Sortimentskennis Wilde Flora niveau 4 Achillea millefolium duizendblad
Sortimentskennis Wilde Flora niveau 4
Achillea millefolium duizendblad • • Hoogte: 30 cm tot 1 meter. • • Bloeitijd: juni – november. • • Standplaats: zonnig. • • Overblijvende of vaste plant. Bloem: in kleine hoofdjes, rand- bloempjes wit of soms roodachtig. Blad: 2 – tot 3 -voudig veerdelig, donkergrijs groen. Groeiplaats: alle gronden, liefst op bemeste graslanden. Gehele plant behaard. 1.
Aegopodium podagraria zevenblad • • Hoogte: 30 cm tot 1 meter. Bloem: witte schermen. Bloeitijd: mei – augustus. Blad: dubbel drietallig, gezaagd. Standplaats: zonnig en schaduw. Groeiplaats: alle gronden. Woekert enorm en is een hardnekkig onkruid dat zich ondergronds verspreid 2.
Agrostis semiverticillata struisgras • • Hoogte: 10 cm tot 70 cm • Groeiplaats: droge bermen, taluds, verwaarloosde ruderale terreinen en schrale zandbodems. Bloem: paars, strokleurig, groen Bloeitijd: juni – augustus. Blad: zijn groen en aan de zijden van het tongetje meestal breder dan 2 mm. Soms zijn de toppen wat rood gekeurd. 3.
Alliaria petiolata look zonder look • • Hoogte: 20 cm tot 1 meter. • • • Standplaats: zonnig en schaduw. Bloem: wit. Bloeitijd: april – juni. Blad: bovenste bladeren zijn hart- vormig en onregelmatig getand. De stelen zijn niet vertakt en gaan meestal recht omhoog Groeiplaats: vochtig, voedselrijke gronden. Qua geur en smaak heel veel weg heeft van knoflook 4.
Anthriscus sylvestris fluitekruid • • Hoogte: 60 cm tot 1, 5 meter. • • Groeiplaats: alle gronden. Bloem: wit. Bloeitijd: mei – juni. Blad: De dofgroene bladeren zijn 2 tot 3 voudig geveerd. De deelblaadjes zijn langwerpig toegespitst. Heeft een penwortel. 5.
Artemisia vulgaris bijvoet • • Hoogte: 60 cm tot 120 cm. • Groeiplaats: groeit op zandige gronden. Bloem: bruinachtig geel. Bloeitijd: juni – september. Blad: De vrijwel kale bladen zijn van boven donkergroen en van onderen witviltig. Ze zijn één- tot tweevoudig veerdelig met lancetvormig. 6.
Atriplex hortensis tuinmelde • Hoogte: 150 cm. • Bloem: geel soms rood. • Bloeitijd: juli – september. • Blad: groen, driehoekig • Groeiplaats: alle gronden. • Blad smaakt naar spinazie. 7.
Bellis perennis madeliefje • • Hoogte: 15 cm. • Groeiplaats: alle gronden, zelfs op bermen die extensief beheerd worden. • Madeliefje plant zich voort met zaad. Bloem: wit soms iets rood aangelopen Bloeitijd: gehele jaar mits het niet vriest. Blad: in een rozet op de grond, spatelvormig, licht getand of gezaagd. 8.
Calystegia sepium haagwinde • • Hoogte: 1, 5 – 3 meter. • • • Bloeitijd: juni - oktober Bloem: wit, bloeien een dag en voor regen en donker sluiten ze de bloem. Blad: groen, gaafrandig. Standplaats: zon. Groeiplaats: natte tot vochtige grond. De plant vormt ondergrondse wortelstokken. Krult helemaal in een haag. 9.
Campanula rotundifolia grasklokje • • Hoogte: 10 cm tot 50 cm. • Groeiplaats: groeit op goed doorlatende zandgrond. • Nederland is de plant vanaf 1 januari 2017 niet meer wettelijk beschermd. Bloem: blauw en soms wit Bloeitijd: juni – oktober. Blad: bladeren lancetvormig tot lijnvormig en hun bladrand is gaaf. 10.
Capsella bursa-pastoris herderstasje • • Hoogte: 10 cm tot 50 cm. • Groeiplaats: groeit op goed doorlatende zandgrond. . • Nederland is de plant vanaf 1 januari 2017 niet meer wettelijk beschermd. Bloem: blauw en soms wit Bloeitijd: juni – oktober. Blad: bladeren lancetvormig tot lijnvormig en hun bladrand is gaaf. 11.
Cardamine pratensis pinksterbloem • • • Hoogte: 50 cm. Bloem: lila tot roze Bloeitijd: april. Blad: samengesteld. Groeiplaats: Vroeger in weilanden door intensivering is dit niet meer zo. Nu voornamelijk langs slootkanten 12.
Centaurea cyanus korenbloem • • • Hoogte: 30 - 60 cm. Bloem: diep blauw. Bloeitijd: juni – augustus. Blad: smalle lancetvormige bladeren. Groeiplaats: op open, droge, voedselrijke zandgrond in graanakkers, soms in bermen. 13.
Cerastium arvense akkerhoornbloem • • Hoogte: 5 cm tot 30 cm. • Groeiplaats: Zonnige, open tot grazige plaatsen op droge, matig voedselarme tot matig voedselrijke, zwak zure tot vaak kalkrijke grond. Bloem: wit Bloeitijd: april - juli. Blad: De langwerpig-lancetvormige of lijnlancetvormige bladen zijn vrij sterk behaard, maar niet viltig. 14.
Chenopodium album melganzevoet • • Hoogte: 15 cm tot 120 cm. • Groeiplaats: vrij droge tot vochtige, zeer voedselrijke gronden • De gegroefde stengel is vaak roodachtig en kan op latere leeftijd enigszins verhouten Bloem: rood/ groen Bloeitijd: juli tot september. Blad: De bladeren zijn zeer veranderlijk. De bovenste zijn langwerpig met een gave rand, de onderste zijn driehoekig en sterk bochtig getand. . 15.
Chamerion angustifolia knikkend wilgenroosje • • Hoogte: 60 cm tot 150 cm. • • Standplaats: zon tot halfschaduw Bloem: paars Bloeitijd: juni - augustus. Blad: De 4 -16 cm lange, meestal rechtopstaande bladeren zijn langwerpig en aan de onderzijde blauw-groen. Groeiplaats: iets zandige, maar voedselrijke terreinen 16.
Chelidonium majus stinkende gouwe • • Hoogte: 30 - 60 cm. • • Groeiplaats: vooral langs heggen en ruige plaatsen. Bloem: geel. Bloeitijd: juni – augustus. Blad: oneven geveerd of diep ingesneden en grof gekarteld. Onderkant van het blad is blauwgroen. Stengel is behaard en geeft oranje-geel melksap. 17.
Chichorium intybus wilde chichorei • • • Hoogte: 30 cm - 120 cm. • Heeft een sterke penwortel en een sterk vertakte stengel. Bloem: blauw. Bloeitijd: juli – augustus. Blad: smalle lancetvormige bladeren. Groeiplaats: op open, droge, zandgrond in graanakkers, soms in bermen. 18.
Chrysanthemum segetum gele ganzenbloem • • Hoogte: 30 cm - 60 cm. • Groeiplaats: Gele ganzenbloem is een akkeronkruid, maar je vindt de plant ook op voedselrijke en zandige, omgewerkte grond in bermen. • Heeft een sterke penwortel en een sterk vertakte stengel. Bloem: geel. Bloeitijd: juni – september. Blad: staan verspreid langs de stengel en ze hebben een wat langwerpige vorm. 19.
Cirsium arvense akkerdistel • • Hoogte: 60 – 120 cm. • Groeiplaats: komt voor op open, vochtige, zeer voedselrijke, omgewerkte grond, • Stengel zijn niet of alleen onderaan stekelig. Bloem: paars. Bloeitijd: juni – september. Blad: bovenzijde donkergroen, onderzijde zilverig wit. Lancetvormige bladeren zijn stekelig. 20.
Convolvulus arvensis akkerwinde • • Hoogte: 20 – 100 cm. • Groeiplaats: is een ruigteplant die je aantreft op matig vochtige, voedselrijke en omgewoelde grond. • Akkerwinde heeft een kruipende wortelstok Bloem: wit / roze. Bloeitijd: juni – september. Blad: eirond tot langwerpig en hebben uitstaande slippen aan de voet. 21.
Daucus carota wilde peen • • Hoogte: 30 – 90 cm. • • • Bloeitijd: juni – september. Bloem: wit of roze met in het midden van het scherm vaak een plukje zwart-purperachtig Blad: bladeren zijn twee- tot drievoudig geveerd. Groeiplaats: droge graslanden, bermen, duinen. Bij aanraking verspreidt de plant een specifieke geur. Wilde peen onderscheidt zich van de eetbare wortel doordat de penwortel wit, vertakt en minder vlezig is. 22.
Digitalis purpurea vingerhoedskruid • • Hoogte: 30 – 150 cm. • Groeiplaats: vochtige humeuze grond en het liefst op een halfschaduw plaats. • • Stengel is behaard. Bloem: donkerrood, lichtpaars en wit. Bloeitijd: mei – oktober. Blad: eironde tot lancetvormige bladeren, die aan de onderzijde grijs behaard. Digitalis is giftig. 23.
Dipsacus fullonum kaardebol • • Hoogte: 70 – 150 cm. • Groeiplaats: vochtige of luchtige kalkrijke kleigrond. Bloem: paars Bloeitijd: juli – augustus. Blad: langwerpig, spits groene bladeren ongeveer 40 cm groot. . Twee aan twee tegenoverstaand en vergrote bladvoet werkt als opvangbakje voor water. 24.
Echium vulgare slangewortel • • Hoogte: 30 – 100 cm. • Groeiplaats: de plant komt vooral voor in kalkrijke duinen, op warme, iets bemeste zandgrond. Hierbuiten is het een zeldzame plant, vooral in noordoostelijk Nederland. Bloem: paars, rood, blauw Bloeitijd: mei -september Blad: De rozetbladen worden tot meer dan 20 cm lang en zijn aan de voet in een steel versmald. 25.
Elytrigia repens kweek • • Hoogte: 30 – 120 cm. • • Groeiplaats: voedsel- of stinkstofrijke plaatsen. Bloem: groengeel (bloeiwijze: aar) Bloeitijd: juni – augustus Blad: bladschede is kaal tot dicht behaard en de bladschijf heeft gladde of bijna geen ruwe randen. De plant heeft ondergrondse uitlopers en kan zeer goed tegen droogte. 26.
Equisetum arvense heermoes • • Hoogte: 40 cm. • Groeiplaats: vochtige, voedselarme en zure gronden. • De plant heeft soms 3 meter lange wortel die makkelijk breken, Bloem: Bloeitijd: - Blad: de zijtakken staan in kransen, Lijken op kleine naalden. 27.
Erigon canadensis Canadese fijnstraal • • Hoogte: 15 - 150 cm. • Groeiplaats: plant groeit op open, droge, voedselrijke, omgewerkte, zandige, braakliggende grond, ook tussen tegels. • De rechtopstaande, stevige stengel is dun behaard Bloem: wit Bloeitijd: juli -september Blad: de bladeren zijn spatelvormig tot ruitvormig. 28.
Erodium cicutarium reigersbek • • Hoogte: 5 – 60 cm. • Groeiplaats: Deze pioniersoort tref je aan op matig droge voedselrijke zanderige bodem Bloem: roze Bloeitijd: april - oktober. Blad: De bladeren van Reigersbek zijn samengesteld enveerdelig 29.
Euphorbia helioscopia kroontjeskruid (wolfsmelk) • • Hoogte: 10 – 50 cm. • Groeiplaats: zonnige, open plaatsen op vochtige voedselrijke gronden. Bloem: groengeel Bloeitijd: mei – oktober Blad: verspreid, geelachtig groen, eirond. Naar de top zijn de bladeren fijngezaagd. 2 tot 4 cm groot. 30.
Festuca rubra roodzwenkgras • • Hoogte: 10 – 100 cm. • Groeiplaats: groeit goed op kleigrond als op arme, droge zandgrond. • Roodzwenkgras kan goed tegen schaduw. Bloem: paars-rood tot geelbruin. Bloeitijd: mei -augustus Blad: bladschede meestal behaard, bij de voet minder donkerrood. 31.
Ficaria verna speenkruid • • Hoogte: 30 cm. • • Groeiplaats: groeit op alle gronden. Bloem: geel Bloeitijd: maart - mei Blad: De hartvormige bladeren zitten aan het uiteinde van lange bladstelen. De bladeren kunnen gaafrandig tot bochtig gekarteld zijn. Ze zijn vaak glanzend vlezig. Bij slecht weer blijven de bloemen gesloten 32.
Galinsoga parviflora harig knopkruid • • Hoogte: 20 – 60 cm. • • Bloeitijd: juni - oktober • • Groeiplaats: open zandgrond. Bloem: gele buisbloempjes en witte lintbloempjes. Blad: lichtgroen tot groen en hebben weinig, korte haartjes. Jonge bladeren zijn eetbaar. 33.
Galium aparine kleefkruid • • Hoogte: 10 – 30 cm. • Groeiplaats: groeit het best in gebieden met een voedselrijke vochtige bodem. • • Vruchten hebben meer haakjes dan de stengel. Bloem: wit Bloeitijd: mei - oktober Blad: lancetvormig en zijn bezet met stijve korte haartjes. Stengels zijn vierkant. 34.
Geranium robertianum robertskruid • • Hoogte: 50 cm. • • Groeiplaats: groeit op alle gronden. Bloem: roze Bloeitijd: april - november. Blad: bladeren zijn driehoekig, en een of tweemaal geveerd De vrucht zou gelijken op de snavel van een kraanvogel (geranos = kraanvogel). 35.
Geranium molle zachte ooievaarsbek • • Hoogte: 10 cm – 45 cm. • Groeiplaats: groeit op alle gronden. Bloem: paars Bloeitijd: mei - oktober Blad: die vaak door de gaffelvormige vertakkingen tegenover elkaar staan, hebben een cirkelvormige omtrek 36.
Glechoma hederacea hondsdraf • • Hoogte: 15 cm. • • Groeiplaats: groeit op alle gronden. Bloem: paars – blauw. Bloeitijd: maart - juni Blad: niervormig tot hartvormig en met gekartelde of lichtgetande rand. Hoe zonniger de standplaats, des te kleiner de bladeren. 37.
Heracleum sphondylium gewone bereklauw • • Hoogte: 90 -150 cm. • Groeiplaats: komt vooral voor op stikstofrijke, vochtige grond zowel in de volle zon als in halfschaduw. Bloem: wit. Bloeitijd: juni - oktober Blad: De plant is ruw behaard en heeft drievoudig gevind tot vinspletige bladeren. 38.
Hieracium vulgatum dichte havikskruid • • Hoogte: 30 – 60 cm. • Groeiplaats: droge, matig voedselarme grond Bloem: geel. Bloeitijd: juni - juli Blad: Deze bladeren zijn langwerpig tot eirond en getand 39.
Holcus lanatus witbol • • Hoogte: 30 – 90 cm. • Groeiplaats: vochtige tot natte, zoete tot brakke, matig voedselrijke grond • Stengel is zacht behaard. Bloem: wit, roze, groen, purper. Bloeitijd: mei -september Blad: grijsgroen en is voorzien van zachte haartjes. Elk blad is max. 20 cm en is fijngepunt. 40.
Hypericum perforatum St. Janskruid • • Hoogte: 20 – 85 cm. • Groeiplaats: op droge, grazige, voedselrijke plaatsen langs wegen, spoorwegen • De soort is al lang in gebruik als geneeskrachtig kruid en is als plantaardig antidepressivum verkrijgbaar. Bloem: geel. Bloeitijd: juni Blad: De kale, elliptisch tot eironde, gaafrandige, 1, 53 cm lange bladeren hebben talrijke doorzichtige punten. 41.
Hypochaeris radicata gewoon biggenkruid • • Hoogte: 20 – 85 cm. • Groeiplaats: op droge, grazige, voedselrijke plaatsen langs wegen, spoorwegen • De soort is al lang in gebruik als geneeskrachtig kruid en is als plantaardig antidepressivum verkrijgbaar. Bloem: geel. Bloeitijd: juni Blad: De kale, elliptisch tot eironde, gaafrandige, 1, 53 cm lange bladeren hebben talrijke doorzichtige punten. 42.
Juncus effusus pitrus • • Hoogte: 20 – 100 cm. • Groeiplaats: De soort groeit bij voorkeur op natte standplaatsen, maar kan ook op wat drogere bodem goed gedijen. Bloem: bruin. Bloeitijd: juni – augustus Blad: De glanzende groene stengels zijn ongeveer 3 mm dik en kunnen een hoogte bereiken van 1, 5 m, maar zijn meestal tussen de 20 en 100 cm lang 43.
Lamium album witte dovennetel • • Hoogte: 30 – 60 cm. • Groeiplaats: op vochtige, zeer voedselrijke, omgewerkte grond • • Witte dovennetel kent vertakte uitlopers. Bloem: wit. Bloeitijd: mei -augustus Blad: aan de voet van de steel zijn bladeren hartvormig, aan de top meerlangwerpig. Blad lijkt op die van brandnetel, maar brandt niet. Vierkante holle stengel 44.
Lamium purpureum paarse dovennetel • • Hoogte: 5 - 30 cm. • • Groeiplaats: open, vochtige, zeer voedselrijke grond Bloem: paars. Bloeitijd: februari - mei Blad: De lichtgroene behaarde bladeren zijn ongeveer driehoekig van vorm en staan in paren kruisgewijs tegenover elkaar. Bovenste gedeelte van vierkante stengel kan paars verkleuren. 45.
Leontodon autumnalis herfstleeuwetand • • Hoogte: 7 - 45 cm. • Groeiplaats: Op open plaatsen op vochtige, voedselrijke, soms brakke grond in graslanden en bermen Bloem: geel. Bloeitijd: juli - oktober Blad: ingesneden bladeren, waardoor deze er bochtig getand tot soms bijna veerdelig uitzien 46.
Leucanthemum vulgare margriet • • Hoogte: 30 - 60 cm. • Groeiplaats: Zonnige plaatsen. Op alle gronden Bloem: wit. Bloeitijd: mei - september Blad: De verspreid staande bladeren onderaan de bloeistengel zijn spatelvormig en lopen wigvormig versmald in een steel. Alle bladeren hebben een gekartelde bladrand met afgeronde tanden. 47.
Linaria vulgaris vlasbekje • • Hoogte: 30 - 90 cm. • Groeiplaats: komt voor op zandgronden. Bloem: geel. Bloeitijd: juni - november Blad: De 3 -8 cm lange bladeren zijn lancetvormig (3 -6 mm breed) en hebben twee kleine steunblaadjes aan de bladvoet. 48.
Lolium perenne Engels raaigras • • Hoogte: 10 – 90 cm. • Groeiplaats: groeit goed op vochtige voedselrijke gronden. • Engels raaigras kan goed tegen betreding. Bloem: geelgroen Bloeitijd: juni – september Blad: De donkergroene bladeren zijn 3 tot 4 mm breed. Aan de bovenkant zijn ze fijn gegroefd. Ze hebben een glanzende onderkant. De schede aan de voet is vaak roze. 49.
Lotus corniculatus rolklaver • • Hoogte: 5 - 25 cm. • Groeiplaats: Gewone rolklaver staat in matig voedselrijke niet natte graslanden in zowel de duinen als in Zuid-Limburg; Bloem: geel Bloeitijd: mei - september. Blad: behaarde, omgekeerd eironde tot ovale bladeren zijn in vijven gegroepeerd, 50.
Lychnis flos-cuculi echte koekoeksbloem • • Hoogte: 90 cm. • Groeiplaats: Op natte, matig voedselrijke grond Bloem: roze, soms wit Bloeitijd: mei – juli Blad: de ruwbehaarde stengel draagt smalle lancetvormige bladeren. 51.
Matricaria recutita echte kamille • • Hoogte: 10 – 40 cm. • Groeiplaats: groeit het beste op open, vochtige tot droge, voedselrijke, omgewerkte grond • Sterk geurend. Bloem: Buisbloem geel, lintbloem wit Bloeitijd: mei - oktober Blad: bladen in lange lijnvormige slippen gedeeld, de middennerf slechts weinig breder dan de grotere zijslippen. 52.
Medicago lupulina hopklaver • • Hoogte: 7 – 50 cm. • Groeiplaats: De hopklaver groeit op voedselrijke grond in gras- en bouwland en langs wegen en dijken. • De gehele plant is licht behaard. Bloem: geel Bloeitijd: april - oktober Blad: De oneven geveerde bladeren bestaan uit drie deelblaadjes. Deze deelblaadjes zijn omgekeerd eirond en hebben aan de top een driehoekig spitsje. 53.
Silene dioica dagkoekoeksbloem • • Hoogte: 30 – 90 cm. • Groeiplaats: groeit goed op vochtige, voedselrijke, humeuze, zandige grond. • Bloemen gaan ‘s avonds dicht. Bloem: roze Bloeitijd: april - oktober Blad: boven het midden het breedst, de middelste en onderste aan de top afgerond en kort toegespitst. 54.
Myosotis sylvatica vergeetmijnietje • • Hoogte: 10 – 50 cm. • Groeiplaats: groeit goed op vochtige tot vrij natte, voedselrijke grond Bloem: lichtblauw Bloeitijd: april - augustus Blad: De bladeren zijn vlak en vrij dun. De rozetbladen zijn langwerpig-eirond met een korte steel. 55.
Oenothera biennis middelste teunisbloem • • Hoogte: 50 – 150 cm. • Groeiplaats: groeit goed op open, droge, vaak omgewerkte zandige of stenige grond. • De bloemen zijn iets kleiner dan die van de grote teunisbloem. Bloem: geel. Bloeitijd: juni – september. Blad: Groen, hoofdnerf goed zichtbaar vanaf de onderkant. Blad gaafrandig en in de top toegespitst. 56.
Papaver rhoeas klaproos • • Hoogte: 20 – 80 cm. • Groeiplaats: groeit goed op open, omgewerkte plaatsen op vochtige tot vrij droge, voedselrijke grond Bloem: rood. Bloeitijd: mei - juli Blad: is borstelig behaard en veerdelig met getande slippen. 57.
Petasites hybridus groot hoefblad • • • Hoogte: 50 – 100 cm. • Groot hoefblad heeft een lange knolvormige wortelstok. Bloem: roze. Bloeitijd: april Blad: eerst hoefbladvormig, later hart-niervormig. Groeiplaats: groeit goed Op vochtige tot natte, voedselrijke, vaak kalkhoudende grond. 58.
Phragmites australis riet • • Hoogte: 100 – 300 cm. • Groeiplaats: In het water en op natte, zoete tot brakke, meer of minder voedselrijke grond aan waterkanten. • Wanneer riet jaarlijks gemaaid wordt, kan het gebruikt worden voor de dakbedekking. Bloem: purper-, bruinkleurige pluim. Bloeitijd: juli - oktober. Blad: 1 -3 cm brede blad met spits toelopende top is grijsgroen. 59.
Plantago lanceolata smalle weegbree • • • Hoogte: 5 - 50 cm. Bloem: aar groenbruin, witte helmbloemen. Bloeitijd: juni – oktober. Blad: lancet- tot lijnlancetvormig, zelden breder. Groeiplaats: open en grazige, vochtige, zeer voedselrijke, meestal omgewerkte of betreden grond. 60.
Plantago major grote weegbree • • Hoogte: 10 - 50 cm. • Groeiplaats: groeit goed op vochtige, zeer voedselrijke, omgewerkte of betreden grond • Veel voorkomend onkruid. Bloem: groen bruin Bloeitijd: mei – november Blad: breed-elliptisch of eirond. Elk blad is spaarzaam behaard of glad. 61.
Poa annua straatgras • • Hoogte: 25 - 30 cm. • Straatgras is een zeer snelle groeier en bestand tegen veel betreding. • Plant is een- zelden tweejarig. Bloem: groen wit Bloeitijd: bloeit bijna het gehele jaar door. Blad: Het blad is van onderen gekield en heeft vaak kreukels of golfjes. Groeiplaats: alle gronden. 62.
Poa pratensis veldbeempgras • • Hoogte: 10 – 90 cm. • • Groeiplaats: alle gronden Bloem: groen tot grijze aar Bloeitijd: mei - juni. Blad: het blad is 2 -5 mm breed. De kleur kan afhankelijk van het ras licht- tot donkergroen zijn. Engels raaigras concurreert het veldbeemdgras weg. 63.
Polygonatum odoratum salomonszegel • • Hoogte: 15 – 50 cm. • • Bloeitijd: mei - juni. • Groeiplaats: De plant heeft een voorkeur voor zandgrond voorzien van een humuslaag. • De bessen zijn giftig voor mensen. Bloem: De bloemen zijn hangend, niet duidelijk klokvormig en witachtig van kleur Blad: De blauwachtig groene bladeren zijn eirond tot langwerpig met een zeer korte steelachtige voet. 64.
Polygonum persicaria perzikkruid • • Hoogte: 20 – 100 cm. • Groeiplaats: groeit goed op natte gronden. Bloem: roze - rood Bloeitijd: mei - oktober Blad: groene lancetvormige en gaafrandige bladeren met vaak een donkere, bruine tot zwarte vlek midden op het blad 65.
Polygonum aviculare varkensgras • • Hoogte: tot 40 cm. • Groeiplaats: open, vochtige, voedselrijke, vaak betreden grond. Bloem: roze of wit. Bloeitijd: mei - oktober Blad: ellipitisch, smal en nagenoeg ongesteeld. De bladeren aan de hoofdstengel zijn iets groter dan de bladeren die aan de zijstengels groeien. 66.
Polypodium vulgare eikvaren • • Hoogte: 10 – 60 cm. • Groeiplaats: licht beschaduwde plaatsen op droge, voedselarme, zwak zure tot kalkhoudende zandgrond. Bloem: Bloeitijd: juli – september. (sporen) Blad: wintergroen. De jonge bladeren verschijnen in de lente. Ze zijn dof donkergroen, langwerpig, tot 50 cm lang en alleen naar de top toegespitst 67.
Potentilla anserina zilverschoon • • Hoogte: 5 – 30 cm. • Groeiplaats: op natte tot vochtige, voedselrijke of brakke tot zilte grasgrond. Bloem: geel Bloeitijd: mei- augustus Blad: geveerd en bestaan uit zes tot twaalf deelblaadjes. Deze deelblaadjes zijn diep getand. De onderzijde van het blad is witviltig behaard, maar soms ook de bovenkant. 68.
Ranunculus acris scherpe boterbloem • • Hoogte: 30 – 90 cm. • Groeiplaats: Op vochtige, voedselrijke, grazige grond • De behaarde bloemsteel is rond en niet gegroefd. Bloem: geel Bloeitijd: april - oktober Blad: behaard. De onderste bladeren zijn handvormig en diep ingesneden. 69.
Ranunculus ficaria speenkruid • • Hoogte: 10 cm • Groeiplaats: groeit op vochthoudende grond en het liefste op een plaats met weinig felle zon • Na de bloei sterft het bovenste gedeelte af. De ondergrondse knol blijft in leven. Bloem: geel. Bloeitijd: maart - mei Blad: hartvormige bladeren zitten op een lange bladsteel. 70.
Ranunculus repens kruipende boterbloem • • Hoogte: 10 – 50 cm. • Groeiplaats: groeit het best op vochtige, beschaduwde plaatsen. • De plant verspreid zich door middel van uitlopers. • Wanneer je blaadjes opeet, krijg je blaasjes in je gehemelte. Bloem: geel Bloeitijd: april – juli Blad: Onderste bladen 3 -tallig, het middelste blaadje lang gesteeld. 71.
Rhinanthus minor grote ratelaar • • Hoogte: 10 – 50 cm. • Groeiplaats: groeit op vochtige tot vrij droge, matig voedselrijke grond. • Op de stengel zitten meestal zwarte streepjes. Bloem: geel Bloeitijd: mei - september Blad: De donkergroene bladeren zijn lancetvormig tot eirond en de rand ervan is gezaagd. 72.
Rumex acetosa veldzuring • • Hoogte: 50 – 100 cm. • Groeiplaats: De plant komt in matig voedselrijke en matig vochtige graslanden voor. Bloem: rood Bloeitijd: mei - juni Blad: De bladeren zijn langwerpig en hebben voetslippen die in tweeën gespleten zijn 73.
Rumex acetosella schapezuring • • Hoogte: 10 – 60 cm. • Groeiplaats: komt voor op droge, stikstofhoudende zand-, heide- en veengrond. Bloem: groen tot rode pluimen Bloeitijd: mei tot oktober Blad: De 3 -7 cm lange, spiesvormige bladeren zijn omgekeerd-eirond tot lijnvormig. 74.
Rumex obtusifolius ridderzuring • • Hoogte: 80 tot 150 cm. • Groeiplaats: vochtige, zeer voedselrijke grond. Groeit ook op beschaduwde plaatsen. • De plant heeft een penwortel. Bloem: groen tot rode pluimen Bloeitijd: juni – oktober. Blad: De onderste bladeren zijn groot en breed, zijn eivormig en hebben een hartvormige voet. Hogere bladeren zijn smaller. 75.
Sagina procumbens liggende vetmuur • • Hoogte: 2 – 7 cm. • Groeiplaats: voedselrijke plaatsen tussen straatstenen en in belopen bermen. Bloem: wit Bloeitijd: mei – september Blad: De breed-elliptische tot rondachtige kelkbladeren zijn tot 2 mm lang en hebben een vliezige, witte rand. 76.
Salvia pratensis veldsalie • • • Hoogte: 30 – 60 cm. • Blad: De bladeren zijn eirond tot langwerpig. Ze hebben een hartvormige voet en een vrij stompe top. • Groeiplaats: Het is een behaarde, licht aromatische plant die voorkomt op droge, kalkhoudende grond Bloem: donkerblauw Bloeitijd: Mei, juni en juli, soms ook in augustus en september 77.
Scrophularia nodosa knopig helmkruid • • Hoogte: 30 – 120 cm. • Groeiplaats: houdt van vochtige, redelijk rijke bodems en staat meestal in de schaduw van andere hoogopgaande bosplanten • Heeft een vierkante stengel Bloem: rood, geel, bruin Bloeitijd: juni - september Blad: zijn driehoekig en hebben een hartvormige voet en ze zitten met een korte steel zonder steunblaadjes aan de rechtopstaande stengel. 78.
Sedum acre muurpeper • • Hoogte: 5 - 25 cm. • Groeiplaats: stelt geen hoge eisen aan de grond. De soort komt voor op droge zandgrond. • Bodembedekker. Bloem: geel Bloeitijd: mei - augustus Blad: 3 -4 mm grote bladeren zitten dicht opeen langs de stengels. Blad smaakt naar peper. 79.
Senecio vulgaris klein kruiskruid • • Hoogte: 10 – 50 cm. • Groeiplaats: open, vochtige tot droge, omgewerkte grond. • De zaden kiemen wanneer de temperatuur boven 10 graden Celsius komt. Bloem: geel Bloeitijd: hele jaar door Blad: vrij vlezig, langwerpig en meestal vrij diep (ongeveer tot de helft) ingesneden met korte slippen. 80.
Senecio jacobaea jacobskruid • • Hoogte: 30 – 150 cm. • • Groeiplaats: alle gronden Bloem: geel Bloeitijd: juni - oktober Blad: De onderste bladeren zijn veerdelig met een kleine eindslip Jakobskruid is giftig voor de meeste zoogdieren 81.
Silene vulgaris blaassilene • • Hoogte: 25 cm – 65 cm. • Groeiplaats: voedselrijk en vochtig, maar dient bovenal kalk te bevatten. Omgewerkte en grazige grond heeft ook de voorkeur van deze soort. Bloem: wit Bloeitijd: mei -september Blad: stengels zijn onbehaard en komen op uit een gebogen, diep in de grond vertakte wortelstok. Op de knopen van de stengels zitten smalle, tegenoverstaande bladeren. 82.
Sisymbrium officinale gewone raket • • Hoogte: 30 cm – 80 cm. • Groeiplaats: vestigt op open zandige voedselrijke zandbodem Bloem: geel Bloeitijd: mei -september Blad: Ze zijn veerdelig en het topblaadje is meestal spiesvormig. De zijslippen van het veerdelig blad zijn getand. De bladeren zijn, net als de stengels behaard. 83.
Sonchus oleraceus gewone melkdistel • • Hoogte: 30 – 90 cm. • Groeiplaats: licht beschaduwde plaatsen op droge, voedselarme, zwak zure tot kalkhoudende zandgrond. • De plant heeft een penwortel. Bloem: geel Bloeitijd: juni - oktober Blad: De langwerpig-eironde bladeren hebben een vrijwel vlakke rand met breed-driehoekige tanden en meestal met zeer zwakke stekeltjes 84.
Stellaria media vogelmuur • • Hoogte: 10 – 40 cm. • Groeiplaats: open, droge tot vochtige, voedselrijke, omgewerkte grond, vooral in akkers en tuinen. • • De plant heeft maar 1 wortelgestel. Bloem: wit Bloeitijd: januari - december Blad: groen, eirond met een spitse top, en vaak gesteeld. Stengels zijn rood of groen. 85.
Symphytum officinale smeerwortel • • Hoogte: 40 – 100 cm. • Groeiplaats: De smeerwortel verkiest een goede, humusrijke bodem. Bloem: wit, roze, paars Bloeitijd: mei - augustus Blad: lancetvormige bladeren zijn ruwbehaard. De bladeren zijn aan de onderzijde geaderd 86.
Tanacetum vulgare boerenwormkruid • • Hoogte: 60 – 120 cm. • Groeiplaats: is een pionier soort die groeit op voedselrijke omgewerkte grond. Bloem: geel Bloeitijd: juli - september Blad: Ze zijn veerdelig ingesneden en tussen de veren zitten nog kleine bladdeeltjes, zodat je kunt spreken van afgebroken geveerd. 87.
Taraxacum officinale paardebloem • • Hoogte: 10 – 40 cm. • Groeiplaats: vochtige tot droge, meer of minder sterk bemeste bodems. • De plant heeft een penwortel die decimeters diep de grond in kan dringen Bloem: geel Bloeitijd: maart - november Blad: De bladeren staan in een rozet bij elkaar. Ze zijn diep ingesneden tot bochtig getand. Bij kneuzing vloeit uit de plant een witte vloeistof, die paardenbloemenmelk wordt genoemd. 88.
Trifolium pratense rode klaver • • Hoogte: 15 – 50 cm. • Groeiplaats: Op vochtige, voedselrijke grond in graslanden en bermen. • De stengel is behaard. Bloem: roze tot rood Bloeitijd: juni - oktober Blad: De onderste bladeren zijn rond en langgesteeld, de bovenste bladeren bijna zittend, langwerpig en aan onder- en bovenzijde bedekt met haartjes. 89.
Trifolium repens witte klaver • • Hoogte: 5 – 25 cm. • Groeiplaats: vochtige tot natte, voedselrijke of brakke tot zilte grond • De plant is niet behaard. Bloem: wit Bloeitijd: juni - oktober Blad: bestaat uit drie deelblaadjes, die rond tot eirond zijn. Soms komen er planten voor met vier deelblaadjes 90.
Tussilago farfara klein hoefbloed • • Hoogte: 15 – 30 cm. • Groeiplaats: Voor voedselrijke, doorlatende, droge tot licht vochtige grond. • De plant heeft een penwortel van soms wel 1, 5 meter. Bloem: geel Bloeitijd: februari - april Blad: Na de bloei ontwikkelen deze zich tot hartvormig of ronde en getande bladeren. Aan de onderkant viltig behaarde bladeren. 91.
Urtica urens kleine brandnetel • • Hoogte: 10 – 50 cm. Bloem: rood bruin Bloeitijd: mei - oktober Blad: zijn groen, dun en diep ingezaagd. Groeiplaats: droge tot vrij vochtige grond De plant heeft een geel-witte penwortel. In tegenstelling tot de grote brandnetel (Urtica dioica) komen op de kleine brandnetel alleen brandharen voor, gewone haren ontbreken. 92.
Urtica dioica grote brandnetel • • Hoogte: 30 – 250 cm. • Groeiplaats: Op stikstofrijke, droge tot natte, vaak half beschaduwde plaatsen. • • De plant heeft een penwortel. Bloem: groengeel Bloeitijd: juni - oktober Blad: tegenoverstaand met gezaagde bladrand. De stengel is vierkantig en evenals de bladeren bezet met brandharen 93.
Veronica chamaedrys gewone ereprijs • • Hoogte: 10 – 40 cm. • Groeiplaats: vochtige, voedselrijke grond in graslanden, bermen en in lichte loofbossen. • Bloemen die al een dag oud zijn krijgen een wat roodachtige zweem. Bloem: azuurblauw Bloeitijd: april - juni Blad: eironde bladeren zijn gekarteld en aan de voet afgerond. 94.
Veronica filiformis draadereprijs • • Hoogte: 5 – 15 cm. • Groeiplaats: droge tot vochtige, matig voedselrijke tot voedselrijke grond Bloem: blauw Bloeitijd: april - mei Blad: De bladeren zijn rond-elliptisch en bladrand is gekarteld. Ze zijn 0, 5 -1 cm breed en hebben een steeltje van maximaal 2 mm. 95.
Vicia cracca vogelwikke • • Hoogte: 30 – 200 cm. (lengte) • • Groeiplaats: vochtige, voedselrijke grond Bloem: paars/ violet Bloeitijd: juni – september Blad: Het blad is geveerd en bevat zes tot twintig paar deelblaadjes van 1 -2, 5 cm lang. Ze zijn langwerpig tot lijnvormig en lichtbehaard. De plant heeft slappe stengels die zachtbehaard zijn. 96.
Vicia sepium heggewikke • • Hoogte: 30 – 100 cm. • Groeiplaats: geeft de voorkeur aan vochtige redelijk voedselrijke bodems met wat kalk erin. Bloem: paars Bloeitijd: mei -augustus Blad: Het blad is geveerd en bestaat uit drie tot negen paar deelblaadjes, die langwerpig tot eirond zijn. 97.
Viola arvensis akkerviooltje • • Hoogte: 20 cm. • Groeiplaats: groeit op open zandige, maar wel vochtige en voedselrijke bodems. Bloem: wit, geel, paars Bloeitijd: april - juni Blad: Aan de voet van de bladsteel staan twee steunblaadjes. Deze zijn veerdelig met een middenslip die relatief groot is en een gelobde bladrand heeft. 98.
- Slides: 100