Werkwoordspelling tegenwoordige tijd en verleden tijd Free Powerpoint
- Slides: 23
Werkwoordspelling tegenwoordige tijd en verleden tijd Free Powerpoint Templates persoonsvorm Page 1
Wat is de persoonsvorm? De man heeft een fiets gestolen? De man Free Powerpoint Templates heeft Page 2
Wat is de persoonsvorm? Hij gaat onze wedstrijd fluiten gaat Free Powerpoint Templates fluiten Page 3
Wat is de persoonsvorm? Wil jij de hond vanavond uitlaten? Free Powerpoint Templates Page 4
Wat is de stam van het werkwoord? fietsen Free Powerpoint Templates Page 5
Wat is de stam van het werkwoord? beantwoorden Free Powerpoint Templates Page 6
Wat is de stam van het werkwoord? verhuizen Free Powerpoint Templates Page 7
Hoe schrijf je de persoonsvorm in deze zin? De vrouw …………… meteen om de rekening vragen Free Powerpoint Templates vraagt Page 8
Hoe schrijf je de persoonsvorm in deze zin? De conducteur………………. . de kaartjes van de passagiers. controleert controleerd Free Powerpoint Templates Page 9
Hoe schrijf je de persoonsvorm in deze zin? Hij ……………. . heel hard om de opdracht af te krijgen. werken Free Powerpoint Templates werkt Page 10
Hoe schrijf je de persoonsvorm in deze zin? Ik ……………de hele tijd door muggen gestoken wordt Free Powerpoint Templates word Page 11
Hoe schrijf je de persoonsvorm in deze zin? Hij ……………. (worden) de hele tijd door muggen gestoken Free Powerpoint Templates Page 12
Hoe schrijf je de persoonsvorm in deze zin? Wij ……………. (gaan) morgen lekker een stukje fietsen. Free Powerpoint Templates Page 13
Hoe schrijf je de persoonsvorm in deze zin? Zij ……………… (geven) de bos bloemen weg aan het publiek. Free Powerpoint Templates Page 14
Hoe schrijf je de persoonsvorm in deze zin? Zij ……………… (reageren) nooit snel op haar mail. Free Powerpoint Templates Page 15
Hoe schrijf je de persoonsvorm in deze zin? Hij ……………… (treden) morgen op in het stadion. Free Powerpoint Templates Page 16
Hoe schrijf je de persoonsvorm (VT) in deze zin? Vroeger ……………… Frank zich nooit. scheerde Free Powerpoint Templates schoor Page 17
Hoe schrijf je de persoonsvorm (VT) in deze zin? We ……………… met de trein verder. reisten Free Powerpoint Templates reisden Page 18
Hoe schrijf je de persoonsvorm (VT) in deze zin? De vuurkorf ……………… uitstekend. brande Free Powerpoint Templates brandde Page 19
Hoe schrijf je de persoonsvorm (VT) in deze zin? Hij ……………… zijn voorsprong. vergrote vergrootte Free Powerpoint Templates Page 20
Hoe schrijf je de persoonsvorm (VT) in deze zin? Het nieuwtje ……………… (verspreiden) zich snel door de school. Free Powerpoint Templates Page 21
Hoe schrijf je de persoonsvorm (VT) in deze zin? Hij ……………… (schrijven) het antwoord stiekem in zijn hand. Free Powerpoint Templates Page 22
Hoe schrijf je de persoonsvorm (VT) in deze zin? Die familie ……………… (verhuizen) bijna elk jaar. Free Powerpoint Templates Page 23
- Werkwoordspelling schema
- Werkwoordspelling tegenwoordige tijd
- Past perfect
- Spelling engelse werkwoorden
- Braden verleden tijd
- Werkwoordspelling uitleg
- Werkwoordspelling schema
- Bn werkwoordsvorm
- Past simple onvoltooid verleden tijd
- Tijd meten
- Persoonsvorm tegenwoordige tijd
- Onvoltooid tegenwoordige tijd
- Tegenwoordige tijd
- Zwak werkwoord
- Present simple signaalwoorden
- Probleem oplossingsstructuur
- Havo spelling
- Verkleinwoord technicus
- Leefte of leefde
- Stappenplan ww spelling
- Voltooid deelwoord voorbeeld
- Spelling schema
- Ww spelling schema
- Tema ppt islamic