GROEIPAKKET Van kinderbijslag naar Groeipakket Vlaanderen bevoegd voor
GROEIPAKKET
Van kinderbijslag naar Groeipakket • Vlaanderen bevoegd voor kinderbijslag • Wat is het Groeipakket? • Hoe overgaan naar het groeipakket? • Regeling bij plaatsing • En verder
VLAANDEREN BEVOEGD VOOR KINDERBIJSLAG
Van kinderbijslag naar groeipakket Met zesde staatshervorming overheveling van de bevoegdheid over de kinderbijslag naar de gemeenschappen en gewesten. Vlaanderen kiest daarbij expliciet voor • een geïntegreerd gezinsbeleid, • waarbij kinderbijslag een basispijler is • die hand in hand gaat met gezinsondersteuning • en de participatie aan kinderopvang en onderwijs.
Van kinderbijslag naar groeipakket • De Vlaamse overheid neemt de regie en de uitbetaling van het Vlaamse Groeipakket over van het huidige federale agentschap FAMIFED vanaf 1 januari 2019. • De regiefunctie over het Groeipakket wordt gescheiden van de operationele uitbetalingsfunctie. • Kind en Gezin neemt de rol op van regisseur en staat in voor de transitie binnen Vlaanderen. • De operationele uitbetalingsfunctie zal worden uitgevoerd door een publiekrechtelijk vormgegeven EVA (VUTG) met een publieke kas en met vergunde private uitbetalingsactoren.
Het uitbetalingslandschap HUIDIGE KINDERBIJSLAGFONDSEN NIEUWE SITUATIE Publieke kas FAMIFED 1 publieke kas (FONS. ) Private kassen Partena, Mensura, ADMB, Securex, Attentia, Xerius, Group S, UCM, Horizon Het Gezin, Acerta , Kindergeldkasse Ostbelgien Maximaal 4 private kassen, nl. Kids. Life, My. Family, Infino en Parentia De dossiers van de huidige fondsen zullen automatisch overgedragen worden naar de overblijvende fondsen. Elk gezin dat kinderbijslag ontvangt, wordt daarover tijdig geïnformeerd. Vanaf 1/1/2020 kan elk gezin vrij kiezen door welke actor zij voortaan willen uitbetaald worden. Er kan steeds van actor veranderd worden mits minimaal 1 jaar bij dezelfde actor aangesloten te blijven De uitbetalingsactor betaalt alle toeslagen
WAT IS HET GROEIPAKKET?
Elk gezin krijgt voor elk kind een Groeipakket
Een startbedrag, basisbedrag en jaarlijkse schoolbonus voor elk kind In het Groeipakket zitten twee vaste bedragen. Ze gelden zonder meer voor elk kind dat in Vlaanderen gedomicilieerd is: het startbedrag en het basisbedrag. 1. Elk kind krijgt eenmalig een startbedrag van 1. 100 euro bij zijn geboorte (kraamgeld) of bij zijn adoptie. 2. Elk kind krijgt elke maand een basisbedrag van 160 euro. Beide bedragen zijn voor ieder kind gelijk. Voor elk kind is er in augustus nog een extra duwtje in de rug voor de start van het schooljaar, de schoolbonus (universele participatietoeslag) Elk kind krijgt die maand een extra bedrag afhankelijk van de leeftijd.
Toeslagen als extra ondersteuning Het startbedrag en het basisbedrag zijn er voor elk kind. Daar kunnen nog extra’s bovenop komen: toeslagen. ØExtra ondersteuning om te groeien zorgtoeslag en de sociale toeslag. ØStimuleren deelname aan kinderopvang en onderwijs participatietoeslagen.
Zorgtoeslagen Bedoeling Wezen, halfwezen, pleegkinderen en kinderen met specifieke ondersteuningsbehoeften extra ondersteunen. Bedragen § Een weeskind krijgt bovenop het basisbedrag nog eens 160 euro, een halfwees 80 euro en een pleegkind 61 euro. § Een kind met een specifieke ondersteuningsbehoefte, zijnde een handicap, een chronische ziekte of aandoening, krijgt een zorgtoeslag die mee de gevolgen van die ondersteuningsbehoefte opvangt.
Sociale toeslag Bedoeling De draagkracht van minder kapitaalkrachtige gezinnen verhogen om hun kinderen meer kansen te geven om zich te ontwikkelen. Bedrag Het bedrag van de sociale toeslag is afhankelijk van het inkomen en de grootte van het gezin en varieert tussen de 50 en 80 euro per kind per maand. JAARINKOMEN ≤ 30. 386, 52 EURO 30. 386, 52 TOT 60. 000 EURO 1 of 2 rechtgevende kinderen 50 euro per kind per maand Geen toeslag Meer dan 2 rechtgevende kinderen 80 euro per kind per maand 60 euro per kind per maand
Participatietoeslagen De participatietoeslagen stimuleren gezinnen om naar kinderopvang te gaan of onderwijs te volgen De participatietoeslagen zijn op maat van het kind en verbonden aan voorwaarden. Kinderopvangtoeslag Wie gebruik maakt van kinderopvang waar ouders niet betalen op basis van hun inkomen kan rekenen op een kinderopvangtoeslag van 3, 17 euro per opvangdag. Kleutertoeslag Kleuters van drie jaar die naar school gaan en kleuters van vier die naar school blijven gaan en voldoende aanwezig zijn, krijgen twee jaar op rij een bedrag van 130 euro. .
Selectieve participatietoeslag Komt over van ‘onderwijs’ naar het gezinsbeleid en zit in het Groeipakket vervat als schooltoeslag (selectieve participatietoeslag) Voor kinderen die opgroeien in een gezin met een lager inkomen, én kleuter, lager of secundair onderwijs volgen in door de Vlaamse gemeenschap erkende of gesubsidieerde instelling Het bedrag is afhankelijk van het inkomen van het gezin en voorwaarden van volgen van onderwijs Uitzondering: volledige toeslag naar pleeggezin op voorwaarde dat het pleegkind of de pleeggast langer dan één jaar onafgebroken bij hetzelfde pleeggezin verblijft. Hierbij gebeurt geen inkomenstoets (cf verder)
HOE OVERGAAN NAAR HET GROEIPAKKET?
Alle kinderen krijgen een Groeipakket, maar er zijn overgangsmaatregelen o. b. v. geboortedatum GEBOREN VOOR 1 JANUARI 2019 GEBOREN VANAF 1 JANUARI • Kinderen geboren vanaf 1 januari 2019 stappen direct volledig in het Groeipakket. • Kinderen geboren vóór 1 januari 2019 behouden hun basisbedrag (rangbedrag) en leeftijdstoeslag. Ze stappen in het Groeipakket voor mogelijke toeslagen, zoals de kleuter- en kinderopvangtoeslag, de participatietoeslag en de eventuele sociale toeslag en krijgen in augustus 2019 ook de schoolbonus.
REGELING BIJ PLAATSING
Pleegzorg – artikel 17 + 67 decreet • Pleegzorger wordt beschouwd als werkelijke opvoeder ingeval van perspectiefzoekende en perspectiefbiedende pleegzorg voor de gezinsbijslagen => dus ontvangt de gezinsbijslagen en eventuele toeslagen uit Groeipakket Dagvergoeding lager als pleegzorgers kinderbijslag ontvangen • Pleegzorgtoeslag blijft behouden in het Groeipakket basisbedrag wordt verhoogd met een maandelijkse pleegzorgtoeslag van 61, 79 euro als het kind geplaatst is in een pleeggezin, met uitzondering van de ondersteunende pleegzorg
Pleegzorgtoeslag (art 67+ art 217 decreet) • Pleegzorgtoeslag gaat naar bijslagtrekkende voor plaatsing igv perspectiefzoekende pleegzorg (tenzij bevoegde rechtbank in het belang van het kind de toeslag aan een ander persoon toekent) • Indien plaatsing van een kind in het systeem gebeurt na 1. 1. 2019, dan gaat de toeslag naar het pleeggezin zelf in geval van perspectiefbiedende pleegzorg ! • Lopende pleegzorg: huidige regeling van pleegzorgtoeslag naar bijslagtrekkende voor plaatsing blijft behouden zolang er zich geen wijziging voordoet in de plaatsing
Overgangsregeling lopende pleegzorg • Het kinderbijslagfonds kan beslissen de forfaitaire pleegzorgbijslag niet langer toe te kennen als de plaatsende overheid haar laat weten dat de bijslagtrekkende geen regelmatig contact meer onderhoudt met het kind of geen belangstelling toont voor het kind. • In dat geval wordt de betaling van de forfaitaire pleegzorgbijslag stopgezet vanaf de maand volgend op de datum van ontvangst van de desbetreffende beslissing van de plaatsende overheid. •
Pleegzorg en selectieve participatietoeslag • De pleegouders hebben recht op een volledige selectieve participatietoeslag leerling (= kleuter, lager en secundair onderwijs) op voorwaarde dat het pleegkind of de pleeggast langer dan één jaar onafgebroken bij hetzelfde pleeggezin verblijft. Hierbij gebeurt geen inkomenstoets. • Vanuit Onderwijs wordt de volledige studietoelage voor studenten hoger onderwijs toegekend. Ook hierbij gebeurt geen inkomenstoets.
Regeling bij plaatsing en effect op gezinsbijslag • Gevolgen bij aanmelden van een minderjarige voor bepaalde typemodules van niet-rechtstreeks toegankelijke jeugdhulpverlening • 2/3 de van de gezinsbijslag naar het Fonds Jongerenwelzijn • 1/3 de van de gezinsbijslag wordt verder uitbetaald aan de bijslagtrekkende vóór plaatsing of kan eventueel worden toegewezen aan de minderjarige (via spaarboekje) • Beslissing jeugdrechter bij gerechtelijke plaatsing of ITP igv buitengerechterlijke plaatsing • Afwijking mogelijk door bevoegde rechtbank in belang van het kind • Voor plaatsingen vanaf 1/1/2019 geen proportionele verdeelsleutel meer o. b. v. alle kinderen in het gezin, maar verdeling o. b. v. basisbedrag en eventuele toeslagen van kind dat wordt geplaatst
Regeling bij plaatsing en effect op gezinsbijslag Ø Zonder intersectorale combinaties • Voor de typemodules van het VAPH en K&G gebeurt een melding aan het kinderbijslagfonds door de desbetreffende voorziening die de hulpverlening uitvoert. • Gaat het om de opstart van pleegzorg, dan meldt de dienst voor pleegzorg de opstart van de hulp aan het kinderbijslagfonds zodat de volledige gezinsbijslag naar ouders kan gaan • Voor de opstart van de overige hoger genoemde typemodules van het Agentschap Jongerenwelzijn gebeurt de melding aan het kinderbijslagfonds door het Team kinderbijslag van de afdeling Strategie en ondersteunende diensten vanuit ‘Domino kinderbijslag’.
Effect op 2/3 kinderbijslag ØMet intersectorale combinaties behalve combinaties met pleegzorg • Principe: waar het zwaartepunt van het verblijf ligt volgens de jeugdhulpbeslissing, gaat 2/3 de van de kinderbijslag naartoe. Bv. : 3 dagen verblijf voorziening Jongerenwelzijn, 4 dagen verblijf voorziening VAPH: gezinsbijslag gaat naar de voorziening van het VAPH • De beslissing over 2/3 de wordt opgenomen in de jeugdhulpverleningsbeslissing üWaar verblijft kind 1 e dag van de maand? • Communicatie over opstart; wijziging en stopzetting door • JWZ indien zwaartepunt bij JWZ • VAPH/CKG indien zwaartepunt bij voorziening
Effect op 2/3 gezinsbijslag ØCombinaties met pleegzorg • Ingeval van een combinatie van verblijf en pleegzorg, worden de pleegouders beschouwd als het natuurlijk gezin en gelden dezelfde regels inzake gezinsbijslag als bij een gewone plaatsing: • 2/3 de van de gezinsbijslag wordt geïnd door Fonds Jongerenwelzijn/VAPH/CKG; • 1/3 de behoort toe aan het pleeggezin. • De beslissing over de toekenning van 2/3 de van de gezinsbijslag aan het Fonds Jongerenwelzijn/VAPH/CKG en 1/3 de van de kinderbijslag aan het pleeggezin wordt vermeld op de jeugdhulpverleningsbeslissing • Melding 1/3 aan pleeggezin door dienst voor pleegzorg
ØCombinaties met pleegzorg • De melding over 2/3 de van de kinderbijslag gebeurt voor Jongerenwelzijn door het Team kinderbijslag, voor het VAPH en K&G door de voorziening zelf. • De melding over 1/3 de van de kinderbijslag gebeurt door de dienst voor pleegzorg die de naam van het pleeggezin doorgeeft aan het kinderbijslagfonds.
Effect op 1/3 gezinsbijslag • Principe: naar bijslagtrekkende voor plaatsing tenzij plaatsende instantie daar anders over beslist • Beslissing van jeugdrechtbank of ITP • Steeds door JWZ, ook igv plaatsing in voorziening VAPH of K&G
VRAGEN?
- Slides: 28