Autonomie en bewegen Bouwstenen voor onderwijs dat vormt
Autonomie en bewegen: Bouwstenen voor onderwijs dat vormt voor het leven Dr. Aziza Mayo, lector Waarde(n) van Vrijeschoolonderwijs Studiedag BVS /VSP 2017 Zeist, vrijdag 24 maart 2017
Opzet lezing • • Bedoeling en van het Vrijeschoolonderwijs Onderwijs dat vormt voor het leven Oordeelsvorming • Oordeelsvorming ontmoeten, verkennen en verbeelden & verwoorden in de structuur gebied van het onderwijs Autonomie en beweeglijkheid • Ontmoeten, verkennen en verbeelden & verwoorden in de dynamische gebied van het onderwijs
Bedoelingen van Vrijeschoolonderwijs ‘De vraag is niet, wat de mens moet kunnen en weten teneinde zich in de bestaande sociale orde te kunnen voegen; maar wel, wat er in aanleg in de mens aanwezig is en in hem ontwikkeld kan worden. Pas dan kan de opgroeiende generatie de maatschappij steeds opnieuw met nieuwe krachten verrijken. ’ R. Steiner (1919 -1920). De sociale driegeleding.
Het waartoe van Vrijeschoolonderwijs Bijdragen aan de ontwikkeling van leerlingen opdat zij in de wereld kunnen zijn als volwassenen die… … zodanig autonoom zijn dat zij op basis van authenticiteit, oordeelkundigheid en innerlijke vrijheid kunnen denken, voelen en handelen; … zich in alles wat zij doen, denken en voelen verbonden weten met de wereld om hen heen; … vanuit de wil, bereid zijn om dit denken, voelen en handelen zo vorm te geven dat zij daarmee recht doen aan zichzelf, aan anderen en aan de wereld. Mayo, A. (2015). Lectorale rede Autonomie in verbondenheid; waarde(n)vol onderwijs voor nu en de toekomst. p. 40
Domeinen van Vrijeschoolonderwijs (Mayo, 2015) gebaseerd op: Biesta (2014)
Onderwijs dat vormt voor het leven… • Moedigt de eigen beweging aan: Vormen voor het leven kan nooit alleen het proces van een ander zijn; gaat om ontdekken van jouw uniciteit (Biesta, 2011): • Helpt evenwicht vinden: tussen wat iemand zelf meebrengt aan talenten, wensen, mogelijkheden – en dat wat gewenst wordt; • Laat ruimte voor het ongekende: Heeft geen vast, voorspelbaar traject en geen definitief eindpunt; vormen van dat wil en kan verschijnen maar nog niet (altijd) is. Biesta (2011). De school als toegang tot de wereld: een pedagogische kijk op goed onderwijs. In R. Klarus en W. Wardekker (Eds. ), Wat is goed onderwijs. Bijdragen uit de pedagogiek (p. 15 -35). Den Haag : Boom Lemma uitgevers
Vermogen tot volwassen oordeelsvorming Is wat ik wenselijk- voor mij en mijn leven met de ander en het andere?
Leerlingen de kans geven die vermogens te gaan. . . Verbeelden & Verwoorden Vermogens ontmoeten, verkennen en verwoorden & verbeelden … in de ander & de wereld … in henzelf vanuit dat wat gekend is. Waar? In de structurele aspecten van het onderwijs: Ontmoeten Verkennen B. v. Oriëntate in leeftijdsfasen Voelen – denken – willen Hoofd-hart- handen Opbouw van ontwikkelstof Ritme van het jaar Spiegelen aan het verleden
Vormen door nabootsen: Verbeelden & verwoorden Zo bestaan wij in de wereld Ontmoeten Verkennen Zo zijn wij Dit is wat wij kunnen
Vormen door navolgen Verbeelden & verwoorden Zo bestaan wij in de wereld Zo besta ik in de wereld Zo besta jij in de wereld Zo kun jij in de wereld bestaan Ontmoeten Zo zijn wij Zo ben ik Zo ben jij Zo kun jij zijn Verkennen Dit is wat wij kunnen Dit is wat ik kan Dit kun jij Dit is wat je kunt kunnen
Vormen door los komen: Verbeelden & verwoorden Zo bestaan wij; Zo besta ik; Zo besta jij; Zo kun jij in de wereld bestaan Hoe besta jij? Hoe wil jij bestaan? Hoe besta ik? Hoe wil ik bestaan? Hoe bestaan wij? Hoe willen wij bestaan Ontmoeten Zo zijn wij; Zo ben ik Zo ben jij; Zo kun jij zijn Wie ben jij? Wie wil jij zijn? Wie ben ik? Wie wil ik zijn? Wie zijn wij? Wie willen wij zijn? Verkennen Dit is wat wij kunnen; Dit is wat ik kan; Dit kun jij; Dit is wat je kunt kunnen Wat kun jij? Wat wil jij kunnen? Wat kan ik? Wat wil ik kunnen? Wat kunnen wij? Wat willen wij kunnen?
Oordeelsvorming vraagt om autonomie en beweeglijkheid van zowel de leerling als de leerkracht Autonomie: het opleggen van je eigen wetten; vrij zijn van externe sturing ( zie bv Deci & Ryan, 2012, p. 85) Autonome motivatie: intrinsieke en geinternaliseerde motivatie (Vansteenkiste & Soenens, 2016) duurzame verantwoordelijkheidszin; zelfregulatie; receptieve interpersoonlijke houding Autonomie in leer/onderwijsprocessen: zelfsturing • Initiatief tonen • Zelfstandig denken • Op eigen oordeel durven vertrouwen Innerlijke beweeglijkheid: het vermogen om te gaan met complexe situaties èversterken elkaar : “Wanting to think for yourself helps you to think. ” (Kohn, 1995) dragen bij aan: Zelfvertrouwen & vertrouwen in anderen; “Growth mindset” (zie ook Dweck, 2006)
Leerlingen de kans geven die vermogens te gaan. . . Vermogens ontmoeten, verkennen en verwoorden & verbeelden … in de ander & de wereld … in henzelf vanuit dat wat nog niet gekend is. Verbeelden & Verwoorden Ontmoeten Verkennen Waar? In de pedagogisch-didactische ontmoetingen in het onderwijs: Hoe? Door te blijven onderzoeken: • Ruimte scheppen • Voorleven • Appelleren • Beantwoorden
Welke ruimte schep ik voor mijn leerlingen? Hoe kom ik tegemoet aan de psychologische basisvoorwaarden? (Deci & Ryan, 2012) Verbondenheid: b. v. anticiperen op emotioneel belastende situaties en deze goed weten in te schatten; bieden van steun en troost in emotioneel en fysiek belastende situaties. Competentie: b. v. uitdagingen aanbieden en actief vertrouwen uitspreken in de ontwikkelingsmogelijkheden van het kind; consequent opvolgen van verwachtingen; procesgericht toezicht houden. Autonomie: b. v. kindgerichte en betekenisvolle duiding en onderbouwing bieden; geduldig het ontwikkelingsritme van kinderen volgen Hoe ga ik om met bewegen van leerlingen dat ik niet vanzelfsprekend waardeer of makkelijk vind? Bv peuterklas Autonomie Verbondenheid Competentie
Wat leef ik mijn leerlingen voor? Hoe is mijn volwassen-in-de-wereld-bestaan ervaarbaar in mijn lessen? Verbeelden & verwoorden Aanspreekbaar zijn Ontmoeten Verkennen Kenbaar zijn Bevraagbaar zijn
Voorleven: pedagogisch-didactische wijsheid Wat is wenselijk voor dit kind in, op dit moment, in deze situatie? Wat wenst het kind? Wat leef ik mijn leerlingen voor? - Leef ik beweeglijkheid voor of juist niet? - Leef ik autonomie voor of juist niet? Bv met betrekking tot curriculum, didactiek Wat wordt gewenst? Wat acht ik wenselijk?
Welk appèl doe ik op mijn leerlingen? Waar en waarom vraag ik ze om vanuit eigen beweging te verschijnen of om in te voegen? • Spelen: Vrijspel, ochtendspel/cultuurspel • Leren: Klassikaal of individueel • Bewegen: Positief effect op: fysieke fitheid, psychische gezondheid, sociaal-emotioneel welbevinden, cognitieve ontwikkeling; bv: executieve functies: leervoorwaarden zoals planning, motivatie, werkgeheugen, inhibitie, taakgerichtheid, concentratie (Donnelly et al. , 2009; Mulier Instituut, 2014; van der Niet, 2015) bv: positief effect op rekenen en spellen (Donnelly et al. , 2009; Fit & Vaardig) Cognitieve uitdaging; pedagogisch klimaat, autonomie
Hoe beantwoord ik een appèl van mijn leerlingen? Wanneer kan en wil ik anders bewegen vanuit een oprechte vraag? Vb Juf, ik kom niet bij mijn plekje… Wanneer kan en wil ik andere ruimte bieden voor autonomie? Vb Schilderlessen kaars Vb Dictee
Vormen voor het leven • • Invoegen en uitvoegen Structuur en beweeglijkheid Continueren en vernieuwen Weten en niet weten Antwoorden geven en vragen stellen Autonomie en verbondenheid …
- Slides: 20