelijk criterium § Eigenbelang: het is in het eigenbelang dat de klacht wordt ingediend, want zij heeft dr last van § Rechtstreeks: er moet een causaal verband zijn tussen de hinder die de indiener ervaart en dat de opera zangeres een vergunning heeft aangevraagd § Actueel: het moet om t nu gaan (ze heeft dr nu last van)
z § Stap 4: conclusie § De indiener is 3 e belanghebbende o. g. v. de OPERA criteria en art. 1: 2 lid 1 Awb bij t besluit van de burgemeester
z Beginselen § 1. Formele beginselen: beginselen die te maken hebben met de totstandkoming van besluiten § 2. Materiële beginselen: beginselen die te maken hebben met de inhoud van het besluit
Formele beginselen 1. Zorgvuldigheidsbeginsel; bestuursorganen zorgvuldig moeten handelen z Artikel Art. 3: 2, 3: 9, 3: 13, 4: 7, 4: 9 Awb. Materiële beginselen 1. Verbod van détournement de pouvoir: misbruik van bevoegdheid Artikel Art. 3 : 3 Awb 1. 2. Formeel motiveringsbeginsel: Art. 3: 47 – 3: 50 kenbare motivering om te zien wat het Awb bestuursorgaan heeft overwogen 1. Verbod van willekeur: afwegen van belangen en daarna een goede beslissing (redelijkheidsbeginsel) Art. 3: 4 Awb. 1. 3. Beginsel van fair play: bestuursorgaan verruilt zijn taak zonder vooringenomenheid/ onbevooroordeeld Art. 2: 4 lid 1 Awb. 1. Gelijkheidsbeginsel: ongeschreven Ongeschreven 1. 4. Beginsel van formele rechtszekerheid: burgers moeten kunnen vertrouwen op het recht Art. 3: 40 – 3: 42 Awb. 4. Vertrouwensbeginsel: inhoud van een besluit Ongeschreven zo helder mogelijk verwoorden, verplicht om duidelijk te zijn 1. Materieel motiveringsbeginsel: een besluit Art. 3: 46 Awb. moet steunen de daadkrachtige motivering
z Bezwaar of beroep Bezwaar bestuursorgaan Beroep bestuursorgaan Volledige heroverweging Alleen rechtmatigheid toetsen Eerste besluit Besluit op bezwaar (tenzij rechtstreeks beroep) Rechtmatigheid en doelmatigheid van het besluit zijn aan de orde
z Bezwaar of beroep § Bezwaar: art. 7: 1 a lid 1 Awb. § In het bezwaarschrift kan de indiener het bestuursorgaan verzoeken in te stemmen met rechtstreeks beroep bij de bestuursrechter, zulks in afwijking van artikel 7: 1. § O. g. v. art 7: 1 a lid 1 Awb kun je rechtstreeks in beroep gaan bij de bestuursrechter alleen als jij de enige belanghebbende bent!
z § Beroep: art. 8: 1 Awb. § Eerst moet je een beroep indienen dan mag je pas een bezwaar indienen § Art. 8: 1 Awb geeft uitzonderingen er geen beroep bij bestuursrecht kan worden ingesteld tegen AVV vb. (nood)verordening
- Slides: 41