Modernisering WVO Ralph Dingemans Modernisering WVO Vereenvoudiging bekostiging
Modernisering WVO Ralph Dingemans
Modernisering WVO • Vereenvoudiging bekostiging scholen voortgezet onderwijs • Integrale (wets)technische modernisering 2
Invoeringsjaar van enkele onderwijswetten WVO: LPW: WPO/WEC: WHW: WEB: WOT: BES-wetten: 3 1968 1969 1985 1993 1996 2002 2011
Enkele feiten over wetten • • 4 “Alle regels tellen” (onderzoek WODC/RUG, 2004) Levensduur (gemiddelde, mediaan) Omvang Wijzigingssnelheid
Waar richt de modernisering zich op? • • • 5 Structuur Helderheid Balans tussen wet en lagere wetgeving
Structuur huidige WVO Titel I. Algemene bepalingen Titel II. Onderwijs a. regels openbaar onderwijs, tevens bekostigingsvoorwaarden bijzonderwijs b. overige regels openbaar onderwijs c. overige bekostigingsvoorwaarden bijzonderwijs d. overige bepalingen bekostigd onderwijs e. bepalingen niet bekostigd onderwijs Titel III. Bekostiging Titel IV. Toezicht Titel IVA. Onderwijsachterstanden Titel IVB. Voortijdig schoolverlaten Titel IVC. Zij-instroom in het beroep Titel IVD. Experimenten Titel IVE. Overgangsbepalingen Titel V. Slotbepalingen 6
Structuur nieuwe WVO 1. Algemeen 2. Onderwijs 3. Bestuur 4. Voorzieningenplanning 5. Bekostiging, verantwoording en informatievoorziening 6. Huisvesting 7. Personeel 8. Deelname 9. Experimenten en bijzondere inrichting onderwijs 10. Sancties 11. Caribisch Nederland 12. Invoerings- en overgangsrecht 13. Slotbepalingen 7
Structuur “In der Beschränkung zeigt sich der Meister. ” 8
Art. 118 a, eerste lid (onderwijsachterstanden) Burgemeester en wethouders, de bevoegde gezagsorganen van de scholen in de gemeente, en de bevoegde gezagsorganen van de in de gemeente gelegen agrarische opleidingscentra, voor zover het betreft het daarin verzorgde voorbereidend beroepsonderwijs, voeren tenminste jaarlijks overleg over het voorkomen van segregatie, het bevorderen van integratie en het bestrijden van onderwijsachterstanden, de afstemming over inschrijvings- en toelatingsprocedures en het uit het overleg voortvloeiende voorstel van het bevoegd gezag van in de gemeente gevestigde scholen om tot een evenwichtige verdeling van leerlingen met een onderwijsachterstand over de scholen te komen. Het overleg is gericht op het maken van afspraken over de in de eerste volzin bedoelde onderwerpen. Deze afspraken hebben zoveel mogelijk het karakter van meetbare doelen. De inspectie rapporteert jaarlijks over de mate waarin die doelen worden bereikt. Burgemeester en wethouders kunnen de uitkomsten van het verplichte op overeenstemming gerichte overleg omzetten in bindende afspraken over onder andere de te realiseren prestaties en inspanningen, die – alvorens de afspraken tot stand komen – aan alle partijen worden voorgelegd. Indien het overleg over de voorgenomen bindende afspraken niet tot overeenstemming leidt, schrijven burgemeester en wethouders een nieuw overleg uit, waarbij zij initiatieven nemen tot het bereiken van een zo groot mogelijke consensus. Indien ook dit overleg niet tot overeenstemming leidt, vragen burgemeester en wethouders of een van de bevoegde gezagsorganen aan de geschillencommissie, bedoeld in het tweede lid, om een bindend advies. De geschillencommissie brengt binnen 4 weken aan burgemeester en wethouders dan wel aan het bevoegd gezag dat om het advies heeft verzocht, een bindend advies uit. Burgemeester en wethouders maken dit advies bekend aan de bevoegde gezagsorganen van de scholen in de gemeente. 9
Structuur • Caribisch Nederland Bij transitie keuze voor Europese i. p. v. Antilliaanse wetgeving Eén stelsel van voortgezet onderwijs, twee wetten • Nummering artikelen 10
Helderheid • Voor wie geldt de wet? “Bij twijfel of deze wet op een of meer inrichtingen van toepassing is, wordt beslist bij koninklijk besluit. ” (art. 120 WVO) • Taalgebruik • Toelichting wetsartikelen 11
Helderheid • Explicitering • Zaak “Wierden” Art. 74 (oud) WVO: “De bekostiging vangt in elk geval aan, nadat de school vijf achtereenvolgende jaren in het plan is opgenomen. ” 12
Balans tussen wet en lagere regelgeving Ar 22: “Bij verdeling van de elementen van een regeling over de wet en algemeen verbindende voorschriften van lager niveau bevat de wet ten minste de hoofdelementen van de regeling. ” Toelichting: “Hoofdelementen zijn in ieder geval de reikwijdte en de structurele elementen van de regeling. Veelal zullen daartoe ook de voornaamste duurzame normen behoren” Ar 24: “Zoveel mogelijk worden in de wet opgenomen: (…) d. voorschriften betreffende rechtsbescherming; e. voorschriften inzake sancties van bestuursrechtelijke of civielrechtelijke aard; ” 13
- Slides: 13