ONDERNEMEND GEDRAG Les 1 Voor vandaag Inzicht in

ONDERNEMEND GEDRAG Les 1

Voor vandaag Inzicht in onderzoeksfasen en vaardigheden die daarbij komen kijken. Eerste stappen zetten in het onderzoek dat jij gaat uitvoeren Diversiteit/ondernemend gedrag Met behulp van deze combinatie ga je aan de slag met je onderzoekende houding, waarbij je rekening gaat houden met de diversiteit binnen jouw vak. Dit zal leiden tot een verbetervoorstel waarin je het proces van onderzoek doen doorloopt.

Het examen Diversiteit/ondernemend gedrag • Met behulp van deze combinatie ga je aan de slag met je onderzoekende houding, waarbij je rekening gaat houden met de diversiteit binnen jouw vak. Dit zal leiden tot een verbetervoorstel waarin je het proces van onderzoek doen doorloopt. Examen diversiteit/ondernemend gedrag: • Het examen is gebaseerd op je dagelijkse praktijk: je werkt een voorstel uit ter verbetering, aanvulling of verandering waar diversiteit een rol speelt. Dit voorstel ga je uiteindelijk presenteren in je werkveld. • Dit voorstel maak je aan de hand van een theoretisch en praktisch onderzoek.

‘Onderzoek doen’ is het verzamelen van (nieuwe) informatie om de kennis te vergroten, om de probleemhebber een advies te kunnen geven hoe zijn probleem is op te lossen volgens een cyclisch patroon.

Vaardigheden die komen bij onderzoek Welke vaardigheden ga je inzetten bij het doen van onderzoek?

Nieuwsgierigheid Honger naar exploratie (willen oplossen) Intrinsieke motivatie (willen leren, willen veranderen) Motiveert om op een andere manier naar denken en handelen te kijken.

Hoe nieuwsgierig ben jij? Bedenk voor jezelf bij het voorwerp: - Wat kun je er nog meer mee? - Wat zijn de mogelijke functies? - Welke mogelijkheden zie je zelf nog meer?

Bloemenvaas voor in auto Rekenmachine IJspriem Hulpmiddel voor pellen van eieren Herbruikbare cocktailprikkers

Out of the box denken Nieuwsgierigheid vraagt een andere vorm van denken (lateraal denken). Stappen bij lateraal denken: 1. Probeer nieuwe manieren te vinden om tegen dingen aan te kijken 2. Vermijd denken in termen van ‘goed’ of ‘fout’; kijk naar wat verschillend is 3. Analyseer ideeën om te bepalen hoe deze kunnen worden gebruikt om nieuwe ideeën te genereren 4. Moedig ‘onlogisch’ denken door vrije associatie aan 5. Verwelkom nieuwe, niet-relevante informatie 6. Boek vooruitgang door het vermijden van het vanzelfsprekende

Het dode lichaam Er wordt een lichaam gevonden onderaan een hoog gebouw. Het lijkt op zelfmoord. Toch gaat een detective op onderzoek uit. De detective gaat naar de bovenste verdieping, opent het raam en gooit een muntje naar beneden. Dan gaat hij een verdieping lager en doet hetzelfde. Ook op de onderste verdieping opent hij voor de zekerheid het raam en gooit hij een muntje naar beneden. Eenmaal terug bij de andere agenten, weet hij het zeker. Het is geen zelfmoord, maar moord. Hoe weet hij dat? Als het zelfmoord was geweest, had een van de ramen nog open moeten staan.

Het raadsel in het bos Een oude man woonde alleen in een huisje in het bos. Op donderdagmorgen brengt de postbode de post. Hij ontdekt dat de oude man is vermoord. Hij belt de politie. De politie vinden twee flessen melk, de krant van maandag, een catalogus, een ongeopende brief en een menukaart van een Italiaans restaurant. De politie houdt vier verdachten aan: de postbode, de melkman, de krantenjongen en de eigenaar van het Italiaanse restaurant. Wie is de dader? De domme krantenjongen, want die hield na maandag op de krant te bezorgen omdat hij wist dat deze niet meer gelezen zou worden.

Information gap theory Loewenstein, 1994 • Er is een gat ten aan zien van de Fase 1 kennis (je weet nog niet alles). • Je focus komt hierop, waardoor de motivatie toeneemt om het gat te Fase 2 dichten (je wilt iets weten). • Het geeft een bevredigend gevoel wanneer je dit aanpakt en je het gat Fase 3 kunt dichten. Op basis hiervan start je je onderzoek! Nadat je je onderzoek hebt uitgevoerd

Hierbinnen zoek je straks een onderwerp

Hoe reageer jij bij op het zoeken naar een oplossing? Wat gebeurt er met jou tijdens het proces? Wat gebeurt er met jou na afloop?

Fasen van een onderzoek

Fase van een onderzoek - oriëntatie Kijk om je heen Wat wil je weten? Wat interesseert je? Waar zit jouw ‘gap’? Wees nieuwsgierig! Kies iets wat bij jou past en wat jou motiveert om mee aan de slag te gaan Ga bijlage 1 invullen om zicht te krijgen op jouw onderwerp

Voor de volgende keer Zorg ervoor dat je je thema/onderwerp helder hebt: Check de geschiktheid (wil ik hier echt wat mee) Ga in gesprek met collega’s (wordt de situatie (h)erkend) Vul bijlage 1 zoveel mogelijk in Volgende week onderzoeksmethodes (theoretisch en praktisch)

Fijn e. W eek !