Presentatie Myocardinfarct diagnostiek afleidingen ECG 12 Doelstelling presentatie

  • Slides: 52
Download presentation
Presentatie Myocardinfarct diagnostiek & afleidingen ECG 12

Presentatie Myocardinfarct diagnostiek & afleidingen ECG 12

Doelstelling presentatie: De medecursist kan zelf na de presentatie een kwalitatief goed elektrocardiogram (ECG)

Doelstelling presentatie: De medecursist kan zelf na de presentatie een kwalitatief goed elektrocardiogram (ECG) maken en de waarschijnlijkheidsdiagnose acuut myocard infarct stellen.

Planning: • Kort intro • Acuut coronair syndroom • Elektrische activiteit van het hart

Planning: • Kort intro • Acuut coronair syndroom • Elektrische activiteit van het hart • Plaatsing van de elektroden • Lokalisatie infarct gebied • Vragen? ? ?

De middeleeuwen Het hart werd gezien als de zetel van de ziel

De middeleeuwen Het hart werd gezien als de zetel van de ziel

16 e Eeuw Voor het eerst werden lijkschouwingen verricht, en ging men de inwendige

16 e Eeuw Voor het eerst werden lijkschouwingen verricht, en ging men de inwendige structuur van het menselijk lichaam gingen bekijken.

William Harvey (1578 -1657) Publiceerde in 1628 zijn belangrijkste werk, waarin globaal de grote

William Harvey (1578 -1657) Publiceerde in 1628 zijn belangrijkste werk, waarin globaal de grote en de kleine bloedsomloop, de lichaams- en longcirculatie beschreven worden zoals wij die vandaag de dag nog kennen.

Willem Einthoven 1860 -1927 Ontwikkelde in 1901 het eerste ECG apparaat de string-galvometer en

Willem Einthoven 1860 -1927 Ontwikkelde in 1901 het eerste ECG apparaat de string-galvometer en kreeg hiervoor de Nobelprijs “Physiology or Medicine” in 1924

Acuut Coronair Syndroom (ACS) Enkele getallen over 2002*: Totaal aantal ziekenhuisopnames 1. 516. 107

Acuut Coronair Syndroom (ACS) Enkele getallen over 2002*: Totaal aantal ziekenhuisopnames 1. 516. 107 waarvan 18% wegens hart- en vaatziekten (272. 275). Er zijn 15. 973 mensen overleden aan ischeamische hartziekten, van deze groep hadden er 11. 481 een acuut hartinfarct. * bron: Nederlandse hartstichting

Acuut Coronair Syndroom (ACS) Definitie van ACS volgens de NVVC: Klinische presentatie van een

Acuut Coronair Syndroom (ACS) Definitie van ACS volgens de NVVC: Klinische presentatie van een patiënt met pijn op de borst, waarbij sterke verdenking bestaat op angina pectoris (instabiel) of (dreigend) myocardinfarct.

Symptomen van ACS • Heftige, drukkende pijn op de borst • Uitstralend naar linkerarm,

Symptomen van ACS • Heftige, drukkende pijn op de borst • Uitstralend naar linkerarm, kaken • Hevig transpireren • Misselijkheid • Bleek • Angst soms is retrosternale pijn niet de hoofdklacht: • pijn kan afwezig zijn bij diabetes mellitus • kortademigheid en longoedeem • bewustzijnsverlies, plotse dood • bloeddrukval, vrij plots opgekomen verwardheid • ritmestoornis

Acuut Coronair Syndroom (ACS) - (Instabiele)Angina Pectoris - Acuut hartinfarct

Acuut Coronair Syndroom (ACS) - (Instabiele)Angina Pectoris - Acuut hartinfarct

LPA 6

LPA 6

Wat is een elecrocardiogram (ECG) - Het ECG is een registratie van de elektrische

Wat is een elecrocardiogram (ECG) - Het ECG is een registratie van de elektrische activiteit van het hart. De elektrische activiteit is nodig om het hart tot contractie te brengen.

Geleiding van elektrische activiteit

Geleiding van elektrische activiteit

Normaal ECG patroon P-top = depolarisatie van het atrium QRS complex = depolarisatie van

Normaal ECG patroon P-top = depolarisatie van het atrium QRS complex = depolarisatie van de ventrikels T-top = repolarisatie van de ventrikels Tijden: • PQ normaal < 0, 22 sec • QRS normaal < 0, 12 sec • QT normaal < 0, 42 sec

Het 12 afleidingen ECG 3 bipolaire extremiteitafleidingen (Einthoven) 3 unipolaire extremiteitafleidingen (Goldberger) 6 unipolaire

Het 12 afleidingen ECG 3 bipolaire extremiteitafleidingen (Einthoven) 3 unipolaire extremiteitafleidingen (Goldberger) 6 unipolaire precordiale afleidingen (Wilson)

Plaatsing van de borst elektroden V 1(rood) 4 e intercostaal re naast sternum V

Plaatsing van de borst elektroden V 1(rood) 4 e intercostaal re naast sternum V 2(geel) 4 e intercostaal li naast sternum V 3(groen) Tussen V 2 -V 4 V 4(bruin) 5 e intercostaal mid. claviculair V 5(zwart) voorste axillaire hoogte V 4 V 6(paars) Mid. axillaire hoogte V 4 Op dit plaatje zijn ook de V 3 r en V 4 r afgebeeld. Deze afleidingen worden gebruikt om een rechter venrikel infarct te diagnostiseren.

Beoordeling ECG • Bepaal de ijk en de papiersnelheid • Beoordeel het ritme •

Beoordeling ECG • Bepaal de ijk en de papiersnelheid • Beoordeel het ritme • Bepaal de hartfrequentie • Bepaal de elektrische hart-as • Meet de geleidingsintervallen (PQ, QRS en QT) • Beschrijf de configuratie van het QRS complex • Beoordeel het ST segment.

Bepaling elektrische hartas

Bepaling elektrische hartas

Geleidingsstoornissen LBTB Stel bij LBTB geen infarct diagnose RBTB

Geleidingsstoornissen LBTB Stel bij LBTB geen infarct diagnose RBTB

Configuratie van het QRS complex

Configuratie van het QRS complex

Lokalisatie ischaemie gebied

Lokalisatie ischaemie gebied

Posterior LCX Lateraal RCA Anterior LAD Inferior

Posterior LCX Lateraal RCA Anterior LAD Inferior

Normaal ECG

Normaal ECG

Infarctplaatsen ECG – leads (acute fase) Verantwoordelijk coronair Anterior (voorwand) ST elevatie V 1

Infarctplaatsen ECG – leads (acute fase) Verantwoordelijk coronair Anterior (voorwand) ST elevatie V 1 -V 4. Reciproke T top inversie kan in I, a. VL en V 2 t/m V 5 Proximale Left Anterior Descending (LAD) Inferior (onderwand) ST elevatie II, III en a. Vf. Reciproke in I en a. VL Right Coronary Artery (RCA) (doorbloed SA knoop en bij 50% van de mensen de AV knoop Rechter ventrikel (altijd meteen in acute fase van inferior infarct). Rechts ECG ST elevatie V 3 R en/of V 2 R - V 4 R. Hierbij ST depressie in I en a. VL Proximale deel van de RCA Posterior (achterwand) Een posterior infarct is te herkennen als reciproke veranderingen, te zien als ST depres- sie in V 1 en V 2 RCA of circumflex arterie (meestal 70% is RCA dominant) Lateraal (zijwand) ST elevatie V 5 - V 6 Linker circumflex Hoog lateraal ST elevatie V 5 – V 6, I, a. VL Linker circumflex Septaal (septum) ST elevatie V 1 – V 2 Linker Aterie Descending (LAD)

Acuut inferior Infarct Inferior (onderwand) ST elevatie II, III en a. Vf. Reciproke in

Acuut inferior Infarct Inferior (onderwand) ST elevatie II, III en a. Vf. Reciproke in I en a. VL Right Coronary Artery (RCA) (doorbloed SA knoop en bij 50% van de mensen de AV knoop

Acuut Posterior Infarct Posterior (achterwand) Een posterior infarct is te herken- nen als reciproke

Acuut Posterior Infarct Posterior (achterwand) Een posterior infarct is te herken- nen als reciproke veranderingen, te zien als ST depressie in V 1 en V 2 soms ook v 3 RCA of circumflex arterie (meestal 70% is RCA dominant)

Acuut IP infarct Inferior (onderwand) ST elevatie II, III en a. Vf. Reciproke in

Acuut IP infarct Inferior (onderwand) ST elevatie II, III en a. Vf. Reciproke in I en a. VL Right Coronary Artery (RCA) (doorbloed SA knoop en bij 50% van de mensen de AV knoop Posterior (achterwand) Een posterior infarct is te herken- nen als reciproke veranderingen, te zien als ST depres- sie in V 1 en V 2 RCA of circumflex arterie (meestal 70% is RCA dominant)

Acuut Lateraal infarct (hoog) Hoog lateraal ST elevatie V 5 – V 6, I,

Acuut Lateraal infarct (hoog) Hoog lateraal ST elevatie V 5 – V 6, I, a. VL Linker circumflex

Acuut AL infarct Anterior (voorwand) ST elevatie V 1 -V 4. Reciproke T top

Acuut AL infarct Anterior (voorwand) ST elevatie V 1 -V 4. Reciproke T top inversie kan in I, a. VL en V 2 t/m V 5 Lateraal (zijwand) ST elevatie V 5 - V 6 Hoog lateraal ST elevatie V 5 – V 6, I, a. VL Proximale Left Anterior Descending (LAD)

Acuut IPL infarct Inferior (onderwand) ST elevatie II, III en a. Vf. Reciproke in

Acuut IPL infarct Inferior (onderwand) ST elevatie II, III en a. Vf. Reciproke in I en a. VL Right Coronary Artery (RCA) (doorbloed SA knoop en bij 50% van de mensen de AV knoop Posterior (achterwand) Een posterior infarct is te herken- nen als reciproke veranderingen, te zien als ST depres- sie in V 1 en V 2 RCA of circumflex arterie (meestal 70% is RCA dominant) Lateraal (zijwand) ST elevatie V 5 - V 6 Linker circumflex, soms RCA dominant

ECG beloop van een acuut infarct 1. Spitse T-top is eerste kenmerk van ischeamie

ECG beloop van een acuut infarct 1. Spitse T-top is eerste kenmerk van ischeamie 2. ST elevatie in de acute fase van het infarct 3. R-top verlies en Q vorming 4. T-top wordt negatief spits 5. ST segment normaliseert 6. ST weer positief, R verlies en Q ontstaan

Inferior en rechter ventrikel infarct

Inferior en rechter ventrikel infarct

LBTB

LBTB

RBTB

RBTB

Pericarditis

Pericarditis

Hypothermie

Hypothermie

Hypothermie Osborn waves Patient was 32° Celsius tijdens maken van het ECG

Hypothermie Osborn waves Patient was 32° Celsius tijdens maken van het ECG

Hoofdstam stenose Ø a. VR the forgotten lead

Hoofdstam stenose Ø a. VR the forgotten lead

Hoofdstam stenose Coronair angiografie van een hoofdstamstenose

Hoofdstam stenose Coronair angiografie van een hoofdstamstenose

Hyperkaliëmie

Hyperkaliëmie

Specifieke ECG-symptomen hyperkaliëmie: • verlaging en omkering T-top; • verlenging QT-interval; • uitgesproken U-golf;

Specifieke ECG-symptomen hyperkaliëmie: • verlaging en omkering T-top; • verlenging QT-interval; • uitgesproken U-golf; • ST-depressie • hoge spitse tentvormige T-toppen met een smalle basis hypocalciëmie: • verlengd QT-interval met lange duur van het ST- hypokaliëmie: (milde hypercaliëmie); • extreem verbreed QRS, lage R, afwezige P-top en hoge spitse T-top (ernstige hypercaliëmie). segment; • verlaging of afvlakking T-top. • verkorting QT-interval zodat QRS gelijk overgaat in T; hypercalciëmie: • toegenomen amplitude T-top.

V 1 en V 3 zijn verwisseld

V 1 en V 3 zijn verwisseld

Wolff-Parkinson-White syndroom

Wolff-Parkinson-White syndroom

Vragen ? www. ambulance-giessen. tk

Vragen ? www. ambulance-giessen. tk