Rekenen periode 3 METEN EN MEETKUNDE LES 3
- Slides: 14
Rekenen periode 3 METEN EN MEETKUNDE LES 3: OMTREK, OPPERVLAKTE EN INHOUD
Weekplanning periode 3 Huiswerk is deze periode weer verplicht om te mogen toetsen.
Doel van deze les Jullie kunnen complexe berekeningen maken met de omtrek, oppervlakte en inhoud van verschillende figuren. Jullie oefenen: • het herleiden van maten. • berekenen van de omtrek en oppervlakte van samengestelde rechthoekige figuren. • berekenen van de oppervlakte van driehoeken en parallellogrammen. • berekenen van de omtrek en oppervlakte van cirkels. • berekenen van de omtrek, oppervlakte en inhoud van balkvormige figuren. • berekenen van de oppervlakte en inhoud van cilindervormige figuren. • berekenen van de omtrek, oppervlakte en inhoud in een toepassingssituatie.
Kim Holland danst met de Chinezen mee M (m 1) dus iedere sprong 10 M 2 dus iedere sprong 100 M 3 dus iedere sprong 1000
Onthouden!!! 1 dm 3 = 1 L
Formule Omtrek: lengte + breedte + lengte + breedte
Formule Oppervlakte: Lengte x breedte
Formule Inhoud: Lengte x Breedte x Hoogte
Oppervlakte van een driehoek
Belangrijk deze les
Omtrek, opp, inhoud van een cirkel omtrek cirkel = Beide vijvers hieronder zijn 75 cm diep π × d oppervlakte cirkel: π × r 2 inhoud cirkel: opp x hoogte Let op!!! Deze les is heel belangrijk om tussendoor niet af te ronden!!!! Let op!! Kijk eerst in welke eenheid je antwoord moet geven. Reken r of d direct om naar deze eenheid! Omtrek van de grote vijver: (in dm) rond af op één decimaal π × d π x 25 = 78, 5 Oppervlakte van de grote vijver: (in dm 2) rond af op één decimaal π × r 2 π x 12, 5^2 =490, 9 dm 2 Inhoud van de grote vijver: (in L). Rond af op heel getal Opp x 7, 5 = 3682 L
Oefenen 31 8 m 1 m 49 2 m 7, 5 + 6 + 4 + 2, 5 + 3 + 1+ 5 = 31 m Je berekent eerst de oppervlakte van het hele figuur: 8 x 7, 5 = 60 m 2 Dan haal je het teveel eraf: 4 x 2 = 8 m 2 3 x 1 = 3 m 2 60 – 8 – 3 = 49 m 2
Oefenen Het water in het aquarium staat 5 cm onder de rand. a. Hoeveel liter water zit er op dit moment in het aquarium 5 dm x 4 dm x 3 dm = 60 L b. Job vult het aquarium bij tot aan de bovenste rand. Bereken hoeveel liter water Job nodig heeft om het aquarium tot de rand te vullen. Er komt bij: 0, 5 dm x 4 dm x 5 dm = 10 L
Aan de slag! Les 3 M&M Huiswerk na de vakantie: Les 3 + Lestoets 3