Hoofdstuk 30 NEGATIEVE GETALLEN Paragraaf 30 1 GETALLENLIJN

  • Slides: 22
Download presentation

Hoofdstuk 30 NEGATIEVE GETALLEN

Hoofdstuk 30 NEGATIEVE GETALLEN

Paragraaf 30. 1 GETALLENLIJN

Paragraaf 30. 1 GETALLENLIJN

Negatieve getallen Je zou kunnen zeggen dat -2 een kortere schrijfwijze is voor '2

Negatieve getallen Je zou kunnen zeggen dat -2 een kortere schrijfwijze is voor '2 tekort‘.

Negatieve getallen staan links van de 0 op de getallenlijn

Negatieve getallen staan links van de 0 op de getallenlijn

Wat klopt er niet aan deze getallenlijn?

Wat klopt er niet aan deze getallenlijn?

Je staat in de parkeergarage op verdieping -2. Je wilt naar de 3 e

Je staat in de parkeergarage op verdieping -2. Je wilt naar de 3 e verdieping. Hoeveel verdiepingen moet je naar boven gaan?

Wat is het verschil tussen -9 en -5?

Wat is het verschil tussen -9 en -5?

Wat is het verschil tussen -7 en 3?

Wat is het verschil tussen -7 en 3?

Paragraaf 30. 2 ORDENEN

Paragraaf 30. 2 ORDENEN

Getallen ordenen De symbolen < en > kun je gebruiken om aan te geven

Getallen ordenen De symbolen < en > kun je gebruiken om aan te geven of iets kleiner of groter is Het kleine puntje wijst naar het kleinste van de twee getallen en de grote opening naar het grootste getal.

Getallen ordenen met getallenlijn -5 -8 0 5

Getallen ordenen met getallenlijn -5 -8 0 5

Levend symbool-spel 2 -2 -9 -8 -1 -2 -3 -5 -6 -5 Spelelement

Levend symbool-spel 2 -2 -9 -8 -1 -2 -3 -5 -6 -5 Spelelement

Hoofdstuk 30 EXTRA OPGAVEN

Hoofdstuk 30 EXTRA OPGAVEN

Vraag 1 Noord Holland ligt gemiddeld 3 meter onder NAP. Hoe schrijf je dat

Vraag 1 Noord Holland ligt gemiddeld 3 meter onder NAP. Hoe schrijf je dat als getal?

Vraag 2 Welk getal komt er op de plaats van de pijl te staan?

Vraag 2 Welk getal komt er op de plaats van de pijl te staan?

Vraag 3 Hoe groot is het verschil tussen de getallen -112 en -76?

Vraag 3 Hoe groot is het verschil tussen de getallen -112 en -76?

Vraag 4 Welk getal is groter: -4 of -13?

Vraag 4 Welk getal is groter: -4 of -13?

Vraag 5 Zet deze getallen op volgorde van klein naar groot. -60 -100 -36

Vraag 5 Zet deze getallen op volgorde van klein naar groot. -60 -100 -36 -93

Vraag 6 Wat is waar? Vink aan. Meerdere antwoorden mogelijk. A. -7 > -5

Vraag 6 Wat is waar? Vink aan. Meerdere antwoorden mogelijk. A. -7 > -5 B. -45 < -16 C. -28 < -24 D. -6 < -9