Oefentoets vragen Knaagdier bestrijding April 2014 E Blom
Oefentoets vragen Knaagdier bestrijding. April 2014, E. Blom
Vraag 1 Tot welke familie behoren de bruine rat en de huismuis? A. B. C. D. Knaagdieren Woelmuizen Ware muizen Insecteneters
Vraag 2 De draagtijd van ratten en muizen is ongeveer: A. B. C. D. 3 weken 6 weken 9 weken 12 weken
Vraag 3 Welke besmetting kan de Bruine rat veroorzaken? A. B. C. D. Ziekte van Weil Modderkoorts Ziekte van Lyme Gele koorts
Vraag 4 De Zwarte rat : A. Komt voor in slootkanten, op akkers en rioolstelsels. B. Is veel groter en zwaarder dan de bruine rat en heeft een stompe snuit. C. Vormt met regelmaat een probleem op varkensbedrijven in het zuiden van ons land. D. Zwemt graag en eet bij voorkeur ondergrondse knol- en bolgewassen.
Vraag 5 De huismuis heeft: A. B. C. D. Een staart die net zo lang of iets langer is dan zijn lichaam. Een plompe bouw, stompe snuit en in de vacht verborgen oren. Een donkerbruine rug, een witte buik en grote ogen en oren. Een staart die twee derde van de lichaamslengte is en nauwelijks zichtbare ogen.
Vraag 6 Kun je dierplagen bestrijden zonder een biocide toe te passen? A. B. C. D. Ja, er zijn diverse alternatieven om dierplagen goed te bestrijden. Nee, de inzet van een chemische biocide is altijd noodzakelijk. Ja, maar niet bij ratten en muizen. Nee, er is al zo veel geprobeerd.
Vraag 7 Een anticoagulant is: A. B. C. D. Een tegengif voor bromadiolon Alleen dodelijk voor knaagdieren en vogels. Een antistollingsmiddel ter bestrijding van knaagdieren. Een antistollingsmiddel ter bestrijding van ratten en muizen.
Vraag 8 Hoeveel lokaas zet u per voerplaats uit bij de bestrijding van Huismuizen? A. B. C. D. 10 -20 gram 30 -50 gram 60 -100 gram 100 -250 gram
Vraag 9 Na hoeveel dagen vindt bij ratten – en muizenbestrijding de eerste controle plaats? A. B. C. D. 14 -21 dagen. 10 -14 dagen. 7 -10 dagen. 2 -3 dagen.
Vraag 10 Enkele werkzame stoffen van anticagulantia zijn: A. B. C. D. Storm Blocs, chloorpyrifos, bromadiolon. Bromadiolon, difenacum, difethialon. Thallium, cyfluthrin, difanacum. Frap, Difenard, Super-Caid.
Vraag 11 De werkzame stof bromadiolon: A. B. C. D. Mag alleen buiten gebouwen worden toegepast. Mag alleen binnen gebouwen worden toegepast. Mag zowel binnen als buiten worden toegepast. Mag alleen worden toegepast zoals dat in het voorschrift op het etiket staat.
Vraag 12 Is er kans op doorvergiftiging bij de bestrijding met anticoagulanten? A. B. C. D. Nee, alleen bij mensen. Ja, als het middel in een open wond terecht komt. Ja, voor alle zoogdieren is een kleine hoeveelheid al dodelijk. Ja, met name bij varkens en katten.
Vraag 13 De wet die regels stelt met betrekking tot het gebruiken van toegestane middelen is de: A. B. C. D. Ongediertebestrijdingswet 1964 Chemische stoffenwet 1978 Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden Wet biociden en meststoffen
Vraag 14 Op het etiket van een toegelaten middel staat altijd: A. B. C. D. Een gevarenteken Een toelatingsnummer, gevolgd door de letter N De kleur van het middel De LD-50 van de werkzame stof
Vraag 15 Welke vorm hebben de uitwerpselen van een Bruine rat? A. B. C. D. Spits Stomp Fijnkorrelig Banaanvormig
Vraag 16 Onder IPM verstaan we: A. B. C. D. Interactive Pest Monitoring Integrated Pest Management Integrated Pest Multiplication Interception Pesticide manufacturing
Vraag 17 Bij inspectie kunnen we de tekortkomingen in drie categorieën indelen. Welke drie categorieën zijn dat? A. B. C. D. Bouwkundige, hygiënische en bedrijfsmatige. Chemische, mechanische en fysische. Veilige, minder veilige en onveilige. Eerste, tweede en derde.
EINDE TOETS
- Slides: 19