custom Vrouwelijke en mannelijke geslachtsorganen inwendige uitwendige J

custom: Vrouwelijke en mannelijke geslachtsorganen -inwendige -uitwendige J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Vrouwelijke geslachtsorganen Inwendige n n Eierstokken Eileiders Baarmoeder Vagina J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Vrouwelijke geslachtsorganen J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Eierstokken(ovaria) n n Ligging: in de buikholte Amandelvormig 2. 5 -4. 5 cm lang en 1 - 2 cm breed Doel: ontwikkeling van een maandelijkse eicel en de geslachtshormonen J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Eileider (tuba uterina) n n n Is de verbinding tussen eierstok en baarmoeder Is ongeveer 10 cm lang Vangt als het ware het eitje op en zorgt voor vervoer naar de baarmoeder Hier vindt de conceptie plaats De bevruchte eicel verplaatst zich naar de baarmoeder(doet daar 5 dagen over) De niet bevruchte cel wordt afgevoerd door de eileiderwand heen J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Baarmoeder (uterus) n n n n Heeft vorm van een omgekeerde peer 7 cm bij 5 cm De bevruchte cel nestelt zich in de baarmoederwand De gehele baarmoeder is meestal naar voren gebogen en ligt hierdoor op de urineblaas Onderste deel van de baarmoeder is de baarmoederhals (cervix) en steekt uit in het achterste gedeelte van de vagina De holte in de baarmoederhals noem je het cervixkanaal Zie boek blz 472 J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Vagina n Een kanaal van ong. 8 cm en is verbinding tussen baarmoeder en buitenwereld Het paringsorgaan n Heeft een lage ph waarde(is zuur) n q q q Komt van de melkzuur, afgescheiden door de Döderlein-bacillen Deze waarde geeft bescherming tegen infecties Is funest voor zaadcellen(zijn neutraal/alkalisch) J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Uitwendige geslachtsorganen n Vulva n n n Grote schaamlippen Kleine schaamlippen Clitoris Voorhof Schaamheuvel J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Vulva n n n Grote schaamlippen (labia majora) q Twee behaarde, dikke huidplooien. q Bevatten veel onderhuidsvetweefsel en klieren Venusheuvel (mons veneris) q Verdikking aan voorkant vulva Kleine schaamlippen (labis minora) q Liggen binnen de grote schaamlippen Voorhof (vestibulum) q Maagdenvlies sluit voorhof gedeeltelijk of geheel af Kittelaar (clitoris) q Zeer dicht bezet met sensoren J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Mannelijke geslachtsorganen Uitwendig -penis -zaadballen -bijballen Inwendig -zaadblaasjes -prostaat -klieren van Cowper J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Mannelijke geslachtorganen J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Penis n n Urinebuis(urethra) Zwellichamen(2 bovenste en 1 onderste) q q n Eikel q n Door sexuele prikkels neemt de bloedtoevoer toe en de bloedafvoer af Hierdoor een erectie van de penis Is de verwijding van het onderste zwellichaam Voorhuid q q q Is een losse huidplooi Kan terug geschoven worden Soms weggehaald(besnijdenis/circumsicie) J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Zaadballen(testes) n n Liggen in een huidplooi(scrotum) Hangen aan de zaadstreng Produceren zaadcellen Produceren testosteron q q q Stimuleert de ontwikkeling van secundaire geslachtskenmerken(zie blz 470) Stimuleert de productie van zaadcellen en prostaatvocht Stimuleert de aanmaak van spiermassa J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Bijballen(epididymis) n n Liggen achter de zaadballen Zorgen voor de verdere rijping van de in de zaadballen gevormde zaadcellen Is een opslagruimte voor zaadcellen. De zaadcellen zijn 3 weken te bewaren J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Zaadleiders en zaadblaasjes n n De zaadleider is de verbinding tussen bijbal en urinebuis en zorgt voor het transport van de zaadcellen De zaadblaasjes produceren zaadvloeistof voor de voeding van de zaadcellen en deze vloeistof komt uit in de zaadleider Sperma bestaat voor 99% uit zaadvloeistof en voor 1% uit zaadcellen(spermatozöiden) Het grootste deel van spermavloeistof wordt gemaakt door q Zaadblaasjes(2) q Prostaat q Klieren van Cowper(2) n n Erwtgrote klieren die een dik en kleverig slijm maken Slijm is basisch en neutraliseert het zure milieu van de plasbuis J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Prostaat J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Prostaat n n n Ligt rondom het 1 e gedeelte van de urinebuis Zo groot als een kastanje Is de producent van zaadvloeistof J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Prostaatvergroting n n Kans op vergroting bij alle mannen Hierdoor kunnen zich problemen voor doen bij q q Plassen Zaadlozing J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Prostaatkanker n n n Is de nr 2 op de lijst van tumoren bij mannen Vooral na je 50 e jaar Groeit langzaam J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Impotentie J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Impotentie n Is het onvermogen om een erectie te krijgen of te handhaven q q q Door medicatie(bv morfine) Door vergiftiging(bv alcohol/drugs/nicotine) Door verandering van de hormoonhuishouding n Minder testosteron q Hierdoor vaak een afname van de geslachtsdrift J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten

Oplossing? ? ? J Bügel Noorderpoortcollege Winschoten