Afstudeerpresentatie De effecten van bouwproceskenmerken op life cycle
Afstudeerpresentatie ‘De effecten van bouwproceskenmerken op life cycle costs binnen onderwijshuisvesting’ 31 januari 2012, Technische Universiteit Delft F. J. L. van Lanschot – 1238892, Design & Construction Management, RE&H 1
Afstudeerpresentatie Aanleiding, vraagstelling & doel onderzoek Inkadering & onderzoeksmethode Conclusies Resultaten case studies & scenario-analyse “De weg waarlangs je gekomen bent tot bepaalde onderzoeksresultaten moet controleerbaar zijn en in principe ook herhaalbaar. ” (Baarda, 2001) 2
Inhoud • Inleiding – Aanleiding – Introductie onderzoek • Onderzoek – Onderzoeksmethode – Case studies – Scenario analyse • Conclusies • Terugkoppeling 3
Inleiding 4
Aanleiding Artikelenreeks Evans, 1996: Hughes, 2004: Regieraad, 2006: 1: 5: 200 ratio (Investeringslasten, Exploitatielasten, Bedrijfsmatige lasten) Exposing the myth of the 1: 5: 200 ratio Verwijst naar de 1: 5: 200 ratio Conclusie: Actueel thema, veel publicaties maar welke informatie is relevant? Afstudeeronderzoeken Vasters, 2009: Bosch, 2007: Kostenefficiëntie van D&C is 18% tov traditionele bouw Onderwijshuisvesting zeer complex, integrale bouwprocesorganisatie zou hier goed bij aansluiten. Opmerking: Werkt kostenefficiëntie ook door bij exploitatielasten? En geldt dit ook voor onderwijshuisvesting? En welke onderdelen van bouwprocesorganisaties spelen een rol? 5
Probleemstelling Het is de vraag of, en zo ja, in welke mate, bepaalde bouwproceskenmerken (eventueel samengetrokken in bouwprocesorganisaties) leiden tot meer dan alleen kostenefficiëntie in de ontwerp- en bouwfase, maar bijvoorbeeld ook in de exploitatielasten en daarmee in de Life-Cycle Costs. Vraagstelling In welke mate beïnvloeden de bouwproceskenmerken de life cycle costs van een schoolgebouw voor het voortgezet onderwijs? 6
Vraagstelling - bespreking In welke mate beïnvloeden de bouwproceskenmerken de life cycle costs van een schoolgebouw voor het voortgezet onderwijs? Bouwproces. Split incentive; Onderwijshuisvesting Life cycle costs kenmerken winst van hogere investeringslasten komt slechts deels (of niet) terug bij gemeente. Investeringslasten Exploitatielasten Essential Characteristics “cost of an asset of the or its Construction parts throughout and Organization its life cycle, Process, while fulfilling Doree, 1996: -the Overdrachtspunt performance requirements” (ISO, 2008) Min. Financiën - Herkomst van de ontwerpers - Aanbestedingswijze • Investeringslasten - Beheersstructuur • Exploitatielasten Gemeente - Beloningssystematiek • Energielasten • Onderhoudslasten Extra punt: • Schoonmaaklasten - Beheer en onderhoud School Min. Onderwijs 7
Vraagstelling - bespreking In welke mate beïnvloeden de bouwproceskenmerken de life cycle costs van een schoolgebouw voor het voortgezet onderwijs? Bouwproceskenmerken Life cycle costs Onderwijshuisvesting 8
Doelstelling Het vinden van een antwoord op de hoofdvraag van dit onderzoek. Beoogd resultaat Inzicht te krijgen in de mogelijkheden die schoolbesturen hebben bij het ontwikkelen van een nieuw schoolgebouw (voor het voortgezet onderwijs) met betrekking tot het toepassen van bepaalde bouwproceskenmerken en de gevolgen die deze verschillende bouwproceskenmerken hebben met betrekking tot de Life-Cycle Costs van dat gebouw. 9
Ons Middelbaar Onderwijs (OMO) • Ons Middelbaar Onderwijs – 35 scholen – Meer dan 60. 000 leerlingen – OMO Bureau te Tilburg • 3 case-studies – Sondervick College – OMO scholengemeenschap Were Di – OMO scholengemeenschap Helmond 10
Onderzoek 11
Uitleg veronderstelling In welke mate beinvloeden de bouwproceskenmerken de life cycle costs van een schoolgebouw voor het voortgezet onderwijs? BPK A 6 Bouw proceskenmerken BPK B 100 -5% 400 +1% LCC per leerling van 500 scholen 12
Uitleg veronderstelling Onderzoeksmethode Op welke manier worden de verschillende projecten vergelijkbaar gemaakt? Twee scholen; gelijk in grootte, ontwerp, aant. Leerlingen, omgeving, etc. Bouwproces Kenmerk LCC Conclusie? BPK A Mechanische ventilatie +5% Slecht bouwproces BPK B Natuurlijke ventilatie -1% Goed bouwproces 13
Vergelijkingsmethode LCC in € C Norm B A Aantal leerlingen Relatieve verschillen ten opzichte van de norm tussen cases vergelijken. 14
Cases - Onderzoeksmethode Introductie • Voor elke case-study een normschool creëeren – 2 case studies die onderling met elkaar te vergelijken zijn. Normvergoeding investeringslasten obv modelverordening Jaarlijkse bekostiging obv leerlingaantal Werkelijke (gecorrigeerde) investeringslasten Life-Cycle Costs normschool Werkelijke exploitatielasten Life-Cycle Costs case-study Vergelijking en Analyse Uiteindelijk de percentuele verschillen tussen cases vergelijken. . 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 15
Onderzoeksmethode - Investeringslasten • Investeringslasten niet zomaar te vergelijken Investeringslasten bepalen obv bouwafrekening Ruimtelijk Kwaliteits Omschrijving OMO Bepalen van normvergoeding obv Modelverordening Investeringslasten • Voorbeeld – OMO SG Were Di 16
Investeringslasten bepalen obv bouwafrekening Onderzoeksmethode - Investeringslasten Projectkosten Kosten Nieuwbouw Inrichting nieuwbouw Taakstellend gerealiseerd Budget Stuurgroep projectkosten bouwobject verbeterende elementen € 5. 247. 039, 00 € 28. 300. 000, 00 Korting aanbestedingsvoordeel BWE -€ 1. 941. 092, 00 Korting aanbestedingsvoordeel BR&T -€ 70. 900, 00 Aanvullende wensen € 179. 690, 00 Extra panelenwand, balies, antigraffiti € 49. 302, 00 Antigraffiti, twee panelenwanden € 52. 196, 00 Kunststof vloer betonlook aula vmbo-ob € 43. 587, 00 Aanvullende kosten indeling vmbo-ob € 24. 128, 00 Vervangen vloer aula havo-vwo € 36. 855, 00 Afstemming bouw en inrichting € 6. 038, 00 € 36. 855, 00 € 6. 038, 00 € 11. 549, 00 Aanpassingen vmbo-bb Hevo (Subsidie PGLO 2006) € 220. 774, 00 Aanpassingen vmbo-ob Hevo (Subsidie PGLO 2006) € 121. 409, 00 Aanvullend terrein € 750. 000, 00 € 45. 320, 00 Bouwrijp maken, grondwerken € 396. 851, 00 Bouwrijp maken, sloop € 285. 862, 00 € 18. 947, 00 Bouwrijp maken, algemeen Infrastructuur Gefaseerd bouwen € 476. 000, 00 Kosten koper dienstwoning € 13. 179, 00 Extern advies € 10. 520, 00 Aankoop grond volkstuinen / buitensport € 249. 178, 00 Leges bouwvergunning € 319. 140, 00 Nog te ontvangen van Hevo: diverse legeskosten Onvoorzien Totaal € 29. 278. 233, 00 -€ 320. 300, 00 10 -6 -2021 -€ 320. 300, 00 € 34. 525. 272, 00 Budget EVS € 5. 247. 039, 00 Raamovereenkomst Hevo Verwijderen graffity niet-bouwobjectverbeterende elem. € 29. 278. 233, 00 € 750. 000, 00 € 285. 862, 00 € 18. 947, 00 € 476. 000, 00 € 13. 179, 00 € 10. 520, 00 € 249. 178, 00 € 26. 323. 513, 00 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 € 727. 941, 00 € 2. 227. 939, 00 € 5. 247. 039, 00 17
Onderzoeksmethode - Investeringslasten • Ruimtelijke Kwaliteits Omschrijving (RKO) OMO – Door OMO samengestelde omschrijving van de basisvoorwaarden waar een schoolgebouw aan moet voldoen. “Het doel van deze opdracht is het als uitgangspunt vastleggen van de kwaliteit van een nieuw te bouwen schoolgebouw voor een schoolorganisatie van Ons Middelbaar Onderwijs. ” (RKO OMO, 2003) – Onderzoek door PRC (in opdracht van OMO) heeft uitgewezen dat door de RKO de kosten van een gemiddeld gebouw, in vergelijking met een normaal gebouw, zo’n 4% omhoog gaan. Correctie voor RKO correctie voor RKO nieuw totaal bedrag 1, 04 € 26. 322. 353, 00 € 25. 309. 954, 81 18
Onderzoeksmethode - Exploitatielasten • Jaarlijkse bekostiging (lump-sum) gebaseerd op het leerlingenaantal. Personele bekostiging (85%) Materiele bekostiging (15%) • • personele bekostiging materiele bekostiging Schoonmaaklasten Onderhoudslasten Overige schoonmaaklasten onderhoudslasten energie • • • Energielasten (8% van materiele bekostiging) Administratielasten Etc. overige 19
Casestudies Algemene informatie OMO SG Were Di OMO scholengemeenschap Were Di Aantal leerlingen (als basis voor project) BVO NVO m 2 BVO/leerling BVO/FNO Jaar van bouwafrekening 2. 585 19. 837 13224, 67 7, 67 1, 50 2011 Algemene informatie Sondervick College Aantal leerlingen (als basis voor project) BVO FNO m 2 BVO/leerling BVO/FNO Jaar van bouwafrekening 2. 500 19. 803 14. 350 7, 92 1, 38 2008 Algemene informatie OMO SG Helmond (vakcollege) Aantal leerlingen (als basis voor project) BVO 6. 205 NVO 5. 853 m 2 BVO/leerling OMO scholengemeenschap Helmond 6, 2 BVO/NVO 1, 06 Jaar van bouwafrekening 2004 20
Resultaten - Investeringslasten projectkosten per leerling projectkosten per m 2 BVO € 12, 000. 00 € 1, 400. 00 € 10, 000. 00 € 1, 200. 00 € 1, 000. 00 € 800. 00 € 6, 000. 00 € 400. 00 € 200. 00 projectkosten per m 2 BVO € 0. 00 S OM G H O elm So SG on nd W d er vic ere k C Di ol le ge OM O S OM G H e So O SG lmo nd n er We d vic re k C Di ol le ge € 0. 00 projectkosten per leerling O € 2, 000. 00 € 600. 00 OM € 4, 000. 00 Verschil? Op basis van dit diagram kan worden gesteld dat de kosten per leerling en per m 2 BVO van OMO SG Helmond ongeveer 20% lager zijn dan bij het Sondervick College en OMO SG Were Di. Verklaring: Dit kan worden verklaard door het lage aantal m 2 BVO wat per leerling is gerealiseerd. De kleine verschillen tussen het Sondervick College en OMO SG Were Di kunnen waarschijnlijk voor een groot deel op dezelfde manier worden verklaard. 21
Resultaten - Exploitatielasten Verklaringen Lage onderhoudslasten OMO sg Were Di? € 300, 000. 00 € 250, 000. 00 Verklaring: € 200, 000. 00 € 150, 000. 00 07/'08 € 100, 000. 00 Door de doordecentralisatie deal met gemeente, geen bekostiging voor onderhoud eerste 10 jaar. 08/'09 09/'10 € 50, 000. 00 OM O So SG nd W er e v OM ick re D i C O SG olle ge OM H O elm So SG on nd W d er e v OM ick re D i C O SG olle He ge lm on d € 0. 00 Werkelijke lasten Bekostiging Werkelijke lasten onderhoud Verschillen? Dit wordt doorgerekend in de kosten Hoge onderhoudskosten OMO sg Helmond? (in schooljaar ’ 09/’ 10) Verklaring: Geen. 22
Resultaten - Exploitatielasten € 450, 000. 00 Verklaringen € 400, 000. 00 € 350, 000. 00 Grote verschillen in energielasten OMO sg Were Di en Sondervick? € 300, 000. 00 € 250, 000. 00 € 200, 000. 00 07/'08 € 150, 000. 00 08/'09 € 100, 000. 00 09/'10 € 50, 000. 00 OM O So SG W nd er er vic e D i OM k. C ol O le SG ge OM He lm O on S d G So W nd e er re v Di OM ick Co O SG lleg e OM He lm O on So SG W d nd er er vic e D i OM k. C ol O le SG g He e lm on d € 0. 00 Energielasten Onderhoudslasten Schoonmaaklasten OMO sg Were Di zat in het eerste jaar nog deels in een oud gebouw, het Sondervick maakt veel gebruik van computers, pompen t. b. v. WKO installatie en overige elektronische voorzieningen. Schoonmaaklasten OMO sg Were Di? OMO sg Were Di zat in het eerste jaar nog deels in een ander gebouw dat al wel deels was gesloopt en op een bouwterrein stond. Vergelijking lasten van casestudies; Verschillen? 23
Resultaten - Exploitatielasten € 120. 00 OMO SG Helmond € 60. 00 OMO SG Were Di € 40. 00 Sondervick College gemiddeld totaal € 20. 00 OMO SG Were Di Sondervick College gemiddeld totaal ge ge m id de ld 05 /'0 6 06 /'0 7 07 /'0 8 08 /'0 9 09 /'1 0 € 0. 00 OMO SG Helmond id de l 05 d /'0 06 6 /'0 07 7 /'0 08 8 /'0 09 9 /'1 0 € 80. 00 € 100. 00 € 90. 00 € 80. 00 € 70. 00 € 60. 00 € 50. 00 € 40. 00 € 30. 00 € 20. 00 € 10. 00 € 0. 00 m € 100. 00 Werkelijke lasten per leerling bij optimaal leerlingaantal Correctie voor ‘ optimaal’ aantal leerlingen doet de verschillen krimpen, maar niet dermate dat verklaringen worden gevonden. 24
Resultaten life cycle costs School Onderdeel Normbedrag Werkelijke lasten OMO sg Were Di Investeringslasten € 26. 807. 698, 90 € 25. 309. 954, 81 5, 59% Exploitatielasten € 2. 485. 396, 96 € 1. 846. 000, 00 25, 73% Life cycle costs Investeringslasten € 28. 408. 448, 09 € 26. 451. 822, 97 € 8. 113. 074, 04 € 8. 011. 150, 40 6, 89% 1, 26% Exploitatielasten € 1. 382. 204, 49 € 1. 183. 194, 26 14, 40% Life cycle costs Investeringslasten € 9. 340. 250, 01 € 9. 046. 822, 95 € 25. 185. 427, 00 € 24. 806. 297, 12 3, 14% 1, 51% € 2. 487. 017, 44 € 2. 641. 250, 00 -6, 20% € 27. 302. 044, 81 € 27. 039. 876, 66 0, 96% OMO sg Helmond Sondervick College Exploitatielasten Life cycle costs • • Resultaten lopen zeer ver uiteen Verschillen deels te verklaren • Grotendeels positief ten opzichte van de norm Verschil 25
Resultaten – Scenario studies Overzicht verhouding investeringslasten/exploitatielasten Sondervick College - OMO SG Were DI OMO SG Helmond Scenario 1 30 40 1, 4814 2, 2237 1, 4926 2, 2297 1, 8501 2, 7771 Scenario 2 30 40 1, 3695 1, 9463 1, 3731 1, 9515 1, 7103 2, 4307 Scenario 3 30 40 1, 5602 2, 4322 1, 5643 2, 4387 1, 9484 3, 0374 Scenario 4 30 40 1, 5142 2, 3531 1, 5183 2, 3594 1, 8911 3, 5593 Exploitatielasten gebaseerd op normbedragen Analyse periode speelt grote rol in verhouding exploitielasten vs. investeringslasten 26
Conclusies 27
Conclusies • Twee soorten conclusies te trekken – Met betrekking tot de data-analyse en gevonden resultaten, – Met betrekking tot de toegepaste onderzoeksmethode, • Op basis van drie soorten informatie – Theoretisch kader – Case studies – Scenario analyse 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 28
Conclusies met betrekking tot data-analyse Conclusies – Data-analyse De conclusies met betrekking tot data-analyse zijn: • Op basis van theoretisch kader – Bouwproceskenmerken worden niet individueel beargumenteerd, – De normvergoeding en bekostiging toepassen als ‘norm-case’ blijkt te werken, • Op basis van case studies – Informatie die bij derden ligt niet altijd inzichtelijk is te maken, – Doordat scholen verschillen in m 2 BVO/leerling zijn vergelijkingen moeilijk te maken, – Kennis bij scholen over hoogte exploitatielasten is onvoldoende aanwezig, • Op basis van scenario analyse – Afwijkende termijn van OMO voor de levensduur van een gebouw kan een risico zijn, “. . . , LCC analysis is only accurate if the collected data area reliable. ” (Schade, 2007 [Emblemsvvag, 2003]) 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 29
Conclusies met betrekking tot de onderzoeksmethode Conclusies - Onderzoeksmethode De conclusies met betrekking tot onderzoeksmethode zijn: • Op basis van theoretisch kader – Bouwproceskenmerken zijn een goede tool om het bouwproces inzichtelijk te maken, – Het toepassen van een LCC model als monitor-tool mogelijk is. • Op basis van case studies – – • Het vergelijkbaar maken van verschillende cases niet eenvoudig is, Het blijven corrigeren geen optie is, Het beoogde doel van investeringen kan niet worden achterhaald, Er kan geen verwachting over de exploitatielasten worden uitgesproken. Op basis van scenario analyse – De termijn die wordt genomen voor een verhouding inv. Lasten/exp. Lasten bepalend is, – Werken met werkelijke cijfers bleek niet mogelijk door systematische verschillen, – Het aantal leerlingen per m 2 BVO grote invloed heeft op de resultaten. 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 30
Terugkoppeling 31
Terugkoppeling • • Vraagstelling Doelstelling Beoogd resultaat Maatschappelijke relevantie 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 32
Terugkoppeling - vraagstelling Terugkoppeling - Vraagstelling In welke mate beïnvloeden de bouwproceskenmerken de Life-Cycles Costs van een schoolgebouw voor het voortgezet onderwijs? • Antwoord Is op basis van dit onderzoek niet te geven: 1. Beschikbare data geeft niet benodigde informatie 2. Aantal cases is te klein Wel is duidelijk op welke manier het antwoord moet worden gevonden. 1. 2. 3. 10 -6 -2021 Door het uitvoeren van meer case studies, Door de link tussen keuzes in het bouwproces en de exploitatielasten inzichtelijk te maken, Door verschillen in exploitatielasten te kunnen verklaren. P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 33
Terugkoppeling - vraagstelling Terugkoppeling - Doelstelling • Doelstelling Het vinden van een antwoord op de hoofdvraag van dit onderzoek. • Antwoord – Niet gelukt 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 34
Terugkoppeling - vraagstelling Terugkoppeling – Beoogd resultaat • Beoogd resultaat Inzicht te krijgen in de mogelijkheden die schoolbesturen hebben bij het ontwikkelen van een nieuw schoolgebouw (voor het voortgezet onderwijs) met betrekking tot het toepassen van bepaalde bouwproceskenmerken en de gevolgen die deze verschillende bouwproceskenmerken hebben met betrekking tot de Life-Cycle Costs van dat gebouw. • Antwoord – Inzicht in de onderwerpen: 1. 2. 3. Onderwijshuisvesting, Life cycle Costs, Bouwproceskenmerken, 4. Onderlinge relatie en methode om verschillen inzichtelijk te maken. 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 35
Terugkoppeling - maatschappelijke Terugkoppeling – Relevantierelevantie voor scholen • Doordecentralisatie Investeringslasten Exploitatielasten Ministerie van financiën Ministerie van OCW Desbetreffende gemeente X School Split incentive valt weg; scholen beschikken over zowel investeringslasten als exploitatielasten 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 36
Terugkoppeling - maatschappelijke Terugkoppeling – Relevantierelevantie voor scholen Waarom is dit relevant? • Jaarlijkse bekostiging vormt basis voor schoolbegroting; – Personele lasten – Materiele lasten • Het geven van onderwijs moet mogelijk gemaakt worden door huisvesting, niet onmogelijk. 10 -6 -2021 Jaarlijkse bekostiging Materiële lasten Personele lasten Normaal 100% 15% 85% Positief 100% 14% 86% Negatief 100% 20% 80% P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 37
Terugkoppeling Leidraad voor OMO Onderwerpen: 1 2 3 Doordecentralisatie Onderzoeksmethode Dataverzameling Life cycle costs 4 5 10 -6 -2021 Bouwproceskenmerken P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 38
Terugkoppeling Leidraad voor OMO - Doordecentralisatie Belangrijke onderdelen: • Split incentive • Normwaardering Leidraad OMO • Samenvatten wat de doordecentralisatie zou betekenen voor OMO en onderwijs in het algemeen Vervolgonderzoek • In kaart brengen welke wetten en normen relevant blijven voor OMO. • In kaart brengen hoeveel geld door de overheid is geinvesteerd in onderwijs (via gemeenten) en hoeveel hiervan bij het onderwijs is gekomen. 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 39
Terugkoppeling Leidraad voor OMO - Onderzoeksmethode Belangrijke onderdelen: • Normvergelijking van cases • Case studies vs. Enquetes Leidraad OMO • Welke normen spelen een rol voor onderwijshuisvesting • Op welke manieren kunnen deze worden toegepast door OMO • Waarom kiezen voor cases? Vervolgonderzoek • Door het doen van enquetes naar kleinere hoeveelheden data (bijvoorbeeld alleen schoonmaaklasten) kan informatie van meer scholen bekend worden (ook buiten OMO). 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 40
Terugkoppeling Leidraad voor OMO – Dataverzameling Belangrijke onderdelen: • Welke exploitatielasten meenemen? – Energie – Schoonmaak – Onderhoud • Specificeren slimme meters Probleem • Gevonden data voor exploitatielasten is niet te kwantificeren, • Keuzes in de ontwerpfase kunnen niet geevalueerd worden. Leidraad • Welke informatie moet worden verzameld? • Aan welke eisen moet deze informatie voldoen? • Hoe kan OMO ervoor zorgen dat informatie in deze eisen voorziet? 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 41
Terugkoppeling Leidraad voor OMO – Life cycle costs model Belangrijke onderdelen: • Analyse periode • Net Present Value of Equivalent Annual Costs • Disconteringsvoet of jaarlijkse rente Probleem: • OMO hanteert afschrijvingsperiode van 40 jaar, overheid 30 jaar. Leidraad • Keuzes maken (en beargumenteren) voor waarden die worden aangenomen. Vervolgonderzoek • Gevolgen van langere afschrijvingsperiode in kaart brengen. 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 42
Terugkoppeling Leidraad voor OMO – Bouwproceskenmerken Belangrijke onderdelen: • Welke bouwproceskenmerken meenemen? ECCOP punten – Overdrachtspunt – Beheersstructuur – Herkomst ontwerpers – Beloningssystematiek – Aanbestedingswijze Extra punt – Beheer en onderhoud Leidraad • Hoe moeten de bouwproceskenmerken worden opgenomen in het bouwprotocol? Welke afwegingen moeten worden gemaakt bij het kiezen hiervan? Vervolgonderzoek • Welke bouwproceskenmerken worden bij andere scholen toegepast? 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 43
Samenvatting conclusies Vragen? 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 44
Bronvermelding • • Baarda, D. G. (2001). Basisboek Methoden en Technieken. Groningen/Houten: Wolters-Noordhoff. Dorée, A. (1996). Gemeentelijk aanbesteden. Enschede: Universiteit Twente. Evans, R. H. (1998). The long term costs of owning and using buildings. London: The royal academy of engineering. Hughes, W. A. (2004). Exposing the myth of the 1: 5: 200 ration relating initial cost, maintenance and staffing costs of office buildings. 20 th annual ARCOM conference (pp. 373 -382). Heriot Watt University: Association of researchers in construction management. Müller, G. V. (2006). Bouwen is vooruitzien. Gouda: Regieraad bouw, PSIbouw. OMO. (2003). Ruimtelijke Kwaliteitsnormen Onderwijs. Tilburg: OMO. Schade, J. (2007). inpro-project. Opgeroepen op oktober 2, 2011, van Life Cycle Costs calculation models for buildings: http: //www. inpro-project. eu/publications. asp Vasters, R. (2009). De efficientie van de bouwprocesorganisatie Design & Construct. Delft: Technische Universiteit Delft. 10 -6 -2021 P 4 presentatie - FJL van Lanschot - 1238892 45
- Slides: 45