1 THERAPEUTISCH MILIEU Keuzedeel Niet Aangeboren Hersenletsel 2
1 THERAPEUTISCH MILIEU Keuzedeel Niet Aangeboren Hersenletsel
2 Wat is een therapeutisch milieu Een therapeutisch milieu is altijd afgestemd op een specifieke doelgroep, teneinde de zorgvragers optimaal te laten functioneren en te werken aan herstel, ontwikkeling of behoud van mogelijkheden en achteruitgang te vertragen of tegen te gaan’ Factoren: Ø Ruimte Ø Tijd Ø Handelen
3 Therapeutisch milieu - ruimte Instelling, afdeling is leefmilieu. Binnen deze ruimte zoekt de zorgvrager zijn territorium. Ø Ø Ø Primair: territorium voor zichzelf bijvoorbeeld kamer, bed, vaste plaats in de woonkamer Secundair: leefruimte die je deelt met anderen waar je je veilig voelt Tertiair: de maatschappij, deel je met veel anderen Mensen verdedigen hun territorium van primair naar tertiair
4 Therapeutisch milieu - Ruimte begrenst het therapeutisch milieu ØInrichting. ØMate van vrijheid om een territorium af te bakenen. ØPrivacy (territorium ≠ privacy) ØMate van veilig voelen in de omgeving ØInteractie met anderen ØMaterieel en immaterieel
5 Therapeutisch milieu - Tijd brengt ordening, structuur aan en geeft betekenis Ø Ø Dagindeling. Zinvolle dagbesteding. Vieringen van (feest)dagen. Belangrijke gebeurtenissen.
6 Therapeutisch milieu - Handelen Ø Voorzien in behoeften - handelen in een leefmilieu dat begrenst is door de ruimte en gestructureerd door tijd. Ø Handelen staat direct of indirect in relatie tot het handelen van de ander. Ø Individueel handelen versus handelen in groepsverband.
7 Hoe is het bij jou op de afdeling? Werk individueel uit, je mag overleggen in je projectgroep Lees samen het artikel en beantwoord voor je eigen bpv de volgende vragen: Ø Ø Hoe krijgen de pijlers ruimte, tijd en handelen op jouw afdeling gestalte? Wat zijn hierbij de uitgangspunten? Waarom zo op die manier? Wat zijn sterke kanten in het therapeutisch milieu? Wat zijn minder sterke kanten in het therapeutisch milieu?
8 Benaderingswijzen: “omgang” Voor zorgvragers met NAH zijn er verschillende programma’s ontwikkeld die zorgvragers, zorgverleners en het sociale netwerk van de zorgvrager ondersteunen in het optimaliseren van de mogelijkheden. Enkele voorbeelden hiervan zijn:
9 - Empatische directieve benadering - Zintuigprikkeling - Neuropsychologische revalidatie - Oplossingsgericht werken - 5 K’s - Boks – Bant methode van Apperlo - Hooi op je vork - PDL Passiviteit van het dagelijks leven - Brain Integration
10 opdracht In je projectgroep ga je één van deze benaderingswijzen/ ondersteuningsprogramma’s verder bestuderen en kritisch bekijken. Formuleer positieve punten en kritische punten van dit programma, en motiveer de gemaakte keuzes. Presentatie van iedere projectgroep over de uitwerking van de benaderingswijze/ ondersteuningsprogramma aan de hele groep.
11 Benaderingswijzen Empatisch directieve benadering Ø Empathie: inlevingsvermogen. Ø Directief: richtlijnen, aanwijzingen geven (directief≠geven van commando’s) Ø Personeel en zorgvrager geven samen invulling aan het leven van de zorgvrager (prothese model) Kenmerken Ø Individuele benadering. Ø Begeleider neemt initiatief waar nodig. Ø Duidelijke communicatie (5 K’s) Ø Doelen moeten haalbaar zijn. Ø Zorgvrager moet resultaat zien. Ø Pragmatisch; wat werk hier en nu?
12 Empathisch directieve benadering Competenties hulpverleners: Ø Ø Ø Ø Hulpverlener is prothese (structuur bieden, overzicht, controle, geheugenondersteuning, als ‘geweten’ functioneren, voorwaarden scheppen gericht op zelfredzaamheid) Kennis over aandoeningen Empathische grondhouding Geduld en respect Bewuste interactie Eigen grenzen kennen en erkennen Reflectie Omgaan met manipulatief gedrag
13 De 5 K’s Gesprekvaardigheden Ø Ø Ø Eenduidig volgens de 5 K’s • Kort, konkreet, kontinu, konsekwent, kreatief Stimuleren zonder dwingen Corrigeren zonder kleineren Niet primair reageren maar secundair Afstand versus betrokkenheid kunnen hanteren
14 Neuropsychologische revalidatie Ø De behandeling van patiënten met cognitieve, emotionele, sociale en/of gedragsmatige gevolgen van hersenletsel en/of behandeling van het systeem van deze patiënten, gericht op het zo goed mogelijk leren omgaan met deze gevolgen. Ø Specifiek op het cognitief functioneren gerichte interventies worden samengevat met de term cognitieve revalidatie Ø Psycho-educatie Ø Vaardigheidstraining gericht op het leren omgaan met beperkingen Ø Toepassen in het dagelijkse leven
15 Oplossingsgericht werken Ø Uitgangspunt: mogelijkheden van de zorgvrager benutten Ø Er zijn geen problemen maar oplossingen
16 Boks en bant van Martin Appelo Ø Ø Boks - gebaseerd op macht; macht hoog EE (expressed emotions) • Betutteling • Overbezorgdheid • Kritiek • Straf Bant - gebaseerd op relatie; relatie laag EE • Bekrachtigen van gezondheid • Assertief communiceren • Negeren van psychopathologie • Time out
17 Uitgangspunten boks-bant Ø Ø Ø Ø Kwetsbaarheid versus ziekte. Genezen versus omgaan met. Versterken van gezondheid versus bestrijden van ziekte. Zelfvertrouwen is de motor van gezondheid. Chronische pathologie betekent rouw en verdriet. Rouw en ontkenning zijn normale verschijnselen. Kwetsbaarheid accepteren. Goed bedoelde zorg is ziekmakend; ontneemt de regie van de zorgvrager.
18 Hooi op je vork Ø Vraaggericht werken Ø Streven naar maximale autonomie Leven vroeger en nu is belangrijk Ruimte voor ieders perspectief en beleving; de vraag achter de vraag Uitgaande van 12 levensterreinen* 2 fasen model: ontdekken en ontwikkelen • Ontdekken: wie is deze persoon, hoe heeft hij zich ontwikkeld, wat is zijn levensgeschiedenis, wat zijn achtergronden, mogelijkheden en beperkingen, coping stijlen • Ontwikkelen; het stellen van doelen, uitgaande van en afgestemd op de mogelijkheden Ø Ø
19 Twaalf levensterreinen 1. Uiterlijk 2. Gezondheid Seksualiteit en intimiteit Familie en relaties Werk of dagbesteding of opleiding, Vrijetijdsbesteding Financiën en administratie Sociale contacten Woonomgeving en huishouden Toekomstzekerheid Onafhankelijkheid Zingeving 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
- Slides: 19