Rekenen Les 7 woordformules gebruiken Toets Maandag 5
Rekenen Les 7: woordformules gebruiken
Toets • Maandag 5 februari om 09. 00 moet huiswerk af zijn om deel te mogen nemen aan de toets. De toets gaat over: Meten en Meetkunde les 1 – 9 (les 5 niet!) Verbanden les 1 - 7 (les 8 niet!!) !! In de wiki zijn de Power. Points van deze periode te vinden. • Ik heb een oefentoets Meten & Meetkunde en een oefentoets verbanden in de wiki gezet.
Toets deel 1: M&M Staat ook in de Wiki!
Toets deel 2: verbanden Staat ook in de Wiki!
Tips
Eindcijfer rekenen • Cijfer toets 1 (getallen + verhoudingen) telt 2 x • Cijfer toets 2 (Meten en meetkunde + verbanden) telt 2 x • 5 – 6 regeling met Nederlands. • Sta je gemiddeld onvoldoende of heb je 1, 0 ivm huiswerk niet af? herkansing!
Herhalen De snelheid van een voertuig is 100 km/uur. Het voertuig heeft 214 km afgelegd. Hoelang was het voertuig onderweg? (Rond af op hele minuten) …. Uur …. . Minuten Stap 1: Maak een verhoudingstabel en vul de gegevens in die je weet Afstand Tijd 100 km 60 min 1 km 0, 6 min Stap 2: Maak de berekening Hele minuten: 128 minuten Stap 3: Haal de hele uren en minuten eruit 128 minuten = 2 uur en 8 minuten 214 km 128, 4 min
Herhalen Meten & Meetkunde A. De omtrek van dit zwembad is ……. M 5 + 10 + 11 + 6 + 4 = 42 m Zwembad Diepte: 1, 3 m A. De oppervlakte van dit zwembad is ……. M 2 11 x 6 = 66 m 2 5 x 4 = 20 m 2 20 m 2 + 66 m 2 = 86 m 2 A. De inhoud van dit zwembad is ……. L 86 x 1, 3 = 111, 8 m 3 111, 8 x 1000 = 111. 8000 dm 3 = L
Leerdoelen Het kunnen rekenen met woordformules in eenvoudige toepassingssituaties. Je leert: - Herkennen van regelmaat - Rekenen met eenvoudige woordformules
Begrippen Woordformule: een beschrijving van een berekening op een korte en handige manier. Bijvoorbeeld: Oppervlakte = lengte x breedte Toename/afname procenten = (nieuw – oud): oud x 100 Percentage berekenen = deel : totaal x 100
Oefenen 130 : 10 x 3 = 39 meter
Oefenvraag 1. 3 x -5 -5, 9 = -12. 4 graden Celsius
Huiswerk Maandag 5 februari om 09. 00 moet af zijn: Meten & Meetkunde: Les 1 Som 2, 4, 5, 8, 9, 10 + lestoets 1 Les 2 Som 3, 5, 6, 8, 9, 10 + lestoets 2 Les 3: Som 2, 3, 4, 5, 7, 8, 10, 11, 13, 14, 20 + lestoets 3 Les 4: Som 2, 3, 5, 6, 10 + lestoets 4 Les 6: Som 1, 6, 11, 12, 13, 15, 16, 17, 18, 19, 20 + Lestoets 6 Les 7: Som 2, 3, 5, 7, 9, 10+ lestoets 7 les 8: 4, 5, 7, 9, 10 en lestoets 8 Les 9: 1, 2, 3, 4, 5, 10 en lestoets 9 Verbanden: Les 1 som 2, 3, 4, 5, 6, 8, 10 + Lestoets 1 Les 2 som 1, 2, 4, 6, 8, 9, 10 + lestoets 2 Les 3: Som 2, 4, 5, 6, 7, 8, 9 + Lestoets 3 Les 4: Som 4, 5, 6, 9, 10 + Lestoets 4 Les 5: Som 2, 4, 5, 7, 9, 10 + Lestoets 5 Les 6: Som 2, 3, 4, 8, 9, 10 + Lestoets 6 Les 7: Som 4, 5, 6, 7, 8, 10 + Lestoets 7
Aan de slag! • Verbanden les 7: som 4, 5, 6, 7, 8, 10 + Lestoets 7
- Slides: 14