P 1 Inleiding Management 1 Thema Kennismaken Sheets
- Slides: 153
P 1 Inleiding Management 1 Thema: Kennismaken Sheets week 1 2012 -2013
Les 1 Introductie • Relatie vakgebied Management met het thema van de P 1: De kennismaking • Relatie vakgebied Management met de beroepspraktijk http: //nos. nl/artikel/267409 -abn-amro-schrapt-2350 -arbeidsplaatsen. html MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 2
Les 1 Introductie • Er is ook een relatie tussen de lessen Management P 1 en het beroepsproduct P 1: het Bedrijfsmagazine Er is een vakopdracht Management in week 2 en week 5 ten behoeve van de vulling van het Bedrijfsmagazine MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 3
Vooruitblik lessen P 1 (én P 2) via het 7 S model van Mc. Kinsey MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 4
Het 7 S model van Mc. Kinsey Wát zou er bedoeld kunnen worden met de onderwerpen in het 7 S model van Mc. Kinsey? We kijken nog eens naar de onderwerpen van het 7 S model (volgende sheet). Denk aan: bijbaan, actualiteit (nieuws, krant, internet) MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 5
7 S model van Mc. Kinsey MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 6
Het 7 S model van Mc. Kinsey Kijk nog eens goed naar het model Waarom is het 7 S model op deze manier opgebouwd? Wat zie je? Is er een logica? MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 7
Het 7 S model van Mc. Kinsey MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 8
Vooruitblik lessen P 1 én P 2 via het 7 S model van Mc. Kinsey MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 9
Het 7 S model van Mc. Kinsey MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 10
Partijen en Omgevingsfactoren; een korte vooruitblik In de Samenleving / de Omgeving van een organisatie bevinden zich Partijen en Omgevingsfactoren Wát bedoelen we met deze twee begrippen? - Partijen - Omgevingsfactoren MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 11
Partijen en omgevingsfactoren Partijen Omgevingsfactoren MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 12
Omgevingsfactoren - In marketing en in management wordt voor omgevingsfactoren vaak gebruik gemaakt van het DESTEP model: - DESTEP is een samenvoeging van de eerste letter van de 6 omgevingsfactoren. Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 13
DESTEP - DEMOGRAFISCH bv vergroening of vergrijzing ECONOMISCH bv crisis of investeringsklimaat SOCIAAL-CULTUREEL bv intrede van social media TECHNOLOGISCH bv smartphones, cloud, … ECOLOGISCH (MILIEU) bv windmolens, zonnepanelen POLITIEK bv wetgeving, subsidies Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 14
Les 2 MER P 1 Inleiding Management 1 2011 - 2012 15
Onderwerpen les 2 • Partijen en Omgevingsfactoren (bestuderen in je boek: H 2 pag 46 – 73) • Highlights van het vakgebied Management (bestuderen in je boek: H 1 pag 5 – 20 tot 1. 11) Scholen/denkrichtingen: geschiedenis • Scientific Management (Taylor) • Algemene Management-theorie (Fayol) • Theorie van de Bureaucratie (Weber) • Human Relations-theorie (Mayo) • X en Y mensbeeld (Mc. Gregor) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 16
Samenleving/omgeving In de Samenleving/de Omgeving van een organisatie bevinden zich …………? ? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 17
Partijen en Omgevingsfactoren Wat bedoelen we met het begrip Partij? Kun je praktijkvoorbeelden noemen? Leg uit waarom! Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 18
Partijen en Omgevingsfactoren Partijen zijn stakeholders in de omgeving van organisaties, waarmee interacties plaatsvinden: • De partijen oefenen invloed uit op de organisatie én • De organisatie kan óók invloed uitoefenen op de partijen Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 19
Partijen en Omgevingsfactoren Oefening: • Neem Albert Heijn als organisatie. • Maak een duo met je buurman /vrouw. • Kies 5 partijen in de omgeving van AH. • Leg uit hoe er interactie plaatsvindt met deze partijen. Over en weer dus! Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 20
Partijen en Omgevingsfactoren Wat bedoelen we met omgevingsfactor? Kun je enkele praktijkvoorbeelden noemen? Leg uit waarom! Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 21
Partijen en Omgevingsfactoren zijn factoren in de omgeving van een organisatie de organisatie beïnvloeden maar waar organisaties zelf geen invloed op kunnen uitoefenen, het overkomt organisaties Filmpje (Retail): http: //www. youtube. com/watch? v=t. Kz. RGXm. H 6 Oo Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 22
Introductie vakgebied Management We houden ons nu bezig met een stuk geschiedenis van het vakgebied management Waarom zouden we ons met de geschiedenis van het vakgebied management bezighouden? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 23
Scholen/denkrichtingen: geschiedenis • • • Scientific Management (Taylor) Algemene Management-theorie (Fayol) Theorie van de Bureaucratie (Weber) Human Relations-theorie (Mayo) X en Y mensbeeld (Mc. Gregor) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 24
De klassieke school: Scientific Management theorie Frederick Taylor (1856 - 1915) • Theorie van 1911 (publicatie) • Wie was die Taylor? • In welke tak van industrie was hij werkzaam? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 25
Scientific Management theorie Wat wilde Taylor bereiken? • wetenschappelijke benadering van werk • verregaande taakverdeling • goede samenwerking tussen de organisatieniveau’s (werkte niet goed) • bedrijfsleiders verantwoordelijk voor werkmethoden • zorgvuldige selectie van werknemers • prestatiebeloning Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 26
Scientific Management theorie Het achtbazenstelsel 1. Tijd en kosten 2. Werkinstructies 3. Bewerkingen en hun volgorde 4. Werkvoorbereiding en uitgifte 5. Onderhoud 6. Kwaliteitscontrole 7. Technische leiding 8. Personeelsbeheer Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 27
Scientific Management theorie Doel van Taylor bij dit alles: Hogere productiviteit in de productieomgeving! • Modern Times (1936): Charlie Chaplin http: //www. youtube. com/watch? v=2 B 3 HGY_z. LKk&feature=related Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 28
Scientific Management theorie Resultaten Scientific Management 1. Tijd- en bewegingsstudies 2. Werkclassificatiesystemen 3. Werkvoorbereiding en planning 4. Analyse van routine- en vermoeidheidsverschijnselen Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 29
De klassieke school: Algemene Management theorie Henry Fayol (1841 - 1925) • Theorie van ca. 1916 • Wie was Fayol? • In welke tak van industrie was hij werkzaam? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 30
Algemene Management theorie 6 onafhankelijke managementgebieden (5 + 1) 1. Technisch 2. Commercieel 3. Financieel 4. Zelfbeschermend (veiligheid) 5. Boekhouding 6. Besturing (zorgt voor de bovenstaande 5 gebieden) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 31
Algemene Management theorie • Wat zijn de 5 stappen van “besturing” die je volgens Fayol als manager kunt leren en vervolgens kunt toepassen in de praktijk? 1. Plannen/vooruitzien 2. Organiseren 3. Coördineren 4. Controleren 5. Bevel voeren Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 32
Algemene Management theorie Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 33
Algemene Management theorie Welk begrip verbindt men ook nog met Fayol? Eenheid van bevel Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 34
Theorie van de Bureaucratie Max Weber (1864 - 1920) • Theorie van ca. 1940 • Wie was Weber? • In welke tak van industrie was hij werkzaam? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 35
De klassieke school Theorie van de Bureaucratie • Wat wilde Weber onderzoeken, waar was hij in geïnteresseerd? • Hoe ziet een “ideale bureaucratie” er volgens Weber uit? – – – Sterke taakverdeling Hiërarchische bevelstructuur Functie belangrijker dan de persoon Schriftelijke vastlegging Objectieve criteria en procedures Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 36
Human Relations theorie Elton Mayo (1880 - 1949) • Theorie van ca. 1945 Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 37
Human Relations theorie • Human Relations theorie is een reactie op de Scientific Management theorie – Nu zijn de mens en menselijke relaties het uitgangspunt Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 38
Human Relations theorie • Wellicht belangrijkste waarneming van deze stroming: – bestaan van een informele organisatie • Aandacht geven, waardering laten blijken etc. is belangrijk voor de effectiviteit van organisaties! Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 39
Het Revisionisme: X en Y theorie van Douglas Mc. Gregor (1906 -1964) • Theorie van ca. 1960 • Wat houdt de theorie van Mc. Gregor in? – Het gaat om twee mensbeelden! Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 40
Oefening: stellingen • Het achtbazenstelsel houdt in dat bij de productieafdeling een achttal functies te onderscheiden is. – Ja/Nee, omdat … • Een hoofdkenmerk binnen Scientific Management is eenheid van leiding. – Ja/Nee, omdat … • Henry Fayol ontwikkelde een managementtheorie die algemeen toepasbaar is. – Ja/Nee, omdat … Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 41
Oefening: stellingen • Weber richtte zich met zijn theorie vooral op het functioneren van productiebedrijven. – Ja/Nee, omdat … • Bij de Human Relations-benadering zijn het vooral objectieve factoren die bepalend zijn voor het resultaat van een organisatie. – Ja/Nee, omdat … • Het kenmerkende element van de Human Relationsbeweging is het belang van menselijke factoren voor de effectiviteit van de organisatie – Ja/Nee, omdat … Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 42
Les 3 MER P 1 Inleiding Management 1 2011 - 2012 43
Onderwerpen college 3 • We starten nu met het 7 S-model: als eerste de S van Strategy (Strategie): Stappenplan (proces) Strategisch Management: 1. Visie 2. Missie + Principes 3. Organisatiedoelstellingen 4. Strategie(ën) • Bestuderen: H 3 pag. 78 – 84 en pag. 108 Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 44
7 S model van Mc. Kinsey Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 45
Opening “Philips zet in op forse groei” Opdracht: • Onderstreep wat volgens jou met het maken van strategische plannen voor een organisatie te maken heeft • Probeer gedurende het college de link met het artikel te leggen Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 46
Het 7 S model van Mc. Kinsey In het 7 S model zijn ‘harde’ en ‘zachte’ S’-en te onderscheiden: • Een harde S: is tastbaar/zichtbaar, is te beschrijven of in een schema te zetten • Welke S’-en zijn hard en waarom? • Een zachte S: laat de menselijke kant van de organisatie zien • Welke S’-en zijn zacht en waarom? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 47
7 S model van Mc. Kinsey • In het 7 S model van Mc. Kinsey staat de S van Strategie • De S van Strategie is een ………. S • Strategie is namelijk …………. Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 48
Strategie: Welke stappen? • Om te komen tot een strategie is er in een organisatie eigenlijk eerst het volgende proces gaande: 1. Eerst komt het topmanagement tot een visie 2. Dan volgen de missie en de (organisatie-) principes 3. Vervolgens de organisatiedoelstellingen 4. En dan de strategie Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 49
Strategie • Dit proces in vier stappen noemen we het Strategisch Management proces • Wie in de organisatie zal verantwoordelijk zijn voor alle vier de stappen? • Waarom? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 50
Visie • Stap 1 → bepalen van de visie Visie: Het top management dat de koers/de richting voor een organisatie in de toekomst moet uitzetten Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 51
Visie • Een visie is: Een gedachtebeeld (voorstelling, idee) van de organisatietop over: 1 Hoe de wereld er over 10, 15 jaar op allerlei gebied uitziet (technisch, sociaal, maatschappelijk, economisch etc. ) 2 De rol van de eigen organisatie in die toekomst Alles start met hebben van een visie Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 52
Visie • De visie is onderdeel van Strategie • De visie is ook het middelpunt van het 7 S-model (bij Shared Values) waarom? • Een duidelijke visie - motiveert - geeft focus - verbindt de mensen in een organisatie Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 53
Visie Hoe ziet de wereld er over 15, 10, 5 jaar of misschien wel over 3 of 2 jaar uit? Waarom is het belangrijk om ‘’zicht’’ te hebben op wat er om je heen gebeurd (in je omgeving)? http: //www. youtube. com/watch? v=d 8 W 1 Wux. Gni. E Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 54
Mannen met een visie Steve Jobs over Apple http: //www. youtube. com/watch? v=k. WFCYr 39 a. Jo&feature=related http: //www. youtube. com/watch? v=Jcc. IE 71 JVw. E Bill Gates over internet http: //www. youtube. com/watch? v=dxc. GOHu. JUSk Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 55
Visie NS NS is een essentiële schakel in de mobiliteit van Nederland. Het spoor en de weg – de slagaders van de samenleving – moeten ervoor zorgen dat Nederland bereikbaar blijft. Daarom wil NS zoveel mogelijk reizigers veilig, op tijd en comfortabel vervoeren. Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 56
Visie Essent De omgeving waarin Essent opereert is sterk veranderd - en verandert voortdurend. Klanten zijn kritisch en stellen hoge eisen, er is meer aandacht voor klimaatverandering, de energiemarkt wordt steeds internationaler, de concurrentie heviger en de technologische ontwikkelingen gaan razendsnel. Deze veranderingen stellen Essent voor grote uitdagingen. Uitdagingen die we graag aangaan. Door er een stevig doel aan koppelen: Essent wordt het best presterende energiebedrijf. MER P 1 Inleiding Management 1 2011 - 2012 57
Visie Het hebben van een visie levert dus op: 1. Een gedachtebeeld of voorstelling over de toekomst (10 -15 jaar verder) én 2. De rol van een organisatie in die toekomst En leidt vervolgens voor die organisatie tot een • Missie en Stap 2 • (Organisatie-)principes Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 58
Missie Stap 2 → Missie • Zou je vrij kunnen vertalen met de “bestaansreden” van een organisatie (= het hoofddoel) • Een missie bepaal je voor langere tijd (vaak eens in de 10 – 15 jaar) Waarom is dat zo ? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 59
Missie De missie moet de volgende vragen voor een bedrijf/organisatie beantwoorden: 1. 2. 3. 4. Wat willen we zijn? Wat is onze business? Wie is onze klant? Hoe bieden wij onze klant onderscheidende en duurzame toegevoegde waarde? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 60
Missie Een missie mag niet te eng en niet te ruim zijn! Niet: de behoefte aan gloeilampen, Maar: de behoefte aan verlichting Een missie moet duidelijk zijn voor: - de externe klant - andere stakeholders - de interne organisatie Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 61
What’s in the name? Missie en Visie Organisaties halen missie en visie vaker door elkaar of maken een mengvorm. Verder worden allerlei namen hiervoor gebruikt (kijk zelf maar eens op sites): • Ambitie • Filosofie • Streven • Uitgangspunten • … Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 62
Visie = missie en (organisatie-) principes Stap 2 ook → Principes, zij hebben betrekking op de waarden en normen van de organisatie Aan de orde kunnen zijn: • De prioriteiten die een organisatie heeft (bv ‘kwaliteit komt eerst’, ‘alles voor de klant’) • Betrouwbaarheid / integriteit • Professionaliteit • Aandacht voor medewerkers, de maatschappij • Etc. Kernwaarden! Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 63
(Organisatie-) principes Rabobank: Wij vinden het belangrijk dat onze klanten ons ervaren en herkennen in: • Integriteit: handelen overeenkomstig de bedoelingen die wij zeggen te hebben • Respect: zo met klanten omgaan dat zij het respect van de bank ervaren • Deskundigheid: in staat zijn om wat we zeggen waar te maken Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 64
Organisatiedoelstellingen Op basis van de visie (→ missie + principes) worden Organisatiedoelstellingen gedefinieerd Stap 3 Organisatiedoelstellingen geven het volgende aan: - De relatie van de organisatie met haar omgeving en haar werknemers In feite de relatie van de organisatie met al haar stakeholders (=belanghebbenden) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 65
Organisatiedoelstellingen In de organisatiedoelstellingen moeten alle stakeholders dan ook onderwerpen kunnen terugvinden die voor hen belangrijk zijn. Organisatiedoelstellingen kunnen bijvoorbeeld gaan over: • Belangenevenwicht • Winstgevendheid • Kwaliteit • Effectiviteit/efficiency • Imago • Gedragsregels Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 66
Organisatiedoelstellingen Voorbeelden van organisatiedoelstellingen zijn: • Binnen 3 jaar de winst verhogen met 10%. • Voor 2015 marktleider worden (gemeten in marktaandeel) in segment ‘’sportschoenen’’. • Dit jaar de omzet vergroten naar > 1 miljard. • De afzetmarkt vergroten van 7 landen nu naar 15 landen in 20124 (met min. omzet van 0, 5 miljoen). Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 67
Organisatiedoelstellingen Voorbeeld Vodafone! Op gebied van duurzaamheid / milieu. • Zie ook dat Vodafone al deze zaken onder het kopje “Doelstellingen” op haar site zet. Doel (Wat willen we? ) Hoe willen we dat? Doelstelling Activiteiten Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 68
Strategie Als het volgende voor een organisatie helder is 1. Visie (op toekomst) 2. Missie + (organisatie-)principes 3. Organisatiedoelstellingen dan is het bedrijf toe aan een Strategie (1 -3 jaar) → Stap 4 Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 69
Strategie: Wat is dat? • Strategie: = Plan • De strategie omvat de (lange en korte termijn) doelen van een organisatie en hoe die doelen bereikt kunnen worden • Bij strategie gaat het over de afstemming tussen de organisatie, de klanten en de concurrentie • Strategie is het antwoord van de organisatie op ontwikkelingen in de maatschappij en op de markt! Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 70
Strategie: Een plan waarin duidelijk staat aangegeven wat een organisatie precies wil doen in de komende 1 tot 3 jaar → om de doelstellingen te bereiken!! Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 71
Strategie Veel organisaties willen graag groeien. Je kunt dan bijvoorbeeld een groeistrategie kiezen uit de theorie van Ansoff: Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 72
Marktpenetratie (Bestaande producten op bestaande markten) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 73
Productontwikkeling (Nieuwe producten op bestaande markten) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 74
Marktontwikkeling (Bestaande producten op nieuwe markten) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 75
Diversificatie (Nieuwe producten op nieuwe markten) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 76
Les 4 MER P 1 Inleiding Management 1 2011 - 2012 77
Onderwerpen les 4 + 5 • Het 7 S-model: de S van Structuur (1) – – Organiseren van activiteiten Arbeidsverdeling en Coördinatie Bevoegdheid, verantwoordelijkheid en delegeren Omspanningsvermogen • In Blauw de lesstof van week 4. Groen les 5. • Bestuderen: H 9 pag 406 - 409 (midden) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 78
7 S model van Mc. Kinsey Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 79
7 S model van Mc. Kinsey • In het 7 S model van Mc. Kinsey staat de S van Structure (Structuur) • De S van Structuur is een ………. S • De Structuur is namelijk ‘in een organisatieschema te zetten (= een organigram)’ Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 80
Organiseren van activiteiten Bij het bepalen van de strategie (les 3) wordt er veel rekening gehouden met de externe omgeving van een organisatie: De externe afstemming Als de strategie helder, is volgt er aandacht voor de interne organisatie van het bedrijf: De interne afstemming ↓ Hoe organiseren wij ons zelf, zodat we de strategie ook écht kunnen uitvoeren? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 81
Organiseren van activiteiten Bij de interne afstemming letten we vooral op het (her-)ontwerp van een passende (organisatie-)structuur. • Passend = effectief en efficiënt • Om als organisatie effectief en efficiënt te zijn, is nodig: – De arbeid moet zo goed mogelijk worden verdeeld – Alles moet goed worden afgestemd en moet worden gecoördineerd – Uitspraken nodig over toekennen beslissingsbevoegdheden – Passende communicatie- en overlegstructuur nodig Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 82
Organiseren van activiteiten Hoe ontwerp je een passende organisatiestructuur? 1. Bepalen organieke structuur (organogram) - arbeidsverdeling (bv taken, functies, afdelingen) - coördinatie (afstemming van werkzaamheden, bv planning, rooster, project, commissie) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 83
Organiseren van activiteiten Hoe ontwerp je een passende organisatie-structuur? 2. Én een personele structuur (mensen in een organisatie) – – Hiërarchie (door wie worden opdrachten gegeven? ) Bevoegdheden (wie mag bepaalde beslissingen nemen? ) Personele bezetting (welke medewerker in welke functie? ) Communicatie (wie informeert wie en op welke manier? ) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 84
Taken, verantwoordelijkheden, bevoegdheden Taak: • Het werk dat je moet doen Voorbeelden: `iemand een taak geven/opleggen/toewijzen`, `iemand met een taak belasten Verantwoordelijkheid: • Het feit dat je je moet verantwoorden Voorbeelden: `de verantwoordelijkheid dragen voor een miljoenenproject`. . . Bevoegdheid: • Het recht om in een bepaalde situatie zelfstandig beslissingen te nemen over de uitvoering van een taak. Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 85
Organiseren van activiteiten Vraag: Wat is hier het verschil tussen coördinatie en communicatie? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 86
Oefening organieke en personele structuur Onderstaande zinnen hebben die betrekking op de organieke structuur of op de personele structuur? - Ons bedrijf heeft 6 afdelingen. - Ik krijg opdrachten van mijn teamleider. - De functie ‘binnendienst medewerker’ bestaat uit 6 taken: het invoeren van verkooporders, contracten opstellen, telefoon beantwoorden, etc. - Ik mag zelf bepalen wannneer ik pauze neem. Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 87
Arbeidsverdeling = Het verdelen van werkzaamheden in (deel)taken, zie toegewezen worden aan functies of afdelingen. Verticaal organiseren: verdelen van de taken die qua niveau hetzelfde zijn; het aanbrengen van hiërarchie (= leiding en uitvoering scheiden) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 88
Arbeidsverdeling Wie heeft er een leuke bijbaan? Welke organisatie betreft het? Hoe is die organisatie verticaal georganiseerd? Daarmee bedoelen we: Hoeveel ……………. . ? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 89
Arbeidsverdeling • Soms moeten taken op een lager niveau worden uitgevoerd omdat de arbeid daar goedkoper is (bv de directeur is te duur om te notuleren) → verticale differentiatie Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 90
Arbeidsverdeling Je bent manager en je moet een extra medewerker op je afdeling aanstellen omdat er teveel werk is. Wáár moet je als manager voor zorgen als je iemand een ‘functie’ wilt aanbieden? > Met welke criteria hou je rekening? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 91
Arbeidsverdeling Waar houd je rekening mee? • Volledige dagtaak • Volwaardige dagtaak (benut capaciteiten werknemer) • Samenhang tussen werkzaamheden • Arbeidsvoldoening bieden Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 92
Arbeidsverdeling Bij het verdelen van arbeid spelen 4 motieven een rol: 1. Kostenmotief 2. Bestuursmotief 3. Sociaal motief 4. Maatschappelijk motief Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 93
Arbeidsverdeling De begrippen: - Werkextrinsieke factoren - Werkintrinsieke factoren Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 94
Arbeidsverdeling Opdracht voor de klas: Maak groepjes van 2 tot 3 studenten Kijk naar jezelf als student. Je ‘werk’ is studeren. Benoem voor jezelf 3 werkextrinsieke factoren Benoem voor jezelf 3 werkintrinsieke factoren Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 95
Arbeidsverdeling Mogelijkheden om werk “leuker” te maken: - Taakverrijking - Taakverruiming - Taakroulatie Dit zijn 3 vormen van Werk………. factoren Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 96
Arbeidsverdeling Opdracht voor de klas: Maak groepjes van 2 tot 3 studenten Bedenk wat voor een medewerker bij de “Subway” - taakverruiming kan zijn - taakverrijking kan zijn - taakroulatie kan zijn Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 97
Oefenen met stellingen (onderdeel tentamen) Stelling 1 Het begrip ‘verticaal organiseren’ heeft niets te maken met het begrip ‘hiërarchie’. Ja/nee, omdat …………………. . Stelling 2 Je (maandelijkse) salaris is te zien als een werkintrinsieke motivatiefactor. Ja/nee, omdat …………………. . Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 98
Les 5 MER P 1 Inleiding Management 1 2011 - 2012 99
7 S model van Mc. Kinsey Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 100
Onderwerpen les 4 + 5 • Het 7 S-model: de S van Structuur (1) – – Organiseren van activiteiten Arbeidsverdeling en coördinatie Bevoegdheid, verantwoordelijkheid en delegeren Omspanningsvermogen • Bestuderen: H 9 pag 406 - 419 Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 101
Organiseren van activiteiten Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 102
Arbeidsverdeling Begrippen rondom de opbouw (groeperen) van de organisatiestructuur – Horizontaal organiseren: verdelen van taken en toewijzen van bevoegdheden op hetzelfde organisatieniveau Groeperen van taken: afdelingsvorming Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 103
Arbeidsverdeling in horizontale richting Er zijn 2 hoofdvormen van horizontaal organiseren (afdelingsvorming): – 1. Interne (horizontale) differentiatie – 2. Interne (horizontale) specialisatie Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 104
Arbeidsverdeling in horizontale richting 1. Interne (horizontale) differentiatie: • Arbeidsindeling naar gelijksoortigheid van werkzaamheden → fasen van een bewerkingsproces (totale proces opdelen in deelprocessen) • Bv: meubels: zagen, freezen, verven, stofferen, monteren. • De (bewerkings-)fasen worden ondergebracht in afdelingen, iedere afdeling levert een bijdrage aan het totale product > dit zijn vaak meerdere, verschillende producten → De (F)unctionele indeling Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 105
Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 106
Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 107
Arbeidsverdeling in horizontale richting Interne(horizontale) differentiatie = de (F-indeling) Wat zouden voordelen van deze F-indeling kunnen zijn? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 108
Arbeidsverdeling in horizontale richting Interne (horizontale) differentiatie = de (F-indeling) Wat zouden nadelen van deze F-indeling kunnen zijn? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 109
Arbeidsverdeling in horizontale richting 2. Interne (horizontale) specialisatie • Arbeidsverdeling gegroepeerd op basis van het eindresultaat de organisatorische eenheid moet opleveren. Naar Product, Geografische plaats of Marktsegment De (P)roduct-, (G)eografische- of (M)arktsegment-indeling Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 110
Arbeidsverdeling in horizontale richting Interne (horizontale) specialisatie Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 111
Arbeidsverdeling in horizontale richting Interne (horizontale) specialisatie Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 112
Arbeidsverdeling in horizontale richting Interne (horizontale) specialisatie = de P-/G-/of M-indeling Wat zouden voordelen van interne specialisatie kunnen zijn? (Bijvoorbeeld van een P-indeling? ) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 113
Arbeidsverdeling in horizontale richting Interne (horizontale)specialisatie = de P-/G-/of M-indeling Wat zouden nadelen van interne specialisatie kunnen zijn? (Bijvoorbeeld van een P-indeling? ) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 114
Welke indelingen worden hier gehanteerd? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 115
Welke indeling wordt hier gehanteerd? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 116
Is hier sprake van Interne differentiatie of Interne specialisatie? Van welke meer specifieke indelingsvorm (= verbijzondering) is hier sprake? Welke specifieke indelingskeuze is er voor de afdeling Productie gemaakt? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 117
Bestudeer dit organigram Hoe is dit bedrijf gestructureerd? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 118
Arbeidsverdeling en coördinatie Een nieuw onderwerp Een functie bestaat uit - meerdere taken - bijbehorende bevoegdheden - en verantwoordelijkheden = TBV Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 119
Arbeidsverdeling en coördinatie Het begrip: Delegeren Vraag: Wat is dat? Delegeren? Let op! Een manager kan wel taken delegeren, maar blijft altijd eindverantwoordelijk! Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 120
Arbeidsverdeling en coördinatie Kun je altijd zomaar ‘delegeren’? Wat zijn voorwaarden voor het invoeren van ‘delegeren’ in een organisatie? • Bereidheid en vermogen van de managers om te delegeren • De capaciteiten van de medewerkers • De aard van het werk Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 121
Arbeidsverdeling en coördinatie Machtsverdeling in een organisatie - Centralisatie van beslissingsbevoegdheden - Decentralisatie van beslissingsbevoegdheden Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 122
Omspanningsvermogen: Aan hoeveel medewerkers kán een manager direct zelf effectief leiding geven? Is het omspanningsvermogen van een manager altijd even groot? Waar hangt het omspanningsvermogen van een manager van af? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 123
Omspanningsvermogen in relatie tot de organisatie structuur: - Wanneer onstaat een plattere organisatiestructuur? - Wanneer ontstaat een steilere organisatiestructuur? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 124
Omspanningsvermogen Begrippen: Span of control = Spanbreedte/spanwijdte Depth of control = Spandiepte Deze 2 begrippen zijn verbonden aan het daadwerkelijke leidinggeven door een manager Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 125
Omspanningsvermogen Wat gebeurt er wanneer de Spanwijdte (span of control) van de manager groter is dan zijn Omspanningsvermogen? Wat gebeurt er wanneer het Omspanningsvermogen van de manager groter is dan zijn Spanwijdte (span of control)? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 126
Omspanningsvermogen Soms moet een manager aan meer medewerkers leidinggeven dan zijn omspanningsvermogen toe laat. Wat zegt dat over de spanwijdte (span of control) van de manager? Welke maatregelen kan de manager zelf (of de organisatie) dan nemen om dit probleem op te lossen? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 127
Omspanningsvermogen Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 128
Omspanningsvermogen • Steile organisatiestructuur • Platte organisatiestructuur - Wanneer onstaat een plattere organisatiestructuur? (= vaak groter omspanningsvermogen; meer mensen direct onder je) - Wanneer ontstaat een steilere organisatiestructuur? (= vaak kleiner omspanningsvermogen; minder mensen direct onder je) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 129
Les 6 MER P 1 Inleiding Management 1 2011 - 2012 130
7 S model van Mc. Kinsey Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 131
7 S model van Mc. Kinsey • In het 7 S model van Mc. Kinsey staat de S van Staff (Staf/Personeel) • De S van Staff is een ………. . S • Waarom is dat het geval? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 132
Management • Waar gaat het om bij Management? – Om de effectieve en efficiënte inzet van mensen en middelen, zodat …………. Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 133
Management • Kenmerken van een goede, gezonde organisatie: – Een organisatie is effectief • de organisatie is dan doeltreffend, • de juiste dingen worden gedaan – Een organisatie is efficiënt • de organisatie is dan doelmatig, • de dingen worden juist gedaan, geen verspillingen etc. Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 134
Managers Wie worden aangesproken op de realisatie van de organisatiedoelstellingen? – De managers • zij nemen continu beslissingen • zij sturen de processen/mensen Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 135
Managers • Managers zijn: – – – afhankelijk van de inzet van anderen verantwoordelijk voor het werkklimaat (de sfeer) ontvanger en overdrager van informatie diegenen die besluiten nemen verantwoordelijk voor het eigen tijdmanagement resultaatgericht en hebben meestal ‘’terrein’’kennis Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 136
Managers Kleine oefening: • Maak een lijstje met activiteiten waarvan jij denkt dat een manager zich de hele dag bezighoudt (je mag samenwerken). – Denk bijvoorbeeld eens aan de managers die je bijbaan tegekomt Kortom: wat doet een manager de hele dag? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 137
Managers • Functie van de manager: – Sturen van mensen en middelen (in de organisatie) • Managers houden zich bezig met 3 soorten taken (pag. 224): – Interpersoonlijke activiteiten – Informatie activiteiten – Besluitvormende activiteiten Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 138
Managers Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 139
Managers Oefening: Wijs jouw activiteiten toe aan deze 3 categorieën! - Interpersoonlijke activiteiten - Informatie activiteiten - Besluitvormende activiteiten Vraag: Blijven er activiteiten over? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 140
Managers Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 141
Managers • Er bestaan diverse managementlagen/-niveaus in organisaties (pag. 222) – Topmanagement – Middenmanagement – Lager management • Wie zijn deze managers? • Geef voorbeelden (denk ook aan je bijbaan, het gastbedrijf, etc. ) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 142
Managers • Managers in verschillende lagen / niveau’s nemen andersoortige beslissingen • 3 soorten beslissingen: – Strategische beslissingen – Tactische/organisatorische beslissingen – Operationele beslissingen Geef (in duo’s) eens een voorbeeld van de 3 soorten beslissingen!! MER P 1 Inleiding Management 1 2011 - 2012 143
Managers Henri Fayol, 1916: management is te leren! • Management (als activiteit) bestaat volgens Fayol uit de volgende 5 elementen: – – – beleidsbepaling en planning organiseren geven opdrachten (en hulp) coördineren controleren en eventueel bijsturen Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 144
Managers • 2 kerntaken van management (pag. 228): – Constituerende taken (beleidsformulerend) • beleidsbepaling en planning • organiseren – Dirigerende taken (beleidsuitvoerend) • geven opdrachten (en hulp) • coördineren • controleren en eventueel bijsturen Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 145
Management • Management niveaus met taakgebieden (pag. 222) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 146
HRM: Human Resource Management • Deel 2: • Human Resource Management • Par. 8. 2. 6 – pag. 350 - 366 Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 147
HRM: Human Resource Management • Organisaties/bedrijven zullen hun medewerkers (blijvend) moeten weten te motiveren willen ze hun doelstellingen kunnen behalen en blijven concurreren en overleven. • Hiervoor is het noodzakelijk dat door een directie beleid wordt ontwikkeld: personeelsbeleid (ook wel genoemd Human Resource Management). Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 148
HRM: Human Resource Management • Human Resource Management gaat over het benutten van de menselijke kwaliteiten in een organisatie. • Het is het topmanagement van een organisatie die moet zorgen dat er in een organisatie een effectief personeelsbeleid wordt ontwikkeld Wat wordt hier denk je met effectief bedoeld? Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 149
HRM: Human Resource Management • Wat zou er bedoeld kunnen worden met personeelsbeleid? • Welke onderwerpen zouden er aan de orde kunnen komen in dit (personeels-)beleid? Maak groepjes van 5 studenten en bedenk welke onderwerpen in het personeelsbeleid aan bod zouden moeten komen. Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 150
HRM: Human Resource Management De onderwerpen die in het personeelsbeleid aan bod komen noemen we – de personeelsinstrumenten • De personeelsinstrumenten worden ingezet voor de concrete invulling van het personele proces. Er is een driedeling te onderscheiden: – Instroominstrumenten – Doorstroominstrumenten – Uitstroominstrumenten Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 151
HRM: Human Resource Management Welke personeelsinstrumenten gebruik je wanneer? Instroom van medewerkers Fase: Onderwerpen/ Instrumenten: • • Werving Selectie Introductie Aanstelling en bepaling arbeidsvoorwaarden Doorstroom van medewerkers • Beloning • Beoordeling en begeleiding • Loopbaanplanning • Opleiding en training • Kennismanagement Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 Uitstroom van medewerkers • (Vervroegd) pensioen • Aflopen tijdelijk contract • Beëindigen uitzendovereenkomst • Outplacement • Ontslag • Exitgesprekken 152
HRM: Human Resource Management • Het (top)management is verantwoordelijk voor het personeelsbeleid. • De afdeling Personeelszaken heeft met name een ondersteundende en (beleids)adviserende rol. !! MAAR: Wie in de organisatie zorgt voor de daadwerkelijke uitvoering van het personeelsbeleid? (Wie gebruikt de instrumenten meestal? ) Bedrijfskunde MER P 1 Inleiding Management 1 2012 - 2013 153
- Thema winkel
- Massenmedien thema
- 7 pmt thema's
- Rauchen thema b1 schreiben
- Thema zintuigen kleuters
- Kepribadian menurut murray
- Thema grieken en romeinen
- Adjektive für essen
- Seriren
- Wörter sommerferien
- Wörter zum thema wohnen
- Antwoorden biologie voor jou vmbo 4 thema 7 transport
- Lebensmittelverschwendung thema
- Freizeit thema
- Einkaufen thema
- Adventsfeier thema licht
- Das thema meines vortrags lautet
- Thema und rhema
- Was sind regieanweisungen
- Thema aarde, water, vuur en lucht
- Biologie thema 7 bloemen vruchten zaden
- Thema wiederholung
- Konsumverhalten thema
- Kniepeesreflex bioplek
- Heym der gott der stadt
- Thema
- Thema
- Kleider machen leute thema
- Samenvatting biologie voor jou havo 4 thema 2 voortplanting
- Haar naam was sarah thema
- To thema
- Onderdelen van een tekst
- Tekst inleiding midden slot voorbeeld
- Bpv verslag
- Discussiestellingen
- Grensplasmolyse
- Inleiding
- Mpc master
- Inleiding voorbeeld
- Windows 10 für studenten
- Aaidd model
- Inleiding powerpoint
- Trechtermodel inleiding
- Betoog schrijfplan
- Inleiding artikel voorbeeld
- Inleiding betoog schrijven
- Logaritme voorbeeld
- Unizo wiki
- Wat is n inleiding
- Wat is een inleiding
- Inleiding symbool
- C life
- Economie een inleiding
- Eenheden van inhoud
- Progress monitoring google forms
- Wellcomm score sheets section 4
- Production sheets food service
- Production sheets food service
- Intestinal glands
- Draw sheets are used to
- Goo lacka goo
- Khan academyn
- Fitness program examples
- Carole osborne sheets
- Nysdot wztc standard sheets
- Moving and handling dementia patients
- Electronic data sheets
- Hics structure
- Fraction quantity relative to whole
- Time study sheets
- Correlation coefficient in google sheets
- Budgets and balance sheets chapter 4
- Brigance test for 4 year old
- Interpreting brigance scores
- Grade 4 acrobatic gymnastics tariff sheets
- Job cost sheets constitute the subsidiary ledger for the
- Syntactically awesome style sheets
- Ncrs judging sheets
- Mcas accommodations
- Topographic map introduction
- Compliance sheets scaffolding
- General motors msds sheets
- Cascading style sheets outlook
- Cascading style sheets definition
- Sheetspread
- Kramesondemand
- Ramp game sheet
- Nfhs scores
- Nfhs volleyball roster and lineup sheet
- Libero tracking sheet
- Living well with diabetes krames patient education
- Angel java lopez
- Sign up sheets online
- Nfpa 1001 2019
- Printable fhsaa volleyball score sheet
- 3 sheets of paper
- Correlation coefficient google sheets
- Middle school volleyball score sheet
- Grade 4 acrobatic gymnastics tariff sheets
- 1/8 script breakdown
- Ppc planning sheet
- Zoie sheets
- Nfhs scoresheet
- Chemsheets as 1047
- Brownie quiz sheets
- Foundations of lodging management
- Constues
- Cdha membership
- Atex inspection
- Supersql google sheets
- Google sheets
- Rui kuang
- Food balance sheets
- Structura arborescenta
- Food balance sheets a handbook
- Descriptive statistics google sheets
- Krames on demand health sheets
- Top management middle management first line management
- Management pyramid
- Top management middle management first line management
- Time management human resources
- Network performance management definition
- Managing assets vs asset management
- Configuration management project management
- Crm vs scm
- Retail organization structure
- Basic principles of cost management in project management
- Behavioural management theory
- Accounting management in network management
- Management is universal and everywhere
- Sales management & selling management
- Quality management in operations management
- Traditional management vs entrepreneurial management
- Contemporary management theory ppt
- Supply chain management is the management of the
- Software configuration management definition
- Chapter 12 inventory management
- School hod management plan
- Importance of software project management
- Demand management and capacity management
- Integration management in project management
- Accounting management in network management
- Accounting management in network management
- What is tqm
- Workflow management with calendar
- C srinivasan waste management
- Cmmi level 3 documentation templates
- Snmpc management console
- Project procurement management lecture notes
- Gmmr
- Employers claim management
- Wvu risk management
- Windows server ipam
- Data management concepts